Bij schatting uitgaan van functieselectie met hoogste resterende
verdiencapaciteit
Bron: Centrale Raad van Beroep Utrecht
Datum actualiteit: 15-03-2004
Betrokkene werkte 27,13 uur per week in maatgevende arbeid en is om
medische redenen nog in staat om 25 uur per week te werken. De
schatting is gebaseerd op 2 functies met een urenomvang van 25 uur per
week en 1 functie met een urenomvang van 24 uur per week. Twee
functies met een urenomvang van 18 respectievelijk 19 uur per week
zijn niet in de schatting betrokken, hoewel deze functies een hoger
uurloon hebben. Ten gevolge van de grotere reductiefactor zou dit een
hogere mate van arbeidsongeschiktheid betekenen.
De Raad oordeelt dat de twee functies van 18 en 19 uur per week
terecht niet in de schatting zijn betrokken. De resterende
verdiencapaciteit wordt in beginsel gebaseerd op de arbeidsomvang van
de maatman. Er dient te worden uitgegaan van de hoogste resterende
verdiencapaciteit per uur, niet van het hoogste uurloon. De tekst van
het Schattingsbesluit dwingt niet tot selectie van de drie functies
die ieder voor zich ook zonder reductiefactor de hoogste loonwaarde
vertegenwoordigen, doch tot selectie van functies die, zonodig met
reductiefactor, resulteert in een zo groot mogelijke resterende
verdiencapaciteit per uur.
Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AO5192
Zie het origineel