'Aanvullende verzekering in basisstelsel moet toegankelijker'
regionale zorgverzekeraars: invoering no-claim zet solidariteit verder
onder druk
DEN HAAG, 31 MAART 2004 - De acceptatieplicht die op 1 januari 2006
voor de basisverzekering wordt ingevoerd, moet worden uitgebreid naar
delen van de aanvullende verzekering. Dit bepleit de Vereniging
Regionale Zorgverzekeraars (VRZ) in het Visiedocument 'Zorg, voor
elkaar' dat zij vandaag overhandigde aan minister Hoogervorst van
Volksgezondheid. In 'Zorg, voor elkaar' worden voorwaarden beschreven
waaraan het nieuwe stelsel volgens de VRZ moet voldoen. Iedere
verzekerde heeft recht op toegang tot adequate zorg. Daarnaast moet
het stelsel solidair, doelmatig en transparant zijn. De invoering van
een no-claimteruggaaf past niet binnen deze voorwaarden.
VRZ-voorzitter Ron Hendriks: 'Wij onderschrijven de noodzaak tot een
stelselherziening, maar de huidige kabinetsvoorstellen leiden tot een
beperking van toegankelijkheid van de zorg.'
Het kabinet stelt voor om alleen voor de basisverzekering een
acceptatieplicht in te stellen. De VRZ is van mening dat dit tot grote
ongelijkheid tussen verzekerden leidt. Omdat een groot deel van de
zorg vanaf 2006 valt onder de privaat gefinancierde, aanvullende
verzekering zullen sommige verzekeraars 'dure verzekerden'als ouderen
en chronisch zieken weigeren. Om deze risicoselectie te voorkomen
roept de VRZ op om ook een acceptatieplicht in te stellen voor
onderdelen van de aanvullende verzekering.
De invoering van de no-claimteruggaaf zal volgens de VRZ al in 2005
leiden tot verwarring bij de patiënt, grote administratieve lastendruk
voor de zorgverzekeraar én substantiële kansen op misbruik of fraude.
Hendriks: 'Daarnaast wordt het beeld gecreëerd dat het verzekeren van
gezondheid hetzelfde is als het verzekeren van een auto. Alsof een
patiënt kan kiezen voor een blindedarmoperatie omdat een bypass
operatie zo duur is. Echter, in de zorg is prijs geen
sturingsinstrument voor een zorgconsument, maar wel voor onderling
concurrerende zorgverzekeraars en zorgaanbieders.'
De VRZ erkent dat de zorg veel efficiënter kan en moet functioneren én
dat de consument zich meer bewust moet worden van zijn kosten van
zorgconsumptie. 'Maar tegelijkertijd moeten we in Nederland durven
erkennen dat door demografische en technologische ontwikkelingen de
totale uitgaven aan zorg onvermijdelijk zullen stijgen,' aldus
Hendriks. 'Wij bewonderen en waarderen de ambitie van de minister,
maar vragen hem ook realist te blijven.'
Afremming van zorgkosten is beter te bereiken via de zorgaanbieders
dan zorgvragers, bijvoorbeeld door beperking van farmacievergoedingen,
of het beter op elkaar af te stemmen van de organisatie en logistieke
zorgketen. Ook door het toezicht anders te organiseren kan veel geld
worden bespaard. Daarom roept de VRZ in 'Zorg, voor elkaar' op om alle
bestaande toezichthouders af te schaffen en om te vormen tot één
toezichthouder die nadruk legt op doelmatigheid van bestedingen.
Bovendien dient de toezichthouder in samenwerking met
patiëntenorganisaties, zorgprestaties van verzekeraars voor de klant
inzichtelijk te maken. Juist een regionale zorgverzekeraar met
decentrale verantwoordelijkheden kan hierin - in goede samenwerking
met patiëntenorganisaties en regionale zorgaanbieders - een grote
bijdrage leveren.
Het volledige Visiedocument is beschikbaar via www.vrz.nl. Binnenkort
is hierop tevens beschikbaar een verslag van de tijdens de
Visieconferentie gevoerde paneldiscussie - met deelname van de
Kamerleden Schippers en Bakker, GGZ directeur De Beer,
patiëntenvertegenwoordiger De Borst, VNO-NCW directeur Van den Braak
en VRZ-bestuurslid Feenstra.
Noot voor de redactie,