Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4

Den Haag


- Directie Azië en Oceanië

Afdeling Zuidoost-Azië en Oceanië

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 15 maart 2004

Behandeld


- Frank Keurhorst


Kenmerk


- DAO-179/04

Telefoon


- 070 348 5655


Blad


- 1/2

Fax


- 070 348 5323


Bijlage(n)


- 2


- frank.keurhorst@minbuza.nl


Betreft


- MoU met Indonesische moslimorganisaties-

inzake samenwerking op het terrein van corruptiebestrijding

Met verwijzing naar mijn toezegging tijdens het Algemeen Overleg Indonesië van 11 februari 2004 uw Kamer nader te informeren over het Memorandum of Understanding (MoU) tussen het mede door Nederland gefinancierde Partnership for Governance Reform en de grootste Indonesische moslimorganisaties Nahdlatul Ulama (NU) en Muhammadiyah inzake samenwerking op het terrein van corruptiebestrijding kan ik het volgende berichten.

Op 15 oktober 2003 ondertekenden het Partnership en de gematigde moslimorganisaties NU en Muhammadiyah een MoU waarin ze afspraken samen te werken in de strijd tegen corruptie en waarin de 'Nationale Beweging tegen Corruptie' werd opgericht. Kopie van dit MoU is bijgevoegd, alsmede een vertaling ervan.

Nederland is tot eind 2003 de grootste donor van het Partnership geweest (bijdrage USD 11 mln). Het Partnership richt zich op ondersteuning en facilitering van hervormingen in brede zin. Het Partnership is een samenwerking tussen de Indonesische overheid, academici, 'civil society', bedrijfsleven en donoren.

NU en Muhammadiyah zijn organisaties van groot politiek gewicht. NU claimt ongeveer 40 miljoen leden te hebben, Muhammadiyah 30 miljoen. De kracht van NU zit in het grote 'grassroot' netwerk van pesantren (islamscholen), die van Muhammadiyah met name in het netwerk op academisch niveau. Muhammadiyah is meer 'elitair' en tevens in het bezit van ziekenhuizen, scholen en universiteiten. Met het oog op de naderende verkiezingen is een samenwerkingsverband met deze organisaties in de strijd tegen corruptie zeer opportuun.

Aan het MoU is inmiddels met een aantal concrete activiteiten invulling gegeven:
·de moslimorganisaties hebben een aantal concrete aanbevelingen voor kiezers opgesteld, daarbij anti-corruptie en de moslimleer met elkaar in verband brengend. De aanbevelingen worden via de netwerken van de organisaties verspreid;
·onder begeleiding van het Partnership zullen politici die lid zijn van NU en Muhammadiyah worden voorgelicht over corruptiebestrijding;
·los van de verkiezingen worden binnen beide organisaties 'trainers-of-trainers' opgeleid die de prekers voor het vrijdaggebed zullen voorlichten over hoe zij een verband kunnen leggen tussen de moslimleer en anti-corruptie;
·de 'Nationale Beweging tegen Corruptie' is voornemens om binnen twee maanden een praktisch anti-corrupte manifest te lanceren en dit te presenteren aan verkiesbare politici. Aan de beweging doen eveneens NGO's mee en een aantal 'opinion leaders' zoals moslim-intellectueel Nurcholis Madjid (Cak Nur). Het manifest zal praktisch van opzet zijn, met concrete aanbevelingen aan de nieuwe regering om anti-corruptie te institutionaliseren. Getracht wordt het manifest als een 'national deal against corruption' door de nieuwe regering te laten aannemen, waarna deze hierop kan worden aangesproken.

NU en Muhammadiyah hebben recent projectvoorstellen bij het Partnership ingediend voor concrete anti-corruptie initiatieven. Deze zullen naar alle waarschijnlijkheid door het Partnership, en dus indirect uit toekomstige steun van Nederland aan het Partnership, worden gefinancierd.

De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

A.M.A. van Ardenne-van der Hoeven

===