over mogelijke problemen bij het toelaten van EU verkiezingswaarnemers
tot Indonesië
Beantwoording Kamervragen over mogelijke problemen bij het toelaten
van EU verkiezingswaarnemers tot Indonesië
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Binnenhof 4
Den Haag
Directie Azië en Oceanië
Afdeling Zuidoost-Azië en Oceanië
Bezuidenhoutseweg 67
Postbus 20061
2500 EB Den Haag
Datum
20 april 2004
Behandeldd
H.J. Kouwen
Kenmerk
DAO/295/04
Telefoon
070 348 6394
Blad
1/4
Fax
070 348 5323
Bijlage
2
E-Mail
Jetty.kouwen@minbuza.nl
Betreft
Beantwoording vragen van het lid Koenders over mogelijke problemen bij
het toelaten van
EU-verkiezingswaarnemers tot Indonesië
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door het lid Koenders over mogelijke problemen bij het
toelaten van EU-verkiezings-waarnemers tot Indonesië. Deze vragen
werden ingezonden op 5 april 2004 met kenmerk 2030412030.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Dr. B.R. Bot
Antwoord van de heer Bot, Minister van Buitenlandse Zaken, op vragen
van het lid Koenders over mogelijke problemen bij het toelaten van
EU-verkiezingswaarnemers tot Indonesië
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de problemen bij het toelaten van de
EU-verkiezingswaarnemers tot Indonesië, waaronder het verkrijgen van
visa? )
Antwoord
Rond de visumverlening aan de EU-verkiezingswaar-nemers hebben zich
inderdaad enige problemen voorgedaan. Deze hielden verband met het
grote aantal visumaanvragen van waarnemers waarmee de Indonesische
ambassades in de EU op hetzelfde moment werden geconfronteerd. Uit
hoofde van zijn lokale EU-voorzitterschap heeft Nederland samen met de
leiding van de EU Election Observation Mission (EU EOM) in Jakarta
intensief overleg gevoerd ter bespoediging van de visumverlening. Na
deze inspanningen zijn de EU-waarnemers alsnog snel van visa
voorzien.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de mogelijke beperkingen die de
EU-verkiezingswaarnemers worden opgelegd, waaronder beperkingen op de
gebieden die verkiezingswaarnemers mogen bezoeken en de begeleiding
door `veiligheidsescortes'?
Vraag 3
Kunt u aangeven welke stappen u, al dan niet in EU-verband, ondernomen
heeft om er bij de Indonesische regering op aan te dringen de
verkiezingswaarnemers de benodigde ruimte te geven om hun taak uit te
voeren? Welke resultaten heeft dit opgeleverd?
Antwoord
Reeds in het overleg met de Europese Commissie over het Memorandum of
Understanding voor de EU-verkiezingswaarneming hadden de Indonesische
autoriteiten aangegeven dat de toegang tot Atjeh afhankelijk zou zijn
van lokale voorschriften. Zoals bekend geldt in Atjeh de militaire
noodtoestand. Dit betekent onder andere dat de militaire autoriteiten
bevoegd zijn om de toegang tot de provincie te regelen. Als gevolg
hiervan is in de praktijk de toegang tot Atjeh voor internationale,
humanitaire hulpverleners, media en diplomaten zeer beperkt geweest.
Het afgelopen jaar heeft de EU hierover bij diverse gelegenheden haar
zorg uitgesproken.
In de aanloop naar de algemene verkiezingen hebben de Europese
Commissie en lokaal EU-voorzitter Nederland in Jakarta alles in het
werk gesteld om de autoriteiten te overtuigen van het belang van
toelating en bewegingsvrijheid voor waarnemers in Atjeh. Via het
VN-Ontwikkelingsprogramma UNDP, dat de diverse waarnemingsorganisaties
coördineert, heeft Nederland bovendien de dialoog met de autoriteiten
hierover in bredere zin ondersteund. De kwestie betrof immers niet
alleen de EU EOM, maar alle internationale verkiezingswaarnemers en
een deel van de nationale waarnemers. Uiteindelijk hebben deze
inspanningen geresulteerd in de toelating van waarnemers tot Atjeh,
maar helaas onder strikte voorwaarden. De EU-waarnemers zijn pas op 2
april in Atjeh gearriveerd. In deze provincie is dan ook geen sprake
geweest van lange termijn waarneming. Buitenlanders mochten slechts
waarnemen in de belangrijkste districtssteden en directe omgeving en
zijn gezien de veiligheidssituatie veelal door politie begeleid.
Vanzelfsprekend heeft de EU EOM in haar Preliminary Statement melding
gemaakt van de gebrekkige bewegingsvrijheid en toegangsregeling voor
de internationale waarneming in de provincie. Goede beeldvorming over
het verloop van het verkiezingsproces in dit deel van Indonesië is
hierdoor niet mogelijk gebleken. In haar eindoordeel zal de EU
waarnemingsmissie dit gegeven ongetwijfeld meenemen. Ter informatie
treft u bijgaand het op 8 april 2004 gepresenteerde Preliminary
Statement van de EU EOM.
Vraag 4
Bent u, eventueel in samenwerking met andere EU-lidstaten, bereid er
bij de Indonesische regering op aan te dringen ook
verkiezingswaarnemers toe te laten in Atjeh, Papua en op de Molukken,
zonder hen beperkingen op te leggen die hun taak kunnen belemmeren?
Antwoord
De algemene parlementaire verkiezingen in Indonesië hebben inmiddels
plaatsgevonden. In Papua en de Molukken hebben de waarnemers van de EU
hun werk kunnen doen, al zijn zij daar iets later begonnen. Zoals
aangegeven in mijn antwoord op de vragen 2 en 3 heeft de EU EOM in
Atjeh slechts zeer beperkt activiteiten kunnen ontplooien, de
inspanningen van Europese Commissie en Nederland voor een onbelemmerde
toegang ten spijt. Vanzelfsprekend zullen de inspanningen voor een
grotere bewegings-vrijheid van waarnemers in plaats en tijd worden
voortgezet met het oog op de presidentsverkiezingen op 5 juli a.s. Ook
bij deze verkiezingen zullen EU-waarnemers aanwezig zijn.
Excerpt from "Review - Regions: Aceh Violations Alleged",
Laksamana.net, 14 maart jl.
Ministerie van Buitenlandse Zaken