Persbericht
Huisvesting statushouders verbetert licht
16-3-2004
Het afgelopen halfjaar hebben gemeenten in de provincie Utrecht 244
statushouders gehuisvest. Toch zijn er per 31 december 2003 nog 24
statushouders die op een huis wachten in de provincie. Dit is een
verbetering ten opzichte van de situatie over het eerste halfjaar van
2003; toen wachtten nog 45 mensen op een huis. Gemeenten krijgen ieder
halfjaar een taakstelling opgelegd naar rato van het aantal inwoners.
De provincie rapporteert elk half jaar aan het rijk over de
vorderingen.
Sommige gemeenten slagen erin meer statushouders te huisvesten dan hun
taakstelling; andere gemeenten lopen achter. De achterstandsgemeenten
die onder provinciaal toezicht vallen hebben hun achterstand ten
opzichte van het eerste halfjaar van 2003 bijna gehalveerd (van 86
naar 45); bij de BRU-gemeenten is de achterstand iets opgelopen (van
234 naar 244). Doordat er ook gemeenten zijn die meer statushouders
huisvesten dan volgens hun opdracht nodig is, is het aantal wachtenden
per saldo nog slechts 24.
In gesprekken met gemeenten die achterlopen blijkt dat zij steeds meer
moeite hebben statushouders aan een huis te helpen. De statushouders
in de asielzoekerscentra die op een huis wachten zijn vrijwel
uitsluitend alleenstaanden. De woningvoorraad in de meeste gemeenten
is hier niet op afgestemd; daarom duurt het soms lang voordat het
Centraal Orgaan voor opvang Asielzoekers (COA) en gemeenten een
geschikte woning voor hen hebben gevonden. Niettemin zullen de
achterlopende gemeenten, Maarssen en De Bilt in het BRU gebied en
Loenen en Woerden in het gebied van de provincie, een flinke
inhaalslag moeten leveren. Met het BRU, Loenen en Woerden zal dan ook
bestuurlijk overleg worden gevoerd.
Meer informatie: Marja van Buuren, telefoon 030 258 3207 of
Marja.van.Buuren@provincie-utrecht.nl
Provincie Utrecht