Time : 2:19:23 PM
Date : Thursday, April 15, 2004
Sender Name: Bureau fédéral du Plan
Interne migraties, economie, inwoners: hoe ziet de toekomst er uit voor de Belgische steden?
Waar vestigen gezinnen en ondernemingen zich op Belgisch grondgebied?
Op basis van welke criteria? Kunnen er beleidsmaatregelen in het
leven worden geroepen om die keuze te beïnvloeden? Zo ja, welke?
Het Federaal Planbureau organiseert een colloquium om de balans
hiervan op te maken en de resultaten van zijn onderzoek voor te
stellen.
Waar willen de Belgen wonen en waarom?
Het fenomeen van interne migratie, met andere woorden veranderen van
woonplaats binnen het Belgisch grondgebied, vormt een essentieel
element om heel wat beleidsmaatregelen te begrijpen en op te stellen,
zoals het woonbeleid, ruimtelijke ordening, mobiliteit en
fiscaliteit. Het Federaal Planbureau bestudeerde de
intergemeentelijke migraties voor de periode 1998-2000 en deed dat op
verschillende ruimtelijke niveaus (op gemeentelijk, regionaal en
stedelijk vlak). Uit die analyse blijkt dat de woonplaatskeuze van
gezinnen vooral bepaald wordt door werkgelegenheid en de
aantrekkelijkheid van de leefomgeving.
Welke gemeenten hebben een positief migratiesaldo?
Gemeenten met een lage werkloosheidsgraad en een belangrijke
werkgelegenheidsgroei zullen een positiever migratiesaldo vertonen.
Bepaalde lokale faciliteiten spelen ook een belangrijke rol als
lokalisatiefactor. Die faciliteiten (ameniteiten) kunnen van
allerlei aard zijn. Het kan gaan om tuinen of parken, medische,
maatschappelijke en sociale voorzieningen, sportfaciliteiten en
vrijetijdsactiviteiten, horeca en kleinhandel, openbaar vervoer,
openbare diensten en diensten van openbaar nut, de verkeersfunctie,
het cultuuraanbod en onderwijs. Dit alles trekt mensen aan naar
bepaalde gemeenten en de naburige gemeenten van die trekpleisters.
Voor de bestudeerde periode werd vastgesteld dat het aantal inwoners
binnen randgemeenten een stijgende trend vertoont. In de kernsteden
blijft het aantal inwoners echter dalen.
Waar bevinden zich de economische activiteiten?
Zoals in de meeste landen, zijn de economische activiteiten in België
vooral gegroepeerd in stedelijke omgevingen, met verzadiging als
gevolg. De jongste jaren lijken die activiteiten zich echter te
verplaatsen naar de stadsrand en niet-stedelijke zones. De steden
blijven aantrekkelijk voor veel ondernemingen, maar factoren zoals
mobiliteit, de hoge kostprijs van immobiliën en hoge lokale
belastingen spelen in hun nadeel.
Wat zijn de gevolgen van die verschuiving?
De trend om de economische activiteit en de woonplaats te verplaatsen
naar zones buiten de steden heeft een prijs. De mobiliteitsproblemen
die hiermee gepaard gaan, zorgen voor heel wat ongemakken
(lawaaihinder, vervuiling, verkeersopstoppingen, ...). Bovendien zien
de steden zich genoodzaakt hun dalende inkomsten te compenseren met
hogere belastingen. Bovendien zorgt de uitwaaiering van de
economische activiteiten vaak voor bijkomende kosten, zoals
infrastructuuruitbreiding, de schaarse ruimte voor ontspanning wordt
in woonzone omgevormd, bosrijke gebieden verdwijnen ... Al die
elementen vormen een pleidooi voor een beleid dat gericht is op een
terugkeer van de economische activiteit en de gezinnen naar de
steden.
De oplossingen?
Om die doelstelling te halen, loont het de moeite bepaalde pistes te
bestuderen. Vanuit economisch standpunt zou de terugkeer van
tertiaire activiteiten naar de steden die weinig hinder vormen voor
de bewoners (administraties, maatschappelijke zetels, diensten aan
ondernemingen ...), aangemoedigd kunnen worden. Ook kunnen de
steden aan elk gezinstype criteria bieden die voldoen aan de
levenskwaliteit die deze gezinnen zoeken. Concreet zou een aantal
maatregelen een stap in die richting kunnen vormen:
- de infrastructuren en activiteiten in de steden die voor
opwaardering zorgen, onderhouden (stations, internationale
instellingen),
- mobiliteitsproblemen aanpakken (beter openbaar vervoer uitbouwen,
initiatieven zoals carpooling aanmoedigen, mobiliteitsprofielen voor
ondernemingen opstellen, ...
- de ruimte in de steden zo efficiënt mogelijk gebruiken
(verwaarloosde stadsruimte een nieuwe bestemming geven, bestaande
gebouwen en ruimtes multifunctioneel maken, ...),
- een samenwerking voorzien tussen de verschillende bevoegde
overheden voor eenzelfde zone van economische activiteiten
(supragemeentelijk of supraregionaal),
- het belastingverschil tussen stedelijke en niet-stedelijke zones
verminderen,
- bepaalde fiscale maatregelen invoeren, zoals de toekenning van
belastingvoordelen voor renovatie, lagere registratierechten ...
- het aantal eengezinswoningen in de steden doen toenemen, groene
zones en vrijetijdsruimte uitbouwen.
Het colloquium 'Over steden, stedelijke structuren en stadsgewesten:
een Belgische 18-stedentocht' zal plaatsvinden op 22 april 2004 van 9
tot 16u in de Bibliothèque Solvay, Belliardstraat 137 te 1040
Brussel. Het wordt georganiseerd in het
kader van het programma 'Transversale acties: leefbare steden' dat
gefinancierd wordt door het Federale Wetenschapsbeleid. Het volledige
programma kan op
www.plan.be/nl/events/co20040424/conf.htm worden geraadpleegd. De
Working Papers 08-04 'Interne migraties in België: wie, waarom en
naar welke gemeenten? En waarom niet naar steden?' en 21-03
'Dynamique géographique de l'emploi en Belgique - Déterminants et
impact des TIC' kunnen kan besteld worden via
www.plan.be
Contactpersoon voor de publicaties:
Danielle Devogelaer
(dd@plan.be, 02 507 74 38)
Contactpersoon voor het colloquium:
Vincent Geortay
(vg@plan.be, 02 507 73 39)
URL: http://www.planbe/fr/events/co20040424/conf.htm
http://www.planbe/nl/events/co20040424/conf.htm
Picture: (None)
Attachments: (None)