Ingezonden persbericht
PERSBERICHT
CENTRAAL BUREAU VOOR DE RIJN- EN BINNENVAART
Rotterdam, 1 april 2004
Binnenvaartsector start security project
³Binnenvaart, onderweg naar een beveiligde toekomst²
Onlangs heeft de officiële ³kick-off² plaatsgevonden van het security
project ³Binnenvaart, onderweg naar een beveiligde toekomst² dat het
Centraal Bureau voor de Rijn- en Binnenvaart (CBRB) gestart is namens de
binnenvaartsector. Het project is in eerste instantie gestart op verzoek van
het Havenbedrijf Rotterdam en daarnaast in antwoord op de onrust die is
ontstaan in de binnenvaartsector over nieuwe security maatregelen. Het
project zal uitgevoerd worden door twee afstudeerders van de opleiding
Logistiek en Technische Vervoerskunde aan de Hogeschool Rotterdam.
Het project moet duidelijkheid brengen over de gevolgen van de verschillende
security-maatregelen voor de binnenvaartsector en over welke rol de
binnenvaart hierin moet gaan spelen. De doelstellingen van het project zijn
het in kaart brengen van security maatregelen die invloed hebben op de
binnenvaart, en de binnenvaartsector adviseren hoe zij proactief kan
inspelen op deze maatregelen.
De maatregelen zijn onder te verdelen in drie blokken: wettelijk verplichte
maatregelen, maatregelen geïnitieerd vanuit de Amerikaanse markt en
maatregelen die betrekking hebben op het vervoer van gevaarlijke stoffen.
Op 1 juli 2004 zal een Internationale Code voor de beveiliging van
zeeschepen en havenfaciliteiten zijn intrede doen, de International Ship and
Port Facility Security Code (ISPS-Code). Deze code is opgesteld door de
International Maritime Organisation en is volledig overgenomen en
uitgebreid door de Europese Commissie die deze code verplicht stelt.
Vanuit de Verenigde Staten zijn de Customs-Trade Partnership Against
Terrorism (C-TPAT), Container Security Initiative (CSI) en de 24 hours
notice-rule afkomstig. Deze maatregelen lopen parallel met de ISPS-Code.
Op het gebied van gevaarlijke stoffen zal het ADN / ADNR-reglement worden
uitgebreid met een extra hoofdstuk volledig gewijd aan security .
Een belangrijke rol in het onderzoek is weggelegd voor de initiatieven van
het Havenbedrijf Rotterdam, dat een concept heeft opgesteld over binnenvaart
en security dat een aantal handvatten biedt om te kunnen monitoren, risico¹s
in te kunnen schatten en maatregelen te nemen. Daarbij moet het
dreigingniveau van de zeehaventerminal of van een gehele haven bepalend zijn
voor de maatregelen en de mate van controle. Dit door de binnenvaartsector
bewerkte concept zal dienen als input voor de landelijke werkgroep Port
Security van de nationale zeehavens, en voor de verdere uitwerking van port
security plannen.
Twee afstudeerders, B. Versluijs en J. Schot, zullen onder begeleiding van
Mw. van Helvoirt en Dhr. van Dijk, beide secretaris bij het CBRB, het
project uitvoeren. Naast de begeleiding vanuit het CBRB zijn er twee
klankbordgroepen opgericht, de één bestaand uit vertegenwoordigers van de
binnenvaartsector (zowel leden van het CBRB als vertegenwoordigers van
Kantoor Binnenvaart en Koninklijke Schuttevaer), en de andere bestaand uit
de beleidsmakers op regionaal, nationaal en internationaal niveau, verladers
en stuwadoors. Deze twee groepen zullen de afstudeerders sturen en voorzien
van advies en informatie tijdens het project. De heer P. Kreuze is benoemd
tot voorzitter.
Het onderzoek zal eind mei 2004 afgerond worden.
Noot voor de redactie (