College Bescherming Persoonsgegevens
15 april 2004
Geen onderzoek naar verstrekken passagiersgegevens aan de NASA
Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) heeft Northwest
Airlines om opheldering gevraagd over de verstrekking van gegevens van
Nederlandse passagiers in 2001 aan de NASA voor onderzoeksdoeleinden.
De NASA was destijds, na de aanslagen in de Verenigde Staten, bezig
met de ontwikkeling van een methode om potentiële terroristen te
kunnen identificeren.
Op basis van de verstrekte informatie neemt het CBP aan dat gegevens
over Nederlandse passagiers door Northwest Airlines zijn verstrekt aan
de NASA. Zonder nader onderzoek kan het CBP niet beoordelen of de
verstrekking in strijd was met de Nederlandse privacywetgeving. Gezien
het feit dat Northwest Airlines inmiddels zijn beleid heeft aangepast
en de nodige privacywaarborgen heeft getroffen en de verstrekking
eenmalig was, heeft het CBP besloten geen verder onderzoek in te
stellen.
De digitale burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom (BOF) verzocht
het CBP Northwest Airlines, partner van KLM, om opheldering te vragen.
Volgens BOF was de mogelijkheid aanwezig dat er destijds ook gegevens
van Nederlandse passagiers zijn doorgegeven aan de NASA.
Doorgifte van persoonsgegevens
De Wet bescherming persoonsgegevens (WBP), die sinds 1 september 2001
van kracht is, bevat regels over de doorgifte van persoonsgegevens
naar landen buiten de Europese Unie. Hoofdregel is dat
persoonsgegevens alleen mogen worden doorgegeven naar derde landen met
een passend beschermingsniveau. Buiten die gevallen is doorgifte
alleen toegestaan op basis van een wettelijke uitzondering of met
vergunning van de Minister van Justitie. De afgifte van een vergunning
vindt plaats nadat het CBP daarover advies heeft uitgebracht. Meer
informatie over dit onderwerp is te vinden in de brochure Derde
landen. De doorgifte van persoonsgegevens naar landen buiten de
Europese Unie.
Over het CBP
Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) houdt -onder de Wet
bescherming persoonsgegevens (WBP)- toezicht op de naleving van wetten
die het gebruik van persoonsgegevens regelen. Bij het CBP moet het
gebruik van persoonsgegevens worden gemeld, tenzij hiervoor een
vrijstelling geldt.
Het CBP adviseert de regering en organisaties over de bescherming van
persoonsgegevens en onderwerpen die daarmee samenhangen. Het CBP
toetst gedragscodes en bemiddelt in geschillen tussen burgers en
gebruikers van persoonsgegevens. Op eigen initiatief of op verzoek van
een belanghebbende kan het CBP onderzoeken of de manier waarop
persoonsgegevens in een bepaalde situatie zijn gebruikt, in
overeenstemming is met de wet en daaraan zonodig gevolgen verbinden.
Voor in gebreke blijven bij de melding kan een boete worden opgelegd.
Bij overtreding van de wet of daarop gebaseerde regelingen kan het CBP
overgaan tot bestuursdwang of een dwangsom opleggen.