Korte toespraak van de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,
Melanie Schultz van Haegen, bij de start van het koploperproject
polders Gietwaterbassin, in Hoek van Holland
Dames en heren,
Geef water de ruimte dat is de kern van ons waterbeleid. Dat is
gemakkelijker gezegd dan gedaan. In landelijke gebieden lukt het vaak
nog wel om hier en daar een stuk weiland of extra uiterwaarden aan het
water terug te geven. Maar vooral in stedelijke gebieden is het een
hele toer om ruimte voor water vrij te maken.
De regio Delfland is daar een schoolvoorbeeld van. De laatste jaren is
de bebouwing en de glastuinbouw hier flink uitgebreid. Daardoor is er
steeds minder grond over die het water vast kan houden. Het regenwater
dat op de kassen valt, wordt daardoor zo snel mogelijk naar de sloten
afgevoerd. In natte perioden kunnen de sloten de afvoer nauwelijks
aan. En dat terwijl het klimaat natter wordt, zoals u ongetwijfeld
weet, en we ons dus in moeten stellen op nog meer water. Dat kan
natuurlijk niet goed blijven gaan, zeker niet in gebieden als
Delfland.
De tuinders hier in het Westland hebben dat al aan de lijve
ondervonden. In 1998, 1999 en 2001 heeft het zo veel geregend dat de
kassen onderliepen. De beste remedie tegen dit soort overlast is
uiteindelijk een andere inrichting van de ruimte, met bredere
afvoerkanalen en meer mogelijkheden om regenwater vast te houden. Maar
dat vergt veel tijd. En het was zaak dat er snel iets zou gebeuren.
Naar aanleiding van de wateroverlast is het hoogheemraadschap in 2001
begonnen met het project ABC-Delfland. De Gietwaterbassins
zijn een onderdeel van dat project. Het is een hele slimme
kortetermijnoplossing. De bassins liggen er toch al. De tuinders
gebruiken ze om regenwater op te vangen, waarmee ze hun gewassen
begieten. De tuinders die aan dit koploperproject meedoen, zorgen dat
de bekkens in het najaar niet vol zijn. Zo kunnen zij overtollig
regenwater opslaan, totdat de sloten weer voldoende capaciteit hebben
om het water af te voeren. Ik ben persoonlijk zeer gecharmeerd van de
eenvoud van dit plan. Ik heb bovendien gehoord dat de tuinders maar al
te graag aan het project meedoen. Er is hen natuurlijk ook veel aan
gelegen wateroverlast in de toekomst te voorkomen.
Een soortgelijk creatief idee is de bouw van kelders onder kassen. Het
gaat hierbij om betonnen constructies waarin water opgeslagen kan
worden, zowel voor noodopvang als voor eigen gietwatergebruik van de
tuinder. Een prachtig staaltje meervoudig ruimtegebruik! In
dichtbebouwde gebieden komt het natuurlijk heel goed uit dat je het
terrein waar de kas op staat tegelijk kan gebruiken om water op te
vangen.
Waterberging in kelders en bekkens is natuurlijk erg slim en
pragmatisch; maar op de langere termijn is het een must om meer
structurele oplossingen te zoeken. Ik weet dat er in deze regio al
intensief wordt nagedacht over mogelijkheden om ruimte vrij te maken
voor waterbeheer.
Het waterschap Delfland werkt bijvoorbeeld samen met het stadsgewest
Haaglanden en de provincie Zuid-Holland in het Waterkader Haaglanden.
Daarin gaan ze samen op zoek naar een duurzaam watersysteem in de
Haagse regio. Een ander voorbeeld van samenwerking is het Integraal
Ontwikkelingsplan Westland. Naast het waterschap en de provincie neemt
daar ook de gemeente Westland aan deel. In dit plan worden de
verschillende ruimtelijke bestemmingen in hun onderlinge samenhang
bezien. Daar hoort ook het waterbeheer van Hoogheemraadschap Delfland
bij.
Ik wijs in dit verband ook nog maar eens op de watertoets. De
watertoets is een instrument dat water een prominentere plaats geeft
in de ruimtelijke ordening. Sinds november 2002 is het verplicht om in
alle ruimtelijke plannen de effecten voor de waterhuishouding mee te
nemen. Het gaat daarbij om veiligheid, grondwater, waterkwaliteit,
riolering en noem maar op. Op allerlei locaties heeft de watertoets
zijn nut al bewezen en zijn plannen aangepast om wateroverlast in de
toekomst te voorkomen. Ik denk dat de watertoets vooral ook in deze
regio heel nuttig kan zijn. Nieuwbouwlocaties liggen hier vaak in lage
polders. We moeten hier dus extra alert zijn op waterproblemen.
Uit een onderzoek van de TU-Delft is gebleken dat een ongunstige
locatie in combinatie met een slechte voorbereiding van de bouwgrond
kosten met zich meebrengt, variërend van tien- tot twintigduizend euro
per woning. Het zou mooi zijn als de watertoets kan voorkomen dat
bewoners, gemeenten en waterschappen op deze kosten gejaagd worden.
Dames en heren,
We staan hier midden in de Randstad, het dichtst bebouwde deel van
Nederland en ook nog eens het laagste. Delfland is bovendien een erg
waterrijk gebied. Het is dus nergens zo lastig en tegelijk zo
noodzakelijk om ruimte voor water te vinden. Wat mij betreft zijn de
gietwaterbassins daarom een hele slimme en een hele nuttige vondst. Ik
wil daar het Hoogheemraadschap dan ook van harte mee feliciteren.
Dank u wel.
Ministerie van Verkeer en Waterstaat