INSPECTIE VAN HET ONDERWIJS
Stimulans voor sbo-scholen
Utrecht, 7 april 2004. De Inspectie van het Onderwijs heeft vandaag
het eerste sbo-schoolportret uitgebracht in een reeks van een tiental
portretten. Het doel van deze portretten is dat zij stimulerend zijn
voor collega sbo-scholen, gericht op het verbeteren van de kwaliteit.
In de uiteindelijke selectie van de portretscholen zijn niet louter
scholen opgenomen die op alle door de inspectie getoetste
kwaliteitsstandaarden goed zijn. Er is vooral gekeken naar
afzonderlijke aspecten, die als voorbeeld kunnen dienen. De
schoolportretten zijn geen blauwdruk voor kwaliteitsverbetering, omdat
iedere school weer anders is. De inspectie hoopt dat zij zullen
fungeren als inspiratiebron.
De inspectie heeft zich bij de keuze van portretscholen laten leiden
door verschillende thema's. Zo zijn sommige scholen uitgekozen vanwege
de wijze waarop zij hun leerlingvolgsysteem hebben ontwikkeld en weer
andere vanwege hun rol binnen het samenwerkingsverband. Thema's die in
de portretten aan de orde komen zijn onder meer: 1) meten is weten, de
lerende organisatie; 2) teamontwikkeling, de lerende organisatie; 3)
scholen die uit een diep dal klimmen; 4) het nieuwe leren; 5) de rol
van de sbo-school in het samenwerkingsverband.
Om het stimulerende karakter van deze portretten te onderstrepen,
werkt de inspectie samen met de projectgroep WSNS Plus. De inspectie
is verantwoordelijk voor de inhoud van de portretten. WSNS Plus biedt
ondersteuning aan scholen die aan de slag willen met ideeën zoals
aangedragen in de portretten. Zij doet dit door kijkleerroutes,
studiedagen en netwerken van leraren, intern begeleiders en
directies.
Eind 2002 heeft de Inspectie van het Onderwijs het rapport 'De
kwaliteit van het speciaal basisonderwijs' uitgebracht. In dit rapport
oordeelde zij over een aantal kwaliteitsaspecten tamelijk negatief.
Vooral het leerstofaanbod en de leerlingenzorg zijn onder de maat
bevonden. Het nadeel van dit soort kritische oordelen is dat ze
generaliseren en daardoor kunnen demotiveren. Scholen voor speciaal
basisonderwijs die juist een goede kwaliteit weten te bereiken, komen
in dit rapport niet tot hun recht. Daarom heeft de minister van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap de inspectie verzocht om een aantal
ontwikkelingen in sbo-scholen te beschrijven die stimulerend kunnen
zijn voor de ontwikkeling van het onderwijs en de organisatie in
andere sbo-scholen.