Ingezonden persbericht
Universiteit Maastricht
Persbericht
15 maart 2004
UM benoemt Niels Schiller tot bijzonder hoogleraar Psycholinguïstiek
Cognitieve processen tijdens taalproductie in kaart gebracht
Per 1 maart 2004 is prof.dr. N. (Niels) Schiller benoemd tot bijzonder
hoogleraar "Psycholinguïstiek, in het bijzonder fonologisch encoderen" in de
Faculteit der Psychologie van de Universiteit Maastricht.
Psycholinguïstiek houdt zich bezig met de verwerking van taal, in het
bijzonder de cognitieve processen die hiervoor verantwoordelijk zijn. In de
psycholinguïstiek wordt onderscheid gemaakt tussen taalproductie en
taalperceptie. Deze processen maken gebruik van verschillende
(neurocognitieve) structuren in de hersenen.
De bijzonder hoogleraar zal zich vooral bezig houden met taalproductie. In
de taalproductie zijn verschillende stappen te onderscheiden. Taalproductie
begint altijd met lexicalisering, dat wil zeggen dat de spreker het passende
woord opzoekt in zijn 'mentaal woordenboek'. Daarna verzamelt de spreker
grammaticale informatie over het woord (zoals: is het een werkwoord, een
zelfstandig naamwoord of een bijvoeglijk naamwoord) en vervolgens concrete
vorminformatie (lettergrepen, klemtoon etc.). Dit proces wordt fonologisch
encoderen genoemd. Na het verzamelen van al deze informatie start het
motorisch proces, zodat het woord daadwerkelijk kan worden uitgesproken.
Het onderzoek van prof. Schiller zal zich specifiek richten op het proces
van fonologisch encoderen, waarbij ook de samenhang met het
taalperceptieproces wordt onderzocht. Samenwerking tussen taalproductie en
-perceptie vindt onder meer plaats tijdens zelfmonitoring (met andere
woorden de zelfcontrole tijdens het uitspreken van een woord). Nadat deze
basale processen in kaart zijn gebracht zal de hoogleraar tevens de rol
onderzoeken van monitoring bij neuropsychologische ziektebeelden, zoals
stotteren en auditieve hallucinaties bij schizofreniepatiënten.
Bij zijn onderzoek zal de hoogleraar gebruik maken van neurocognitieve
methoden zoals EEG/ERP (Electroencephalography/ Event Related Potentials) en
fMRI (Functional Magnetic Resonance Imaging). Met de EEG/ERP-technieken
wordt met name het tijdsverloop van de cognitieve processen in kaart
gebracht, terwijl met fMRI de bij het proces betrokken hersenstructuren
kunnen worden gelokaliseerd. Het fMRI-onderzoek zal vooralsnog worden
uitgevoerd op het F.C. Donders Centrum voor Cognitief Neuroimaging in
Nijmegen. In de nabije toekomst (najaar 2004) zal de UM beschikken over een
eigen MRI-scanner, waardoor het onderzoek voortaan op de eigen locatie kan
plaatsvinden.
Prof. Schiller is benoemd door de Stichting Wetenschapsbeoefening en was
voor zijn benoeming reeds werkzaam bij de Faculteit der Psychologie als
Universitair Hoofddocent. In 2002 heeft hij een VICI-subsidie verworven voor
zijn onderzoek naar zelfmonitoring tijdens taalproductie.
Noot voor de pers:
Voor meer informatie over de inhoud van dit persbericht kunt u terecht bij
prof. dr. N. Schiller, tel. 043 3884041 , e-mail
n.schiller@psychology.unimaas.nl
De afdeling Communicatie van de UM is bereikbaar via 043 3882044. Voor
urgente zaken buiten kantooruren: 06 4602 4992, pers@bu.unimaas.nl
De persberichten van de Universiteit Maastricht staan op internet:
http://www.pers.unimaas.nl/