Omvang van het geding; ex nunc beoordeling
Bron: Centrale Raad van Beroep Utrecht
Datum actualiteit: 13-04-2004
De Raad kan zich niet met de zienswijze van de rechtbank op de omvang
van het geding verenigen. De rechtbank overwoog dat de beoordeling van
het bestreden besluit dient te geschieden aan de hand van de situatie
ten tijde van het nemen van dat besluit, ex tunc, en niet aan de hand
van later beschikbaar zijnde gegevens. De Raad onderschrijft het
standpunt van betrokkene dat het partijen vrij staat om hun stellingen
met betrekking tot de juistheid van de feiten waarvan bij het nemen
van een beslissing als de onderhavige dient te worden uitgegaan,
tijdens de behandeling van het beroep, of hoger beroep, nader te
staven met later opgekomen bewijsmiddelen. Voorts vloeit uit artikel
7:12, eerste lid, van de Awb voort dat het bestreden besluit dient te
berusten op een deugdelijke motivering die bij de bekendmaking van de
beslissing wordt vermeld. Gelet op die bepaling is de Raad van oordeel
dat de juistheid van de feiten in beroep -en vervolgens in hoger
beroep- kan worden betwist en dat, nu in beroep is aangevoerd dat het
bestreden besluit op onjuiste feiten is gebaseerd, de juistheid van
die stelling door de rechtbank diende te worden beoordeeld.
Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AO5861
Zie het origineel