kamervragen over prioriteit aan de opsporing van de georganiseerde
handel in softdrugs
Antwoorden op kamervragen over prioriteit aan de opsporing van de
georganiseerde handel in softdrugs
15 april 2004
Vragen van de leden Externe link Algra en Externe link Joldersma
(beiden CDA) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties en van Justitie over prioriteit aan de opsporing
van de georganiseerde handel in softdrugs. (Ingezonden 12 maart 2004)
---
Antwoord van minister Donner (Justitie), mede namens de minister van
Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
1. Vraag
Klopt het dat de politie in het oosten van het land geen prioriteit
meer geeft aan de opsporing van de georganiseerde handel in softdrugs?
1)
2. Vraag
Wat is hiervoor de aanleiding?
1 en 2. Antwoord
Zoals in de rest van Nederland is ook in Twente de aanpak van de teelt
en handel van softdrugs een belangrijk aandachtspunt voor politie en
justitie. Dit geldt met name wanneer sprake is van betrokkenheid van
georganiseerde criminaliteit en wanneer als gevolg van de teelt sprake
is van overlast of gevaarzetting in een woonwijk. Van begin 2002 tot
medio 2003 is er in Twente 192 keer opgetreden tegen hennepkwekerijen,
waarbij er 197 verdachten zijn a angehouden.
Binnen het totaal van de prioriteiten bij de aanpak van georganiseerde
criminaliteit moet echter door justitie en politie op lokaal niveau
steeds meer een afweging worden gemaakt waar de capaciteit van de
recherche met voorrang wordt ingezet. Dat kan er in concrete situaties
toe leiden dat aan andere relatief zwaardere delicten, zoals
georganiseerde handel in harddrugs en mensenhandel, meer prioriteit
moet worden gegeven ten koste van de aanpak van de handel in
softdrugs.
3 . Vraag
Wat gaat u doen om de aanpak van georganiseerde criminaliteit weer
prioriteit te geven?
3. Antwoord
Zoals ik in mijn brief van 11 juni 2003 aan de Tweede Kamer (Kamerstuk
20 477, nr. 120) - in reactie op het rapport Bovenkerk - heb
aangekondigd, zal de aanpak van de teelt verder worden geïntensiveerd.
In dit verband verwijs ik naar de interdepartementale beleidsbrief
cannabis die op korte termijn aan de Tweede Kamer wordt aangeboden.
Intensivering van de aanpak van de handel en teelt van softdrugs is
namelijk een geïntegreerd onderdeel van deze brief. Zo zal bevorderd
worden dat de integrale benadering van cannabis overal in Nederland
structureel vorm krijgt. Het is mijn verwachting dat hiermee de
hennepteelt effectiever en efficiënter bestreden kan worden, waarmee
ook de aanpak van de bij hennepteelt betrokken georganiseerde
criminaliteit een impuls krijgt.
4. Vraag
Welke relatie is er tussen de toegepaste prioriteitstelling en het
gedoogbeleid ten aanzien van de verkoop van softdrugs?
4. Antwoord
Er is geen relatie. Het gedoogbeleid beperkt zich tot de verkoop -
onder strikte voorwaarden - van cannabis aan consumenten en strekt
zich niet uit tot de georganiseerde teelt en handel van softdrugs.
Voor wat betreft de aanpak van handel en teelt verwijs ik naar hetgeen
ik daarover hiervoor reeds heb opgemerkt.
---
---
---
---
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties