Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


- Directie Mensenrechten en Vredesopbouw
Afdeling Mensenrechten

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum

7 april 2004

Behandeld

Jeroen van Drunen


Kenmerk


- DMV/MR 106/04

Telefoon


- +31 (70) 3485061


Blad


- 1/3

Fax


- +31 (70) 348 5049


Bijlage(n)


- 1


- jeroen-van.drunen@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen vanhet lid De Wit over onzuivere glycerine

Graag - biedenwij u, mede namens de Minister van Justitie, hierbij- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - het lidDe Wit (SP) over onzuivere glycerine. Deze vragen werden ingezonden op 10 maart 2004 met kenmerk - 2030410230.


- De Minister van Buitenlandse Zaken, De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,


- Dr. B.R. Bot A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven

Antwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken en mevrouw Van Ardenne - van der Hoeven, minister voor Ontwikkelingssamenwerking, mede namens de heer Donner, minister van Justitie, op vragen van het lid De Wit (SP) over onzuivere glycerine.

Vraag 1

Kunt u bevestigen dat de Nederlandse staat 500.000 euro schenkt aan de ouders van de circa 60 Haïtiaanse kinderen welke in 1996 overleden na het gebruik van onzuivere glycerine afkomstig van het Nederlandse bedrijf VOS BV? 1)

Antwoord

Ja. De regering onderzoekt momenteel de mogelijkheden om genoemd bedrag ten goede te laten komen aan de slachtoffers en nabestaanden.

Vraag 2

Welke redenen liggen aan dit besluit ten grondslag?

Antwoord

De uitkering van een bedrag van 500.000 euro aan de slachtoffers en nabestaanden in deze zaak moet worden gezien als een gebaar van barmhartigheid en staat volledig los van de vraag naar de juridische aansprakelijkheid.

Vraag 3

Klopt het dat vanuit de VN druk is uitgeoefend op Nederland deze slepende kwestie te regelen vóór de mensenrechtenconferentie van de VN van deze maand? Zo ja, waaruit bestond deze druk precies?

Antwoord

De regering werd op deze zaak gewezen door de Speciale Rapporteur inzake giftige afvalstoffen van de VN-Mensenrechtencommissie, mevrouw Ouachi-Vesely. Haar redenering dat het, hoewel juridisch correct, moreel ongelukkig is dat het schikkingsbedrag dat het Openbaar Ministerie met het bedrijf Vos BV overeen is gekomen in de algemene middelen terugvloeit en op geen enkele wijze ten goede komt aan de circa 80 tot 100 families van nabestaanden in deze zaak, snijdt naar de mening van de regering hout. Mevrouw Ouachi-Vesely heeft de Nederlandse Permanente Vertegenwoordiging in Genève per brief om informatie gevraagd en in haar toespraken tijdens de jaarlijkse zittingen van de VN Mensenrechtencommissie in 2002 en 2003 aan deze zaak gerefereerd.

Vraag 4

Ziet u nog mogelijkheden dit bedrag te verhalen op Vos BV? Zo ja, bent u daartoe bereid?

Antwoord

Nee, aangezien het hier een onverplichte betaling betreft, is er geen mogelijkheid deze te verhalen.


1) NRC-Handelsblad, 6 maart jl.

===