Ministerie van Algemene Zaken


1red14095
2004-03-19, Gesprek met de MP, Nederland 2, 18.50 uur

MINISTER-PRESIDENT BALKENENDE NA AFLOOP VAN DE WEKELIJKSE

MINISTERRAAD OVER BEZOEK AAN BUSH, DE NEDERLANDSE MILITAIREN IN

IRAK, DE VERANTWOORDELIJKHEID VAN DE BURGERS BIJ HET

VOORKOMEN VAN TERRORISTISCHE AANSLAGEN EN DE RELATIE TUSSEN

ISLAM EN TERREUR


--- BEZOEK AAN PRESIDENT BUSH ---


MINGELEN:
U heeft een drukke week achter de rug. U zat in Washington, in New York. Het moment dat veel kijkers waarschijnlijk hebben gezien: u komt bij Bush binnen en hij roept: "He Jan Peter". Is hij altijd zo amicaal met u?


BALKENENDE:
De contacten zijn goed. Dat merkt je ook uit zo'n begroeting. Goed om elkaar weer eens te zien. Overigens, dit type begroeting dat overkomt je regelmatig. Ik was onlangs nog bij Tony Blair in Engeland. En een paar dagen erna bij Gerhard Schröder in Duitsland, en dat gaat op een hele plezierige manier. Het heeft ook iets te maken met de onderlinge omgang.


MINGELEN:
Maar blijft het ook zo amicaal als de camera uit is? Of is dit alleen maar voor het persmoment?


BALKENENDE:
Het heeft ook te maken met een zekere houding van de Amerikaanse president. En het is meer dan alleen een houding bij persconferenties, want ook tijdens het gesprek heeft hij een eigen manier van optreden, van spreken. Wat dat betreft kun je niet zeggen dat er nu ineens een heel andere George Bush staat dan wanneer die persconferentie is.


MINGELEN:
En u heeft nooit het vervelende gevoel van: hij is zo aardig want hij heeft iets van mij nodig?


BALKENENDE:
Nee. Want als het bijvoorbeeld gaat om de strijd tegen het terrorisme, dan weet men heel goed wat de positie van Nederland is. Ten aanzien van Irak, daar hebben we onze eigen positie bepaald.


MINGELEN:
Hij wil natuurlijk graag dat Nederland na 1 juli die troepen in Irak houdt. U wordt daar gefêteerd, twee keer uitgenodigd. Fantastisch, maar natuurlijk niet voor niks.


BALKENENDE:
Het is natuurlijk niet een eenrichtingsverkeer. Want in het gesprek dat ik heb gehad met de Amerikaanse president heb ik ook nog eens duidelijk aangegeven hoe belangrijk het is dat de rol van de Verenigde Naties in beeld komt. Zowel wat betreft de betrokkenheid van de VN zelf, als wat betreft zorgen dat er een nieuwe resolutie komt.


MINGELEN:
Is hij dat dan met u eens?


BALKENENDE:

Ik heb het de vorige keer ook gedaan. Dat heeft daarna geleid tot toch een wat betere opstelling in de zin van: let op de rol van de VN. En ook nu heb ik nog eens gezegd hoe belangrijk het is, ook voor de Europese verhoudingen, dat er een nieuwe resolutie komt. En dat is trouwens ook nog gewisseld met Kofi Annan, de secretaris-generaal van de VN.


MINGELEN:
U heeft gezegd: het is heel belangrijk dat de VN daar de zaken in feite overnemen?


BALKENENDE:
Dan praten we over de inhoud van de resolutie. Daar moet nog op worden gestudeerd, maar het belangrijke punt nu om te maken was: wanneer de internationale gemeenschap betrokken moet worden bij Irak, en dat behoort zo te zijn, dan moet je ook zorgen dat je kiest voor het kanaal van de Verenigde Naties. En dat signaal is denk ik wel overgekomen.


---NEDERLANDSE MILITAIREN IN IRAK---

MINGENELEN:
Nu heeft de PvdA-fractievoorzitter Bos deze week gezegd `wij kondigen nu aan: de Nederlandse troepen blijven niet in Irak, tenzij inderdaad de Verenigde Naties daar zeer betrokken bij de verdere gang van zaken'. Bos heeft gezegd: dat is een prikkel, een drukmiddel, ook op de Amerikanen om daar dan ook mee aan de slag te gaan. Dat lijkt me niet zo'n slecht idee.


BALKENENDE:
Ik begreep dat de heer Bos eerst heeft gezegd `het is mooi geweest'. Toen heb ik gezegd: dan loop je een beetje voor de hele discussie uit. En wat betreft de rol van de VN, die positie van Nederland was al bekend. Ik hoop overigens wel...


MINGELEN:
U had daar natuurlijk ook kunnen zeggen: Bush, goede vriend, we vinden het belangrijk dat de VN daar gaat meedoen, en als ze niet meedoen dan weten we niet of Nederland daar zal blijven. Dat is toch een drukmiddel in de internationale politiek.


