Haalbaarheid van kadaverbe- en -verwerking op varkensbedrijven
PraktijkRapport 26
Auteurs: A.V. van Wagenberg, M. Timmerman, A.J.J. Bosma
De tarieven voor de afvoer van kadavers naar Rendac staan ter
discussie. De verwachting is dat de overheidsbijdrage steeds verder
zal afnemen en dat men de kosten doorberekent aan de sector. In 2004
zijn de tarieven verhoogd en zijn de kosten voor kadaverafvoer op een
zeugenbedrijf met 300 zeugen EUR 1.297,- (was in 2003 EUR 930,-) en op
een vleesvarkensbedrijf met 1.000 plaatsen EUR 1.063,- (was in 2003
EUR 734.-). Bij kostendekkende tarieven komen de kosten uit op EUR
2.448,- voor het zeugenbedrijf en EUR 1.454,- voor het
vleesvarkensbedrijf.
In de praktijk is de vraag ontstaan hoe de kosten voor kadaverafvoer
en -verwerking voor varkensbedrijven gereduceerd kunnen worden.
Conserveren en verwerken van kadavers op het bedrijf zelf bieden
mogelijkheden om de ophaal- en verwerkingskosten te reduceren en
versleep van aangifteplichtige en bedrijfsgebonden dierziekten te
verminderen. De methoden die in dit rapport belicht worden zijn
invriezen, verbranden, composteren en vergisten. Er is een inschatting
gemaakt van de haalbaarheid van de genoemde technieken waarbij gekeken
is naar de praktische toepasbaarheid en de economische haalbaarheid.
De kosten zijn vergeleken met de kosten van de afvoer van kadavers
naar Rendac.
De kosten voor kadaverafvoer door Rendac bestaan op zeugenbedrijven
enerzijds uit kosten voor kadaveropslag en anderzijds uit de tarieven
van Rendac. Bij vleesvarkensbedrijven bestaan de kosten vooral uit
tarieven van Rendac.
Bij tijdelijk invriezen van kadavers kunnen varkenshouders kosten
besparen door het aantal stops (ophaalbezoeken) van Rendac te
verminderen, maar de hoeveelheid te verwerken kadavermateriaal door
Rendac neemt niet af. Bij zeugenbedrijven wordt het kleine
kadavermateriaal opgeslagen en opgehaald als er een zeugenkadaver is.
Op vleesvarkensbedrijven is gekozen voor een opslagcapaciteit van 15
kadavers. De vriescel vraagt een hoge investering en ook de
energiekosten zijn behoorlijk hoog. Daarnaast blijven de afvoerkosten
van Rendac.
Het verbranden van kadavers op bedrijfsniveau vraagt een daarvoor
bestemde verbrandingsoven. Op zeugenbedrijven gebruikt men de
verbrandingsoven wekelijks. Bij vleesvarkensbedrijven wordt de oven
gebruikt zodra er een kadaver is. De kosten van verbranden zitten met
name in brandstofkosten en arbeid. Het composteren van kadavers vraagt
om eenvoudige boxen waarin men kadavers mengt met materiaal zoals
zaagsel of stro. Voor het composteren van grote kadavers is veel tijd
nodig, waardoor er dan relatief veel boxen noodzakelijk zijn. Op
zeugenbedrijven is daarom ook de variant doorgerekend waarbij alleen
het kleine kadavermateriaal gecomposteerd wordt. De belangrijkste
kostenpost bij composteren is de benodigde arbeid. Bij covergisting
van kadavers wordt het kadavermateriaal eerst vermalen en vervolgens
bij de mest gemengd. Deze methode vraagt weinig arbeid en levert extra
biogasopbrengst. De belangrijkste kostenpost betreft de jaarkosten van
de vermaler.
Invriezen, composteren of verbranden van kadavers op bedrijfsniveau is
duurder dan de huidige toegepaste methode van kadaverafvoer naar
Rendac (tarieven 2004). Als de kosten van de vergistingsinstallatie
niet toegeschreven worden aan de kadaververwerking, biedt covergisten
van kadavers op zeugenbedrijven een kostenvoordeel.
Ook als bij varkenshouders kostendekkende tarieven in rekening worden
gebracht, is vergisten op zeugenbedrijven en op grote
vleesvarkensbedrijven de meest economische oplossing, mits er een
vergistingsinstallatie aanwezig is. Composteren van alleen het kleine
kadavermateriaal op zeugenbedrijven is qua kosten vergelijkbaar. Het
composteren van grote kadavers op zowel zeugen- als
vleesvarkensbedrijven vraagt te hoge investeringen met bijbehorende
jaarkosten. De meerkosten van het tijdelijk invriezen van kadavers is
afhankelijk van de bedrijfsgrootte, en in het gunstigste geval circa
10% duurder dan de wekelijkse afvoer naar Rendac. Verbranden van
kadavers heeft weinig perspectief. Deze techniek is duur en brengt
grote milieu- en arbeidstechnische risico's met zich mee. Het
vergisten van kadavers biedt geen oplossing voor de sector, maar
alleen voor enkele bedrijven die een vergistingsinstallatie hebben
staan. Om die reden biedt vergisting op dit moment weinig perspectief.
Mocht de situatie in de toekomst veranderen en mestvergisting op vele
bedrijven toegepast worden, dan kan deze techniek alsnog perspectief
bieden.
In het buitenland zijn goede ervaringen met composteren van kadavers
op bedrijfsniveau. Deze techniek lijkt ook in Nederland perspectief te
hebben. Mogelijk is deze variant extra perspectiefvol op bedrijven
waar stromest aanwezig is, maar een goed "composteringsmanagement" is
essentieel. Het tijdelijk invriezen van kadavers is een veilig
systeem, en het verlaagt de kosten van de kadavertransport.
Vervolgonderzoek moet gericht zijn op praktijktoepassing van deze twee
systemen.
Alternatieve kadaververwerking is vooral belangrijk voor
zeugenbedrijven, enerzijds door de hogere kosten en ook door een hoger
risico van versleping van ziektes door frequentere bezoeken van de
ophaaldienst van Rendac. De voordelen van alternatieve
kadaververwerking (vermindering van het aantal transportbewegingen met
kadavers, minder kadavers langs de weg, minder stankoverlast en minder
kadaverophoping tijdens vervoersverboden) kunnen hogere kosten voor
kadaver be- en verwerking rechtvaardigen.
Wilt u het hele praktijkrapport lezen? Dat kan. Bestel
praktijkrapport 26 hier voor de prijs van EUR 14.71 (excl BTW) .
Varkens praktijkrapport 26: Haalbaarheid van kadaverbe- en -verwerking
op varkensbedrijven - 2004 - 31 pagina's
Oudste praktijkrapport Vorige praktijkrapport Overzicht alle
praktijkrapporten Volgende praktijkrapport Nieuwste praktijkrapport
---
© Praktijkonderzoek - Animal Sciences Group - Wageningen UR. Laatst
bijgewerkt: 14-04-2004 09:52.
Mail vragen en opmerkingen over de Praktijkonderzoek Website naar:
webmaster.po.asg@wur.nl
Praktijkonderzoek Veehouderij