Socialistische Partij
Reisverslag SP-delegatie in Irak, april 2004
Zaterdag 17 april 2004
Wie de jeugd heeft...
"Nee, een makkelijke reis was het niet van Bagdad naar Erbil. De
afgelopen dagen zijn er op die route vier controleposten van de
politie aangevallen. Toen ik vanochtend vertrok uit Bagdad stuitte ik
vlak buiten de stad op een zwaar bewapend convooi van zeven zwaar
bewapende Amerikaanse vrachtauto's en gepantserde wagens. Toen ik daar
uit veiligheidsoverwegingen achter ging rijden, gingen een paar van
die jongens uit hun dak. Ik werd tot stoppen gedwongen en mijn auto
werd doorzocht. Als ik het nog eens in mijn hoofd zou halen om te
dicht achter hen te rijden, zo voegden zij me toe, zouden ze me door
mijn kop schieten." Aan het woord is Al-Helfi Jassim, waarnemend lid
van de Voorlopige Regeringsraad (IGC) van Irak.
Al-Helfi Jassim
Al-Helfi is Arabier en heeft een vrouw en twee kinderen die in Zweden
wonen. "Natuurlijk is zij doodsbenauwd dat mij iets overkomt omdat ik
een prominent vertegenwoordiger van een coalitie van zes progressieve
seculiere partijen ben. Maar in deze situatie waarin mijn land mij
nodig heeft, kan ik het voor mezelf niet maken om in Zweden te
blijven."
"De media, en dat geldt voor zowel CNN als Al Jazeera, slagen er niet
in een goed beeld te geven van de ontwikkelingen in Irak," volgens
Al-Helfi. "Het klopt dat het momenteel erg onrustig is, maar dat wil
niet zeggen dat we te maken hebben met een volksopstand tegen de
bezetters. Een week geleden was de crisis op zijn hevigst, met name in
Fallujah. Maar de staking voor onbepaalde tijd die door soennitische
geestelijken een paar dagen geleden werd uitgeroepen in Bagdad, is
alweer aan het verlopen. Ik had gedacht dat het een week zou duren,
maar na twee dagen hernam het leven alweer zijn gewone gang. Ik heb
sterk het idee dat het gewapend verzet op zijn retour is, wat alles te
maken heeft met het feit dat de terroristen maar weinig actieve steun
vanuit de bevolking krijgen."
"Na vijfendertig jaar strijd tegen de dictatuur, staat nu de strijd
voor democratie bovenaan onze agenda. Bedreigingen van de democratie
zijn er legio: tegenstellingen tussen etnische en religieuze
groeperingen, ondermijnende acties van omringende landen en
extreem-religieuze groeperingen, de economische crisis die het
overleven van mensen buitengewoon ingewikkeld maakt, het ontbreken
voor veel mensen van essentiële voorzieningen als water en
eleltriciteit."
"De Amerikanen zijn gefocused op militaire oplossingen, waarbij hun
aanpak van de problemen de situatie alleen maar verergert. De
terroristen hebben de steun van een kleine minderheid van het volk,
terwijl een grote meerderheid zwijgt. Ook binnen de regeringsraad
hebben we de noodzaak onderstreept om het bestaande vacuüm in te
vullen. We zijn in dit geval de Communistische Partij, de Koerdische
partijen PDK en PUK, de Nationale Democratische Partij, de
Onafhankelijke Democratische beweging en de Sociale Nationale
Beweging. Met uitzondering van die laatste beweging hebben alle
anderen een vertegenwoordiger in de Voorlopige Regeringsraad. Ten
aanzien van de rechtvaardigheid van de Amerikaanse oorlog tegen Saddam
liepen de scheidslijnen dwars door onze coalitie. In deze nieuwe fase,
een jaar na de oorlog, zijn we het erover eens dat de regeringsmacht
op 1 juli effectief moet worden overgedragen aan een uitgebreide
variant van de Voorlopige Regeringsraad."
"De Regeringsraad is gevormd op initatief van VN-bemiddelaar De Melho,
die enkele maanden geleden gedood werd bij de bomaanslag op het
VN-gebouw in Bagdad. De Raad is in mijn ogen een redelijk goede
afspiegeling van de etnisch, religieuze en politieke groeperingen die
Irak rijk is. Als het gaat om de machtsoverdracht van de VS aan de
Irakezen, vormt de Regeringsraad in mijn ogen de enige geëigende
instantie. En ik zeg dit ondanks het feit dat de VS er de afgelopen
tijd allles aan hebben gedaan om de reële invloed van de Raad te
beperken. Met name als het gaat om de veiligheid en het economisch en
financieel beleid, lijken de Amerikanen vooralsnog weinig
toeschietelijk om werk te maken van de overdracht van bevoegdheden."
"Als democratische coalitie hebben we de steun nodig vanuit Europa om
een effectief tegenwicht te kunnen vormen tegen de VS. We zitten te
springen om hulp bij het opzetten van trainingen op het vlak van
democratie, de opbouw van een democratische samenleving, het voeren
van verkiezingscampagnes. Veel mensen hebben het idee dat democratie
inhoudt dat mensen eens in de zoveel jaar stemmen en dat de partij met
de meeste stemmen dan de baas is en zich in die periode niets aan
hoeft te trekken van de minderheid. Dat kan er in het ergste geval toe
leiden dat de eerste verkiezingen voorlpig ook de laatste zullen zijn,
zoals we indertijd in Iran hebben meegemaakt."
"Wat de verkiezingen betreft, die waarschijnlijk in de tweede helft
van 2005 zullen plaatsvinden, is nu nog veel onduidelijk. De
verwachting is echter dat daarover de komende maand knopen zullen
worden doorgehakt."
"Als je me vraagt een inschatting te maken van de politieke
verhoudingen in Irak, dan zijn de sjiitische en soennitische
religieuze partijen zonder meer het sterkt. Aan ons de uitdaging om
een sterk derde blok te vormen. In die zin kunnen we rekenen op de
steun van de christenen, die 5 procent van de bevolking van Irak
uitmaken, van de Turkmenen en tal van andere minderheden. Als we bij
de verkiezingen goed uit de bus komen, ontstaat er een mogelijkheid
dat er een regering van nationale eenheid zal worden gevormd, wat mij
binnen de gegeven omstandigheden de beste optie lijkt."
"De invloed van seculiere progressieven in Irak is moeilijk in te
schatten. Een aantal gebeurtenissen van de laatste tijd vind ik
hoopgevend. Zo slaagden de communisten er anderhalve maand geleden in
om door middel van massamobilisaties de bezetting van hun
vakbondsgebouwen door vakbondsgroepen die gelieerd zijn aan het oude
regime en aan de sjiitische organisaties SCIRI en de Dawa-partij
ongedaan te maken. Mobilisaties van vrouwenorganisaties hebben als
resultaat gehad dat artikel 137, dat de weg opende naar de invoering
van het islamitisch recht, ongedaan is gemaakt. Tot slot zie ik onze
invloed onder de jeugd groeien doordat we muziek-, poëzie- en
sportinitiatieven nemen. Religieuze partijen hebben de jeugd op dit
vlak niets te bieden. En je weet: wie de jeugd heeft, heeft de
toekomst!'