http://www.minszw.nl
MIN SZW: staatssecretaris Rutte: agressiecoaches op vmbo
Nr. 2004/89
20 april 2004
Staatssecretaris Rutte: agressiecoaches op vmbo.
Er wordt een flink aantal agressiecoaches opgeleid, met name voor het
vmbo. Het gaat om leerkrachten die precies weten wat er in het
onderwijs speelt en hoe ze moeten handelen om agressie en geweld door
leerlingen of door ouders te voorkomen of te bestrijden. De
agressiecoaches moeten een bijdrage leveren aan terugdringing van het
ziekteverzuim van leerkrachten. Dat zei directeur-generaal mevrouw J.
Hilgersom namens staatssecretaris M. Rutte van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid tijdens het congres Verzuim (ver)antwoorden van het
Vervangingsfonds op dinsdag 20 april 2004 te Nieuwegein.
De opleiding van de agressiecoaches is onderdeel van het voornemen van
het ministerie van SZW en werkgevers en werknemers in het primair en
voortgezet onderwijs om voor 1 juli een tweede arboconvenant te
tekenen. Daartoe werd tijdens het congres een intentieverklaring
ondertekend. Dan zal ook duidelijkheid ontstaan over het aantal
agressiecoaches. Het nieuwe convenant borduurt voort op het succes van
een eerder convenant. Dat convenant uit 2000 markeerde, aldus
staatssecretaris Rutte, een omslag in het ziekteverzuim in het primair
en voortgezet onderwijs.
In 2000 lag het ziekteverzuim in het basisonderwijs op bijna 9%, in
het speciaal onderwijs op meer dan 9,5% en in het voortgezet onderwijs
op bijna 8%.
In 2002 was het ziekteverzuim in het basisonderwijs al met bijna 1,5
procentpunt gedaald. In het speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs
gaat dat in de richting van 1 procentpunt. En, aldus Rutte, we weten
nu al dat de trend zich in 2003 onverminderd voortzet. Met dalingen
van een half tot een heel procentpunt in één jaar.
Toespraak door staatssecretaris M. Rutte van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid bij het congres van het Vervangingsfonds op 20 april
2004 in Nieuwegein, uitgesproken door DG ASV mevrouw J. Hilgersom.
U bent in groten getale gekomen. Daar ben ik bijzonder blij om. Het
bewijst dat u terugdringing van ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid
zeer serieus neemt.
Terecht.
Want gezonde, gemotiveerde en deskundige leerkrachten zijn goud
waard.
Voor jonge mensen. Omdat zij dankzij uw inspanningen kennis opdoen,
inzicht en vaardigheden verwerven. Bagage waarvan zij de rest van hun
leven plezier hebben. Bij verdere studie, bij werk en maatschappelijke
ontplooiing.
Goud waard, ook voor de samenleving. Omdat een welvarende samenleving
niet goed denkbaar is zonder goed opgeleide en toegeruste mensen.
Het is niet teveel gezegd dat leerkrachten een spilfunctie in de
samenleving vervullen.
Daarom moeten we zuinig zijn op leerkrachten. Voorkomen dat zij
uitvallen door ziekte en arbeidsongeschiktheid. En als dat onverhoopt
toch gebeurt, ervoor zorgen dat zij zo snel mogelijk weer terugkeren
voor de klas.
Er is alle reden om aandacht te schenken aan terugdringing van
ziekteverzuim en arbeidsongeschiktheid bij leerkrachten.
Het zal op dit moment, nu de werkloosheid stijgt, niet het eerste zijn
waaraan mensen denken, maar we zien aan de horizon de donkere wolken
van een structureel tekort op de arbeidsmarkt opdoemen. Ik bedoel de
vergrijzing van de samenleving.
Het is een bui die niet zal overdrijven. Ook niet over het
onderwijsveld.
Wat staat u te doen?
Het antwoord is betrekkelijk simpel.
Zorg ervoor dat het leraarschap een aantrekkelijk beroep is. Een
beroep dat men niet zo maar de rug toekeert. Een beroep waarvoor een
wachtlijst bestaat om te kunnen beginnen.
Ik denk dat dat eigenlijk niet zo moeilijk is.