BALKENENDE:
Ik denk dat president Bush heel goed begrijpt dat als ik zeg: het belang van de Verenigde Naties moet worden onderstreept, niet alleen de contacten tussen Amerika en Nederland maar ook wat betreft de verhoudingen in Europa. En ik zeg dat natuurlijk ook omdat Nederland straks een belangrijke rol gaat spelen als voorzitter van de EU in de tweede helft van dit jaar. Als dat zo duidelijk wordt gemaakt, dan weet ook de Amerikaanse president wat de boodschap hier van is.


MINGELEN:
Maar is uw boodschap dan eigenlijk, op een voorzichtige manier, niet dezelfde als die van de PvdA? Dat Nederland en Europa daar niet kan blijven tenzij de VN een veel grotere rol gaan spelen?


BALKENENDE:
Ik vertegenwoordig de Nederlandse regering. Ik neem natuurlijk kennis van datgene wat de heer Bos heeft gezegd.


MINGELEN:
Zit u dan eigenlijk niet op dezelfde lijn?


BALKENENDE:

Ik weet niet wat de PvdA precies voor ogen staat, want de klankkleur van `het is mooi geweest' of `er valt met ons te praten als er een resolutie komt van de VN' is natuurlijk toch een iets andere toonzetting. Ik ben met die tweede overigens meer ingenomen dan met de eerste. Maar het gaat mij eerlijk gezegd om meer dan alleen de Nederlandse verhoudingen. We hebben vorig jaar gezien hoe verdeeld de wereldgemeenschap was. We zagen dat de NAVO, de VN, de EU verdeeld waren rondom Irak. Ik denk dat het nu van groot belang is dat er sprake is van gemeenschappelijkheid van eenheid. Als zo'n resolutie daaraan kan bijdragen dan is er veel te winnen, en ik hoop dus ook dat het die kant uitgaat.


MINGELEN:
Gemeenschappelijkheid internationaal, maar natuurlijk ook in Nederland. Er is altijd draagvlak nodig om zo'n missie voort te zetten. Zeker als die riskanter wordt. Als de PvdA, en trouwens GroenLinks en SP, samen al 58 zetels, in juli zeggen: wij zien het niet zitten, wij stemmen tegen. Kunt u dan nog wel doorgaan met zo'n missie?


BALKENENDE:
Dit raakt de hele besluitvorming over het al dan niet doorgaan.


MINGELEN:
Wordt het niet moeilijker om dan ja te blijven zeggen.


BALKENENDE:
Ik vind dat we daar als regering eerst zelf een afweging over moeten maken.


MINGELEN:
Maar wordt het in de afweging niet moeilijker als zo'n groot blok parlementariërs tegen is?


BALKENENDE:
Ik vind dat ik nog niet moet gaan vooruitlopen op het debat dat dan zal plaatsvinden. Wij zijn eerst als kabinet aan zet. Dat betekent dat we goed in kaart moeten brengen alle argumenten die een rol spelen bij de besluitvorming. Dat besluit zal worden voorgelegd aan de Tweede Kamer, en het lijkt me in dit stadium niet verstandig om al te gaan speculeren van: wat gebeurt nu als die...


MINGELEN:
Ik zei niet speculeren, maar goed u wil daar niet op ingaan, begrijp ik.


--- VERANTWOORDELIJKHEID BURGERS BIJ VOORKOMEN TERREUR---


MINGELEN:
Er wordt vandaag in Brussel gepraat over Europese maatregelen tegen terreur, samenwerking. Dat is allemaal nog niet duidelijk. Daar kunt u weinig over zeggen bleek op de persconferentie. Maar zou u nou eens kunnen zeggen wat u van de Nederlandse burger verwacht. U heeft het altijd over verantwoordelijkheid nemen. Welke verantwoordelijkheid moet de burger nemen in de strijd tegen de terreur?


BALKENENDE:
Ik denk dat het allerbelangrijkste is dat iedereen, alle mensen, zelf waakzaam en alert is. Gewoon opletten wat in jouw omgeving gebeurt. En dat begint al met het signaleren van verdachte dingen. Een onbeheerde tas die ergens staat, om een voorbeeld te noemen, dat is iets dat kan helpen om de zaak scherp in de gaten te houden. We hebben natuurlijk een algemene discussie. Terecht zegt u er wordt vandaag in Brussel gesproken. We moeten even afwachten wat de resultaten zullen zijn. Maar het is heel goed dat we ook beginnen met de verantwoordelijkheid van mensen zelf. Of het nu openbaar vervoer is, een winkelcentrum of

een school, overal zul je alert moeten zijn. En dat is misschien wel de nieuwe fase die op het ogenblik toch steeds meer in beeld komt. Een paar jaar geleden hadden we het over: wat zijn de harde doelen. Installaties, gebouwen die je moet beveiligen. En we zien nu meer en meer een ontwikkeling van zelfmoordacties die overal kunnen toeslaan. Juist als je te maken hebt met die zachte doelen, die soft targets, dan ben je natuurlijk zeer gebaat dat mensen zelf hun steentje bijdragen aan vergroting van veiligheid.


