Een journalistieke structuur
voor de publieke omroep
Discussiestuk van de NVJ
Het is hoog tijd voor een journalistieke structuur bij de publieke
omroep. De NVJ pleit voor: onafhankelijkheid en inspraak, duidelijke
eindverantwoordelijkheid per net, het bundelen van krachten per net en
voor een indirectere rol voor de omroepen. Dit pleidooi is niet
helemaal nieuw. De de NVJ constateerde in 1995 al dat de omroepen zich
moesten herstructureren in het adviesrapport "Hoe is de stand, Mieke?"
Veel van de aanbevelingen van destijds zijn nog altijd actueel.
Anders dan in 1995 wordt de noodzaak tot aanpassing van het
omroepbestel nu breed gevoeld, zowel in Hilversum als in Den Haag.
Aan de vooravond van een brede discussie tussen omroepdirecties en
programmamakers en de politieke besluitvorming in Den Haag wil de NVJ
als beroepsvereniging van programmamakers graag haar bijdrage leveren.
Naast de nog immer actuele beleidsnotitie uit 1995 gebruiken wij
hiervoor de resultaten van een omroepbrede enquête onder onze leden,
die wij in september 2003 hielden.
De NVJ laat de discussie over aantallen netten en zenders, wel of geen
voetbal en amusement graag over aan anderen, of beter gezegd, aan de
te benoemen hoofdredacteuren van de zenders en netten.
Wel willen we enige bouwstenen aandragen voor een nieuwe structuur
voor de omroep.
We benaderen dit thema vanuit het perspectief van de makers, met als
groot voordeel het ontbreken van een verborgen agenda.
Anders dan omroepbestuurders, die vechten voor hun voortbestaan en
anders dan sommige politieke partijen, die voor de publieke omroep in
de toekomst nog slechts een marginale, aanvullende rol zien weggelegd,
hebben de makers als belangrijkste doel het scheppen van een
werkomgeving waarin kwalitatief goede programma's op de beste wijze
tot stand komen.
De vraag lijkt eenvoudig: hoe maak je op de meest efficiënte wijze
kwalitatief goede en onderscheidende programma's, die een beeld geven
van de verschillende in ons land aanwezige geledingen en waarmee je
diezelfde geledingen ook bereikt?
Waarom de huidige structuur niet werkt:
De publieke omroep opereert in een journalistiek-culturele omgeving
vaak als een volstrekt a-journalistieke en a-culturele organisatie.
Bij veel omroepen prevaleert niet de onafhankelijkheid, maar de
profileringsdrang van de vereniging en het financiële belang van hun
directie. (sponsoring)
Daar doorheen lopen de kijk- en luisterdoelstellingen van de
zender/netcoördinatoren en RvB.
Tenslotte zijn de beslislijnen tussen omroepdirecties en
netcoördinatoren onduidelijk.
Er wordt vaak naar elkaar gewezen als programma-ideeën sneuvelen of in
een donker hoekje van de programmering terecht komen.
Dat is geen gezond klimaat voor makers die primair werken aan een
creatief of journalistiek proces.
Een scherp profiel en een gezond bereik zijn lovenswaardige
doelstellingen, maar dienen in onze optiek een passende plaats te
krijgen in het geheel. De huidige structuur voldoet hiervoor niet.
Welke veranderingen zijn nodig?
1. Onafhankelijkheid en inspraak: Journalistieke en creatieve
onafhankelijkheid, gegarandeerd in een behoorlijk statuut;
Het maken van programma's is een journalistiek / creatief proces,
waarbij het van levensbelang is dat omroepdirecties, besturen en
commerciële krachten op afstand blijven. Het afwegingsproces wat wel
of niet uitzendwaardig is, moet gebeuren op grond van journalistieke
en creatieve wetten, waarbij de mening van programmamakers cruciaal is
en benut moet worden.
Een ander belangrijk onderdeel in deze statuten is de zeggenschap van
de makers binnen de redactie. Zij moeten kunnen meepraten over het
programmabudget, bijdragen van derden, de koers van het net
/programma's en de keuze van de verantwoordelijk hoofd/eindredacteur.
Deze statuten dienen te worden geformuleerd op net- ,én
programmaniveau.
Dit beslissingsproces dient te worden vastgelegd in een goed
redactiestatuut, waarin op voorhand wordt vastgelegd hoe wordt
omgegaan met de belangen van derden en hoe onafhankelijkheid t.o.v.
deze derden kan worden gegarandeerd.
2. Duidelijke eindverantwoordelijkheid per net: Eén journalistieke
eindverantwoordelijke (hoofdredacteur) wordt benoemd per net of
zender, die in direct contact staat met nieuws/actua-redactie en de
bij die zender passende profiel-redacties.
De hoofdredacteur wordt benoemd door een netbestuur, waarbij de
redacties via een centrale redactieraad inspraak hebben. De
zeggenschap van de hoofdredacteur, het profiel van het net/ de zender,
en de medezeggenschap wordt beschreven in een netstatuut. De
hoofdredacteur is slechts indirect verantwoording verschuldigd aan
omroepen, deelnemend in een programmaraad, die wordt ingesteld per
net.
3 Bundelen van krachten per net: Het bundelen van bestaande
capaciteiten en talent, zodat de ambitie om onderscheidende
programma's te (blijven) maken, kan worden gerealiseerd.
Dat betekent dat bij niet-identiteitsgevoelige programma-onderdelen
(actualiteiten binnen net of zender) samengewerkt wordt in redacties
en dat er voldoende ruimte komt cq. blijft voor identiteitsgevoelige
programma's, specialismen en experimenten.
- Eén redactie per net/zender verzorgt nieuws/actua, één centrale
inkoop van externe producties per net. Eén infrastructuur per net.
- Efficiency-besparingen dienen geïnvesteerd te worden in de redacties
- Uitwerken identiteitsgevoelige programma's / specialismen door
omroepen
- Meer samenwerking met de regionale omroepen (ook publieke omroep!)
4. Omroepen krijgen een andere rol: Omroepen worden in deze structuur
productiehuizen voor specifieke identiteitgevoelige programma's en/of
kunnen zich toeleggen op specialismen. Hun bemoeienis met de
uiteindelijke programmering wordt een indirecte, doordat zij toetreden
tot een programmaraad, die het profiel van de zender bepaalt.
Alhoewel de basis voor onze aanbevelingen komt uit een omroepbrede
enquête en gesprekken met onze leden, zien wij dit stuk graag nog als
een discussienota. Het is geen definitieve standpuntbepaling van de
NVJ. Op- en aanmerkingen zijn dan ook van harte welkom op
omroep@nvj.nl
Namens de sectie landelijke omroep NVJ en
de commissie Toekomst van de publieke omroep NVJ,
Thomas Bruning,
secretaris omroepzaken NVJ
Nederlandse Vereniging van journalisten