Want het is een mooi vak. Werken met jonge mensen. Allemaal anders:
met eigen karakters, eigen talenten, eigen ambities. Het is boeiend om
te zien hoe leerlingen zich ontplooien. Daaraan zelf een belangrijke
bijdrage te leveren. Een bijdrage die mensen bijna nooit vergeten.
Leraren hebben hun vaste plaats in ons geheugen.
Een mooi vak dus. Maar er is meer nodig om een beroep aantrekkelijk te
maken.
Heel belangrijk zijn goede arbeidsomstandigheden: een prettige,
gezonde en veilige werkplek.
Zon werkplek voorkomt ziekte en arbeidsongeschiktheid. Stimuleert om
weer snel aan de slag te gaan bij ziekte.
Op zon werkplek komen mensen af.
Meer mensen, meer plezier, minder ziekte, minder uitval. Dat is de
reden waarom de laatste jaren veel geld is geïnvesteerd in betere
arbeidsomstandigheden in het onderwijs.
En met succes.
Ik neem u even een paar jaar mee terug in de tijd.
Het imago van het onderwijs was niet goed. Er was een groot tekort aan
leraren in het primair en voortgezet onderwijs. Het ziekteverzuim lag
hoog.
In 2000 lag het ziekteverzuim in basisonderwijs op bijna 9%, in
speciaal onderwijs op meer dan 9,5% en in voortgezet onderwijs op
bijna 8%. Hele hoge percentages.
Maar het jaar 2000 was ook een keerpunt.
Omdat iedereen tot het besef kwam dat deze trend moest worden
omgebogen. Die overtuiging was de basis voor de arboconvenanten die
overheid en sociale partners in het primair en voortgezet onderwijs
hebben afgesloten.
Dat convenant werpt zijn vruchten af. De doelstellingen worden
ruimschoots gehaald.
In 2002 was het ziekteverzuim in het basisonderwijs al met bijna 1,5
procentpunt gedaald. In het speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs
gaat dat in de richting van 1 procentpunt. En we weten nu al dat de
trend zich in 2003 onverminderd voorzet. Met dalingen van een half tot
een heel procentpunt in één jaar.
En ook de instroom in de WAO daalt fors. Inmiddels ligt de kans om
arbeidsongeschikt te worden in het primair onderwijs en voortgezet
onderwijs lager dan het landelijke gemiddelde.
Belangrijke successen. Dankzij de inzet van een aantal effectieve
instrumenten.
Zoals de regioadviseur die scholen met een hoog risico op
ziekteverzuim terzijde staat. Concrete adviezen geeft. En,
belangrijker nog, het schoolmanagement bewustmaakt van de oorzaken van
ziekteverzuim. Hen dus op het juiste spoor zet om die zelf weg te
nemen en te voorkomen.
Het blijkt dat de deskundigheid van de regioadviseur van beslissende
betekenis is bij de aanpak van het ziekteverzuim.
We hebben een aantal scholen met een grote kans op verzuim met elkaar
vergeleken.
Scholen die betrokken waren bij het convenant en gebruik maakten van
de regioadviseur en scholen die dat niet deden.
De cijfers zijn opmerkelijk. Terwijl het ziekteverzuim bij scholen met
een regioadviseur met bijna 2,5 procentpunt terugliep, bleven scholen
zonder convenant steken op slechts een half procentpunt terugloop. Als
we naar de langere termijn kijken zien we een zelfde trend. Scholen
met een regioadviseur scoren bijna 5 procentpunt terugloop, en scholen
zonder regioadviseur iets meer dan 1 procentpunt.
Het effect is overduidelijk.
De regioadviseur was natuurlijk niet het enige succesvolle instrument
uit het convenant.
Veel leerkrachten kampen met psychische klachten als gevolg van hoge
werkdruk met als gevolg langdurige uitval en niet zelden
arbeidsongeschiktheid.
Het meest effectief is natuurlijk te voorkomen dat het zover komt.
Door in te grijpen als er iets mis dreigt te gaan. Als leerkrachten
zich opgebrand voelen, bijvoorbeeld.
Steeds minder goed functioneren. In de klas of in de omgang met
collegas. Het zijn verschijnselen als gevolg van langdurige stress
door bijvoorbeeld een permanente hoge werkdruk of door gevoelens van
onveiligheid als gevolg van agressie en geweld.