MINGELEN:
Kan de politie al die meldingen dan wel aan? Is het apparaat daar wel groot genoeg voor of moet dat worden uitgebreid?


BALKENENDE:
Natuurlijk is het zo dat je goed moet kijken van: hoe pak je signalen op. De politie weet heel goed te onderscheiden hoe zitten zaken. Wanneer je op een gegeven moment te maken hebt met onbeheerde spullen zoals tassen, koffers of wat dan ook, dan is er natuurlijk een reden voor de politie om op te letten. En dat zal ook gebeuren. Maar de kern van het hele vraagstuk is dat mensen er niet aan voorbij gaan, maar zich er iets van aantrekken.


---RELATIE ISLAM EN TERREUR ---


MINGELEN:
Nu dreigt er met die aandacht voor de terreur, zeker in Nederland, een probleem te ontstaan dat terreur en Islam heel erg over elkaar heen gaan vallen. U heeft maandag op Princeton University in de Verenigde Staten gewaarschuwd dat de oorlog tegen de terreur geen oorlog tegen de godsdienst, en dus geen oorlog tegen de Islam mag worden. Ziet u dat risico in Nederland ontstaan?


BALKENENDE:
Je moet altijd oppassen dat een discussie, geweld dat te maken heeft met puur terrorisme, met het plegen van aanslagen, dat dat nu even louter wordt gezien als een strijd tussen beschavingen of een strijd tussen religies. En ik vind het buitengewoon riskant wanneer bepaalde fundamentalistische groepen, ook al komen ze dan uit de Islam, dat je daarmee direct de Islam als zodanig zou gaan veroordelen. Dat doet geen recht aan alle mensen die vredelievend zijn en die tot de Islam behoren. Ik vind van een veel groter belang dat je juist de dialoog zoekt. Dat je kijkt wat je bindt. We hebben het over een universele verklaring van de rechten van de mens. Die richt zich tot iedereen. Maar diegene die een loopje nemen met humaniteit, die moet je ook hard aanpakken.


MINGELEN:
Spreekt u nu ook de VVD toe? Want de VVD is van de week in aanvaring gekomen met uw CDA-minister van Justitie Donner. De VVD verwijt hem dat hij te laks is. Te naïef in zijn behandeling van de moskeeën. Minister Donner heeft geroepen dat de VVD tot een godsdienstoorlog lijkt op te roepen. Spreekt u de VVD toe om de toon te matigen?


BALKENENDE:
Ik ga me niet mengen in wat een Kamerlid of fractievoorzitter tegen een minister zegt.


MINGELEN:
Het is wel een belangrijke regeringsfractie die kritiek heeft op uw minister.


BALKENENDE:
Maar dan zeg ik: we moeten de zaken in de goede proporties zien. Daar waar sprake is van geweld, van terreur, van dreiging, moet je hard optreden. En als er sprake is van haatdragende opmerkingen in moskeeën of het aanzetten van geweld, dan behoor je op te treden, want dat is

in strijd met onze rechtsorde. Maar aan de andere kant zeg ik ook: laten we oppassen voor zwart-witbeelden. En laten we nu oppassen dat mensen langs elkaar heen gaan leven. Dat heb ik ook in Princeton gezegd. We hebben een samenleving waarin mensen vaak langs elkaar heen leven en niet met elkaar. Dat risico moeten we ook onder ogen gaan zien.


MINGELEN:
Maar is die boodschap dan toch ook voor de VVD bedoeld? Want daar komen dat soort signalen nu vandaan?


BALKENENDE:
Het gaat mij niet specifiek om de VVD.


MINGELEN:
Maar mij nu wel. Uw baas in de Tweede Kamer, Verhagen, die zegt: Van Aartsen je moet die schrille toon eens gaat matigen. Dat gaat zo niet in dit probleem. U bent direct verwant aan de heer Verhagen dus we hebben het hier toch over de VVD die deze geluiden zo naar boven brengt.


BALKENENDE:
Wat mijn rol als minister-president is, dat is om te zorgen dat de discussie op een goede, zorgvuldige manier wordt gevoerd. Waarbij je zorgt dat mensen met elkaar kunnen leven in vreedzame verhoudingen met respect voor elkaar. Aan de andere kant, datgene dat fout is dat moet je ook glashelder benoemen.


MINGELEN:
Benoemt u het dan eens glashelder, namelijk dat de VVD dit doet.


BALKENENDE:
Ik heb geen zin in dit politieke spel. Ik vind de discussie eerlijk gezegd veel te riskant om het te laten uitmonden in die tegenover die, want we praten nu wel over geweld in de wereld. We praten over terrorisme en ik denk dat juist medemenselijkheid en verdraagzaamheid gebaat zijn met zorgvuldigheid in de discussie. En aanpakken van wat fout is. (Letterlijke tekst, ongecorrigeerd, RS)