De Unie


KLM - Medezeggenschap raakt ons allemaal

31 maart 2004 - De Wet op de Ondernemingsraden is niet tot stand gekomen uit politieke verveling of hobbyisme. Medezeggenschap is een zaak die iedere medewerker aangaat. De onderneming is een arbeidsorganisatie en de ondernemer is degene die het doel bepaalt en de middelen verschaft. De medewerkers brengen hun arbeid in en zijn daarbij onderworpen aan de leiding van de bestuurder. Binnen de structuur en kaders van de Wet op de Ondernemingsraden kunnen medewerkers invloed uit oefenen op het beleid van de organisatie met als doel het welzijn en welbevinden van medewerkers en organisatie in sociaal organisatorisch opzicht te verbeteren.

Met dit doel voor ogen trachten de kandidaten van De Unie de komende jaren hun rol in de medezeggenschap vorm en inhoud te geven. Uiteraard mogen ze daarbij rekenen op de steun van vakbond De Unie. Daar waar nodig biedt De Unie opleidingen aan haar vertegenwoordigers op het gebied van medezeggenschap en arbeidsverhoudingen.

Hoewel het doel van medezeggenschap, het verbeteren van het welzijn en welbevinden van medewerkers en organisatie in sociaal organisatorisch opzicht, zowel werknemer als werkgever aan zat spreken blijkt de praktijk een stuk lastiger. Het komt regelmatig voor dat binnen de medezeggenschap tussen werkgever en werknemer de nodige spanningen ontstaat. Middels periodiek overleg tussen de gekozen medezeggenschappers en de bestuurder van De Unie worden de problemen gedeeld en gezocht naar oplossingen.

Dat dit makkelijker gezegd is dan gerealiseerd, ervaart ook de Uniebestuurder bij de KLM. Vorig jaar is er een uitgebreide discussie geweest over het Sociaal Plan dat de consequenties op moest vangen van de bezuinigingsmaatregelen die de KLM op 1 april 2003 aankondigde. Over de noodzaak van de bezuinigingsmaatregelen in het kader van Alarm 2003 bestond geen verschil van inzicht tussen de KLM, de OR, De Unie en de overige vakbonden. Echter, De Unie kon zich niet vinden in de wijze waarop een meerderheid van partijen de sociale consequenties wilden opvangen en heeft daarom ook niet ingestemd met het huidige Sociaal Plan.

De Unieleden waren van mening dat de uitkomsten van het Sociaal Plan voor jonge en oude medewerkers onevenwichtig waren. De Unie is van mening dat de kor
ting op de eenmalige afkoop voor de medewerkers van 50 jaar of ouder strijdig is met de afkoopregeling die voorjongeren geldt, waarop geen korting wordt toegepast. Daarnaast bestond grote weerstand tegen het verschil in uitstel van de salarisverhoging van 1 oktober 2003. Voor het grondpersoneet werd deze met 8 maanden uitgesteld en voor het cockpit personeel met 6 maanden. Bovendien konden de Unieleden zich niet vinden in het afspiegelingsbeginsel, maar waren zij voorstander van het last in first out (LIFO) principe.

Hoewel de keuze voor een meetlat waarlangs medewerkers moeten afvloeien altijd een zeer moeilijke is voor een vakbond, zijn de Unieleden van mening dat LIFO een betere bescherming bood aan de oudere werknemers en dat jongere werknemers in algemeenheid betere kansen hebben op de arbeidsmarkt. Hoewel het doel van de bezuinigingsmaatregelen ook door De Unie werd onderschreven, kon De Unie geen instemming geven aan het Sociaal Plan. Een zeer lastige afweging, mede omdat de problemen bij de KLM bijzonder groot waren.

Lastige afwegingen dienen te worden gemaakt. Ook in de medezeggenschap, waarbij de vertegenwoordigers van De Unie zich zullen laten leiden door argumenten en het algemene belang.

Tot slot een woord van dank aan degenen die zich de afgelopen zittingsperiode hebben ingezet voor de medezeggenschap in het belang van hun collega's. Ik spreek het vertrouwen uit dat ook de komende zittingsperiode het gedachtegoed van De Unie stevig door zal klinken in de verschillende overlegorganen binnen de KLM.

Sjirk Bajema
Bestuurder


woensdag, 31 maart 2004