Vrije Universiteit Amsterdam

Informatie voor de pers. Vrije Universiteit Amsterdam. 26/03/2004


---

VU is tegen selectie voor bacheloropleiding

Elke aankomende student heeft talenten: bij de VU telt elk talent

In reactie op het besluit van de Universiteit Leiden om studenten te gaan selecteren voor toelating aan de universiteit, laat Taede Sminia, rector magnificus en lid van het College van Bestuur van de Vrije Universiteit, weten dat er geen selectieprocedure zal komen voor de bacheloropleidingen aan de VU.

Het standpunt van de VU is dat Nederlandse Universiteiten reeds een selectiecriterium hebben en dat is het wettelijk vastgelegde vwo-diploma; dit geeft toelatingsrecht. Voor de VU geldt dat elk talent telt; ook als dat talent een ander gebied betreft dan wetenschappelijk toponderzoek. Sminia: "Tachtig procent van de alumni gaat werken in een sector buiten de wetenschap; de kennis en ervaring die zij hebben opgedaan tijdens hun opleiding is een enorm belangrijke bijdrage aan onze maatschappij. De VU hecht hier grote waarde aan en spreekt dan ook liever van een kennissamenleving dan een kenniseconomie. Selectie aan de bachelorpoort remt de ontwikkeling van talenten die buiten de topwetenschap van groot belang zijn. Daar is de maatschappij niet bij gebaat."

Het College van Bestuur laat zich negatief uit over de trend dat de overheid steeds minder bereid is het wetenschappelijk onderwijs te financieren: om de potentie van jonge mensen die de maatschappij gaan betreden zo goed mogelijk te benutten, zijn publieke fondsen onmisbaar. Het aanbod van een breed scala aan bacheloropleidingen en vrije keuzes hierin, geven de beste garantie dat iedere nieuwe student zijn specifieke talenten kan ontwikkelen en inzetten. Meerdere opleidingen volgen moet mogelijk blijven, omdat dit oriëntatie en ontwikkeling op meerdere vakgebieden mogelijk maakt. Sminia: "De aanhoudende overheidsbezuinigingen op onderzoek en onderwijs staan haaks op het voornemen van de overheid om van Nederland een kennisland te maken."

Nog een argument om geen bachelorselectie in te voeren, is de leeftijd van aantredende studenten. Betreding van de universiteit gebeurt in een fase waarop studenten (m/v) hun plaats in de maatschappij nog moeten bepalen en hun talenten nog moeten ontwikkelen en waarmaken. Elke student moet de kans en de tijd krijgen om proefondervindelijk zijn weg te vinden en gaandeweg op de juiste plaats in de maatschappij te belanden, opdat zijn talent, vaardigheid en intellectuele eigenschappen het best tot uiting komen. Om dit positioneringproces goed te laten verlopen, biedt de VU maatwerk in de vorm van adequate studiebegeleiding en kleinschalig onderwijs. De verantwoordelijkheid om te slagen ligt bij de student, maar begeleiding van de juiste student naar de juiste plek op de universiteit, hoort bij goed onderwijs, vindt de VU.

Voor de masteropleidingen die de VU aanbiedt, is selectie wel gewenst. De verschillende typen masters vragen om specifieke eigenschappen en vaardigheden. Zo zijn voor fundamenteel wetenschappelijk toponderzoek andere kwaliteiten noodzakelijk, dan voor een topfunctie op juridisch gebied. Na afronding van de bachelorfase mag van studenten gevraagd worden hun talenten en motivatie te toetsen op die specifieke eisen. De student vaart daar ook wel bij; een masterselectie hoort bij het begeleidingstraject dat elke student stuurt bij zijn of haar zoektocht naar de meest optimale plaats in de maatschappij. De VU hecht grote waarde aan dergelijke studiebegeleiding; het herkennen en stimuleren van specifieke talenten is een essentiële taak voor universiteiten en komt ten goede aan de maatschappij.