Overzicht | veb@dienst.vu.nl
---
Scheidingsbemiddeling gezonder en goedkoper dan "vechtscheiding"
Echtscheiding via scheidingsbemiddeling is sneller, goedkoper,
duurzamer en beter voor het (geestelijk) welzijn van alle betrokkenen
dan de "klassieke" gerechtelijke procedure. Verbetering van de
opleiding tot echtscheidingsbemiddelaar en vastlegging van
bemiddelingsprocedures kan inschakeling van een rechter bij de
bemiddeling zelfs helemaal overbodig maken. Dit zegt Brigitte
Chin-A-Fat in haar proefschrift "Scheiden: (ter)echter zonder
rechter?" waarop zij donderdag 18 maart promoveert.
Scheidingsbemiddeling wordt steeds vaker toegepast en de mensen die er
mee te maken hebben (gehad) zijn er zeer over te spreken. Tijdens de
scheidingsbemiddeling zoeken de echtgenoten zelf, onder leiding van de
bemiddelaar, naar oplossingen voor geschillen en regelen zij de
praktische gevolgen van hun echtscheiding, uitmondend in een
convenant. Juist dankzij de bemiddeling is er aandacht voor de
psychologische kanten van de echtscheiding, zegt Chin-A-Fat: "Als
mensen zelf de afspraken maken is de acceptatie groter en houden de
afspraken ook langer stand. De betrokkenen kampen na een bemiddeling
ook minder met wrok en andere negatieve gevoelens. Zo voorkom je dat
partners en/of kinderen een tijdlang in de "geestelijke lappenmand"
belanden met alle ellende en kosten van dien. Een klassieke
"vechtscheiding" is sowieso duurder omdat beide partners een advocaat
in de arm moeten nemen en er ook alleen via die advocaten met elkaar
wordt gecommuniceerd".
Bemiddeling wordt volgens Chin-A-Fat nóg goedkoper en makkelijker
wanneer straks een ambtenaar van de burgerlijke stand, in plaats van
de rechter, het bemiddelingsconvenant mag bekrachtigen. Maar dan moet
eerst duidelijk worden vastgelegd wat er binnen de
bemiddelingsprocedure wel en niet mag en kan. Chin-A-Fat heeft op dat
punt haar wensen: "De scheidingsbemiddelaar zou zijn interventies
moeten kunnen aanpassen aan het type echtpaar en minderjarige kinderen
moeten standaard bij de procedure worden betrokken. Met dat laatste
bedoel ik beslist niet dat kinderen moeten worden opgezadeld met
verantwoordelijkheden die ze nog niet kunnen dragen. Het gaat erom
kinderen tijdens de bemiddeling te informeren, ze de kans te geven om
vragen te stellen en ze - waar mogelijk - mee te laten beslissen over
zaken die ook hen betreffen. Zo wordt een scheiding voor hen minder
verwarrend en beschadigend."
Wil scheidingsbemiddeling als volwaardig alternatief overleven, dan
moet ook de opleiding van bemiddelaars worden verbeterd. Het
BaMa-stelsel biedt volgens Chin-A-Fat dé kans om een gedegen
masteropleiding "scheidingsbemiddeling" op te zetten: "Daar kunnen
studenten met een bachelor rechten, psychologie, economie of
accountancy dan in één tot twee jaar worden opgeleid." Een aparte
opleiding is nodig want de scheidingsbemiddelaar moet van vele markten
thuis zijn, zegt Chin-A-Fat: "De bemiddelaar houdt zich bezig met wat
juridisch kan en niet kan, met het kanaliseren en sturen van emoties,
met het beheer en de verdeling van goederen en met belastingtechnische
aspecten. Echt een manusje van alles!"
Vrije Universiteit Amsterdam