Tijdige signalering en de inschakeling van deskundigen zoals
psychologen of bedrijfsmaatschappelijke werkers blijken dan heel goed
te helpen. Daarvoor bood het convenant een nuttige subsidieregeling:
de Subsidie Voorkoming Uitval Onderwijspersoneel.
Sommigen leerkrachten stonden al langer aan de kant. Ook voor die
mensen had het convenant iets in huis. De subsidie individuele
reïntegratie (SiR). Hele specifieke hulp, psychologische hulp of
bemiddeling bij conflicten met de werkgever.
Er was voor deze regeling een behoorlijk bedrag uitgetrokken. Bijna E
6 miljoen.
Maar dat was al gauw op (mei 2002). Vervolgens hebben het
Vervangingsfonds en OCW nog eens E 4 miljoen op tafel gelegd. En dat
was eind 2003 ook al weer op.
Inmiddels nemen de sociale partners de kosten voor hun rekening.
Het resultaat: bijna 90% van de werknemers is na afloop van het
traject weer aan het werk. En het blijkt dat de hulp ook op lange
termijn effect blijft sorteren.
Kortom een succesvolle regeling.
Misschien denkt iemand mooi. Dat hebben we dan gehad.
Dan moet ik hem teleurstellen. We hebben een flinke slag gemaakt. Maar
is het nu zaak om bij de les te blijven en de bereikte resultaten vast
te houden. Sterker nog: we zullen er nog een tandje bij moeten
zetten.
Het landelijke gemiddelde op gebied van ziekteverzuim ligt op 4,8%.
Het onderwijs moet toch ook in die buurt kunnen komen.
Het onderwijsveld kan het zich ook gewoonweg niet permitteren dat
mensen uitvallen. Met een structurele krapte op de arbeidsmarkt in het
verschiet is verspilling van kennis en ervaring onverantwoord.
Ik ben blij dat ik u niet echt hoef te overtuigen. U hebt zelf al in
de CAO een aantal afspraken gemaakt over terugdringing ziekteverzuim
en arbeidsongeschiktheid.
Bovendien ondertekenen we zo meteen een intentieverklaring voor een
tweede arboconvenant. Een nieuw type, waarbij we voortborduren op de
resultaten van het eerste convenant. De nadruk komt te liggen op
terugdringing van ziekteverzuim en reïntegratie van (langdurig)
zieken. En er is ook een nieuw element: de aanpak van agressie en
geweld als veroorzaker van ziekteverzuim.
Wat gaat u doen? Ik pak er een paar elementen uit. Vermindering van de
instroom in de WAO. Vermindering van ziekteverzuim.
U gaat nog bekijken met welke percentages.
Kijk ook nog eens goed naar de reïntegratie van WAOers. Vaak oudere
leerkrachten met een schat aan kennis en ervaring. Probeer ze weer
binnen te halen. Ze hebben heel wat in huis, waarmee ze hun jongere
collegas kunnen helpen. Bij hun verdere ontwikkeling, de aanpak van
problemen, het vermijden van valkuilen.
Dan de aanpak van agressie en geweld op scholen.
Uitstekend!
Agressie en geweld hebben grote gevolgen voor het ziekteverzuim,
motivatie en prestatie.
U gaat een pakket aan maatregelen samenstellen dat het ziekteverzuim
als gevolg van agressie en geweld flink zal doen verminderen. 1% ten
opzichte van 2003.
Daarvoor gaat u eerst nauwkeurig de relatie tussen agressie en
ziekteverzuim vaststellen.
Eén maatregel staat nu al vast.
Er wordt in ieder geval een flink aantal agressiecoaches opgeleid met
name in het vmbo. Leerkrachten die precies weten wat er in het
onderwijs speelt en hoe ze moeten handelen om agressie en geweld door
leerlingen of door ouders te voorkomen of te bestrijden.
U hebt nog flink wat te doen. Want het convenant met concrete
instrumenten in een Plan van Aanpak zal uiterlijk 1 juli worden
ondertekend.
Maar ik heb er alle vertrouwen in dat dat gaat lukken. Want de
onderwijssector is een bijzonder gemotiveerde sector. Dat blijkt uit
de resultaten die u hebt geboekt. U blijft vanzelf wel bij de les.
Ik wens u veel succes.
20 apr 04 11:50
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid