De Unie


Horeca - Stap voor stap naar een rookvrije horeca

9 april 2004 - De vakbonden in de horeca zijn van mening dat gefaseerd naar rookvrije werkplekken in de horeca toegewerkt dient te worden. Dat schrijft voorzitter Ben Francooy mede namens de CNV en De Unie aan minister J. Hoogervorst van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Wel moet uiterlijk op 1 januari 2006 duidelijk zijn hoe de minister verder wil op weg naar een rookvrije horeca.

Wij kunnen ons voorstellen dat een onderscheid wordt gemaakt tussen de verschillende sectoren in de bedrijfstak. Waar een rookvrije werkplek éénvoudig te realiseren is, zou begonnen kunnen worden met het rookvrij maken van die sector. Het rookvrij maken van een hotel is eenvoudiger dan het rookvrij maken van een bruin café. Zowel de praktische uitvoerbaarheid, alsmede de acceptatie van gasten, speelt hierbij een belangrijke rol, schrijft de heer Francooy in zijn brief van 6 april.

Als mogelijke volgorde geeft hij aan:

* sport- en recreatiebedrijven

* fastfood- en ijsbedrijven

* hotels

* restaurants discotheken

* café en barbedrijven.

Uitgangspunt van de vakbonden is dat iedere werknemer recht heeft op een rookvrije werkplek. Een uitzondering maken voor de horeca is principieel onjuist. Een rookverbod op korte termijn achten de vakbonden echter niet wenselijk. Het is onder meer van groot belang dat eerst meer draagvlak wordt gecreëerd.

Uitleggen
Momenteel wordt veel aandacht besteed aan de nieuwe wetgeving inzake een rookvrije werkplek voor iedere werknemer. Er is echter geen voorlichtingscampagne die betrekking heeft op de horeca. Naar onze mening moet die er wel komen. De overheid zal uit moeten leggen waarom er een uitzondering wordt gemaakt voor de werknemers in de horeca, die voortdurend worden blootgesteld aan tabaksrook, schrijft Ben Francooy.

Werkgeversvereniging Koninklijk Horeca Nederland heeft gekozen voor zelfregulering wat betreft het rookbeleid en het treffen van maatregelen die moeten leiden tot een situatie waarin wordt tegemoet gekomen aan de belangen van zowel werknemers als gasten. De te nemen maatregelen zijn vastgesteld in een stappenplan, dat moet leiden tot een acceptabele situatie bezien vanuit de doelstelling die de minister heeft geformuleerd. Uit onderzoek zal moeten blijken of de te nemen maatregelen voldoende zijn of niet. De vakbonden zijn van mening dat dit onderzoek op zeer korte termijn moet worden begonnen, zodat de effecten van de genomen maatregelen snel duidelijk worden zodat de minister kan beoordelen of de ingeslagen weg zal leiden tot het beoogde resultaat.

Adrie van Bokkem
Bestuurder

vrijdag, 9 april 2004