FNV wil wettelijk recht op ontslagvergoeding
Werknemers die onvrijwillig ontslagen worden, moeten een wettelijk recht krijgen op een behoorlijke ontslagvergoeding. Dat zegt FNV-voorzitter Lodewijk de Waal in het FNV e-Magazine van 31 maart.
De vergoeding moet ook gelden als het ontslag wordt aangevraagd via het CWI (Centrum voor Werk en Inkomen).
De Waal spreekt vanmiddag tijdens een conferentie over de 'kantonrechtersformule', georganiseerd door de Raad voor de Rechtspraak. Hij bekritiseert het kabinet dat een relatie legt tussen de gouden handdrukken aan de top, en de standaardvergoeding bij ontslag via de kantonrechter.
De Waal: 'Het is een gotspe dat het kabinet de excessieve praktijken in de hoogste regionen van de arbeidsmarkt ten tonele voert, om te onderbouwen dat ze de ontslagvergoeding voor gewone werknemers wil halveren.'
Op dit moment kan een werkgever twee manieren kiezen om een werknemer te ontslaan: via het CWI, of via de kantonrechter. In dat laatste geval kent de kantonrechter meestal een ontslagvergoeding toe, afgeleid van leeftijd en aantal dienstjaren. Deze 'kantonrechtersformule' hebben rechters met elkaar afgesproken. Via het CWI krijgt een werknemer deze ontslagvergoeding niet.
De Waal: 'Zijn het niet vooral de minder weerbare regionen van de arbeidsmarkt - ongeschoolde en laaggeschoolde arbeid - waar werkgevers bij voorkeur de route van het CWI bewandelen, erop rekenend dat men op een koopje van de werknemer afkomt?'
Dat brengt de FNV op haar voorstel van een wettelijk recht op een ontslagvergoeding. Die moet behoorlijk fors zijn, als financiële prikkel voor de werkgever om eerst alle alternatieven te onderzoeken.
Verder wijst De Waal erop dat de huidige WW-praktijk tot steeds meer rechtszaken leidt. De toetredingsvoorwaarden van de WW dwingen een werknemer immers om altijd bezwaar te maken tegen het ontslag, ook al is er in feite overeenstemming.
31 maart 2004
FNV