Antwoorden op Kamervragen van het kamerlid Kant over het informeren van cliënten van de
thuiszorg inzake de eigen bijdrage. (2030410020)
Vragen van het lid Kant (SP) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het
informeren van cliënten van de thuiszorg inzake de eigen bijdrage. (Ingezonden 8 maart 2004)
1
Hoe rijmt u uw antwoord 1); "U moet mij maar op mijn woord geloven als ik u toezeg dat dit ook
gaat gebeuren op het moment dat ik heb aangegeven.", "eind februari begin maart het CAK de
klanten een beschikking stuurt, waarin het maximale bedrag dat men zou kunnen gaat betalen is
vermeld", op mijn vraag: "Kunt u garanderen dat dit allemaal goed gaat?", met de brief aan de
Kamer waarin staat dat door de complexiteit van het proces er altijd cliënten zullen zijn die niet in
de eerste helft van maart 2004 een beschikking en een factuur zullen ontvangen? 2)
1
In mijn brief van 1 maart jl. heb ik uw Kamer geïnformeerd over de acties die ik heb ondernomen
om de thuiszorgcliënten die medio december 2003 een brief van het CAK over de verhoging van
de eigen bijdrage hebben ontvangen, zo goed mogelijk te informeren over de daadwerkelijk te
betalen eigen bijdrage en de compensatiemaatregelen waarvan men mogelijk gebruik kan maken.
Dit conform mijn toezeggingen tijdens het spoeddebat d.d. 21 januari jl.
Ik heb aangegeven dat de wijze en het moment waarop betreffende cliënten worden
geïnformeerd is afgestemd met betrokken partijen in het veld. Besloten is dat tijdens het
eerstvolgende informatiemoment voor deze cliënten, zij in principe gelijktijdig geïnformeerd
moeten worden over de daadwerkelijk te betalen eigen bijdrage en de mogelijke
compensatiemaatregelen. Ik heb aangegeven dat het CAK deze afstemming uitvoert en hiermee
vanaf 1 maart jl. is gestart. Mij hebben tot nu toe geen berichten bereikt dat dit niet goed zou
gaan en het merendeel van de betreffende cliënten ontvangt vanaf 1 maart de beschikking, de
factuur en de informatiebrochures zoveel mogelijk gelijktijdig en zijn daarmee geïnformeerd over
de daadwerkelijk te betalen eigen bijdrage in het zorgjaar 2004.
Ik heb uw Kamer ook meermalen geïnformeerd dat het innen van de eigen bijdrage, met name
door de inkomensafhankelijkheid een complex proces is. Bijvoorbeeld door fouten in de
aangeleverde gegevens door thuiszorginstellingen, het ontbreken van de juiste cliëntgegevens in
de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA) en bij de Belastingdienst kunnen er vertragingen in
het verzenden van de beschikking en de factuur ontstaan.
Deze onvermijdbare vertragingen komen ook voor in het huidige proces van verzending van de
beschikking over zorgjaar 2004 en de factuur. Het leek mij billijk om u hierover te informeren.
2
Binnen welke termijn zullen deze cliënten wel deze brief ontvangen?
2
Zoals ik in mijn brief van 1 maart jl. heb aangegeven wordt alles in het werk gesteld om deze
cliënten zo spoedig mogelijk te informeren.
3
Waarom krijgen de mensen die voor 1 januari 2004 de zorg hebben opgezegd wegens de
verhoging van de eigen bijdrage geen beschikking, zodat zij mogelijk alsnog kunnen besluiten
gebruik te maken van thuiszorg?
3
Het CAK mag op grond van privacyregels alleen de inkomens bij de Belastingdienst opvragen van
cliënten die daadwerkelijk zorg ontvangen in zorgjaar 2004. Voor de beschikking is het
2
betreffende inkomen van de Belastingdienst nodig. Van mensen die niet (meer) in zorg zijn in
zorgjaar 2004 ontvangt het CAK geen inkomensgegevens van de Belastingdienst. Het CAK kan
deze mensen dus ook geen beschikking sturen.
4
Gaat u deze mensen alsnog informeren en zo ja hoe en wanneer? Zo neen, waarom niet?
4
Zoals u weet loopt er op dit moment een verkennend onderzoek naar cliënten die de thuiszorg
hebben opgezegd als gevolg van de verhoging van de eigen bijdrage. Ik wil eerst de resultaten
van dit onderzoek afwachten voordat ik nadere besluiten neem met betrekking tot deze groep
mensen.
5
Is het mogelijk deze vragen te beantwoorden vóór maandag 15 maart 2004?
5
Ja.
1) Handelingen 41, 21 januari 2004 pagina 41-246 en pagina 41-2948
2) Brief staatssecretaris van VWS, 1 maart jl.
---- --
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport