RANDSTAD NEDERLAND
Werknemer ziet combineren werk en zorg als probleem
PERSBERICHT
Diemen, 16 april 2004
Randstad WerkMonitor: sterke daling mobiliteitsindex
Werknemer ziet combineren werk en zorg als probleem
Werkenden hebben grote moeite met het combineren van de werk- en
zorgtaken. Vier van de tien werkenden met een partner én een of meer
kinderen zegt de combinatie 'moeilijk' te vinden en in veel gevallen
brengt de afstemming van werk en zorg zelfs spanningen met zich mee.
Dat zijn enkele opvallende uitkomsten uit de Randstad WerkMonitor van
april 2004. De Randstad WerkMonitor van april 2004 toont aan dat
werkende ouders de zorg voor hun kinderen op verschillende manieren
regelen. De rode draad: de werkdagen anders indelen, thuis werken en
minder werken.
- één op de tien Nederlanders werkt regelmatig thuis, nog eens
één op de tien zegt dit wel graag te willen gaan doen.
- maar liefst 40% van de werkenden geeft aan dat zij hun uren op
dit moment variabel indelen of dit in de toekomst graag zouden willen
doen, door bijvoorbeeld 4 dagen 9 uur te werken;
- één op de zes werknemers (17%) is daadwerkelijk minder gaan
werken om werk en zorg beter te kunnen combineren. Dat de traditionele
rolverdeling tussen man en vrouw zeker nog wel bestaat, blijkt uit het
feit dat dit percentage onder vrouwen 24% is en onder mannen 10%. Van
de werkende mensen met kinderen in de leeftijd van 0 tot en met 4 jaar
werk is 36% minder gaan werken. Overigens geeft zo'n kwart van de
werkenden (24%) aan dat bij hun werkgever (vrijwel) geen mogelijkheden
bestaan om part-time te gaan werken.
Sterke daling mobiliteitsindex: 'terughoudendheid'
De Randstad WerkMonitor is een index die de stemming weergeeft onder
werkenden in Nederland. De peiling laat zien of ze vrezen voor hun
baan, of ze plannen hebben om iets anders te zoeken en hoe ze hun
kansen op de arbeidsmarkt inschatten. Randstad wil met het publiceren
van de Randstad WerkMonitor inzicht verschaffen in de mobiliteit van
werknemers.
De jongste uitgave van de Randstad WerkMonitor toont een scherpe
daling van de mobiliteitsindex tussen februari en april dit jaar. De
daling - van 95 naar 85 punten - kan alleen worden verklaard uit een
terugloop van de animo onder werkers voor een nieuwe uitdaging.
Vergeleken met februari geven in april veel minder mensen aan 'in zeer
sterke mate' toe te zijn aan een nieuwe uitdaging. Bij het in april
gelijkblijvend gebleken vertrouwen in het vinden van werk elders en
een eveneens gelijk gebleven ontslagangst, lijkt de werker vandaag de
dag het liefst alles bij het oude te laten. Het onderzoeksrapport
hierover: 'Werkend Nederland lijkt een tikje terughoudend te zijn
geworden; men lijkt meer dan ooit op safe te spelen en te blijven
zitten waar men zit.'
Meer vertrouwen in vinden vergelijkbare functie
Het aandeel werkenden dat verwacht 'zeker of waarschijnlijk wel'
elders werkzaam te zijn binnen nu en zes maanden is in april 17%. De
overall mobiliteit is daarmee significant gedaald. Bovendien zijn meer
mensen 'zeker van hun zaak' wanneer zij zeggen dat zij niet ergens
anders zullen werken binnen nu en zes maanden. Ongeveer twee van de
drie werkenden (69%) heeft op dit moment vertrouwen in het vinden van
werk bij een andere werkgever. Ten opzichte van februari is dit
stabiel.
De ontslagangst ligt sinds september op een stabiel niveau: slechts 7
procent van de ondervraagden geeft aan 'erg bang' te zijn voor het
verliezen van de huidige baan. Tegelijk is er een daling te
constateren in het aantal mensen dat in sterke mate toe is aan een
nieuwe uitdaging. Dit aandeel was in februari nog 18%, maar in april
gedaald naar 14%.
Andere conclusies uit het onderzoek:
- Opmerkelijk is dat 30 procent van werkers zónder kinderen
moeite heeft de aandacht over hun baan, hun partner en het huishouden
te verdelen;
- Het merendeel (78%) van de werkenden is het er over eens dat
mannen en vrouwen altijd samen de zorg voor het huishouden en
eventuele kinderen op zich moeten nemen. Mannen en vrouwen verschillen
hierin niet van mening.
- Ondanks deze uitkomst en ondanks de lopende mediacampagne over
het samen dragen van werk- en zorgtaken: de vrouw blijkt in Nederland
uiteindelijk de meeste zorgtaken op zich te nemen. Onder vrouwen zien
we vaker part-time werkers.
- de kinderen vier of vijf dagen per week naar de crèche brengen
is voor 45% van werkend Nederland in ieder geval geen oplossing;
vooral mannen vinden dat zij op die manier hun ouderschap niet serieus
nemen.
- Tegelijkertijd is de helft van de werkenden van mening dat
degene met de minst goede baan heeft beter de zorgtaken op zich kan
nemen. Aangezien dit vaak de vrouw betreft komt de vrouw in de
praktijk vaker voor de zorgtaak in aanmerking.
- Daarbij komt het feit dat onder een derde van de mannen de
gedachte leeft dat vrouwen dit ook nog eens beter kunnen.
Toelichting illustratie Randstad WerkMonitor:
De mobiliteitsindex geeft een indicatie van het aantal werkenden dat
verwacht binnen nu en 6 maanden hetzelfde of vergelijkbaar werk te
doen bij een andere werkgever. De index is gebaseerd op het aantal
mensen dat positief antwoordt op deze vraag.
De stand van de index is te zien aan de rechterzijde van de grafiek.
Tussen februari en april 2004 is de index gedaald naar 85 punten.
De mobiliteitsindex wordt voorspeld door een viertal factoren; te
weten:
- Het vertrouwen dat men heeft in een 'baanswitch'
- Hoe groot men de kans inschat dat men de huidige baan verliest
- Het aandeel mensen dat toe is aan een nieuwe uitdaging
- De tevredenheid met de huidige werkgever.
44)46)