Persbericht
|Conclusie landelijk symposium schuldhulpverlening | | |Vroegtijdige signalering en integrale schuldhulpverlening | | |bieden schuldenaren nieuw toekomstperspectief | |Een vroegtijdige signalering door schuldeisers en hulpverleningsinstanties, het in beeld houden van 'uitvallers' uit de schuldhulpverlening en een integrale aanpak van de schuldhulpverlening bieden mensen met problematische schulden de meeste kansen op een nieuw toekomstperspectief. Dit was de belangrijkste conclusie tijdens het landelijke symposium schuldhulpverlening dat werd gehouden op 11 maart in Dordrecht. Dit symposium was een initiatief van de Sociale Dienst Dordrecht.
In zijn presentatie benadrukte wethouder J.W. Spigt (Welzijn, Cultuur en Sociale Zaken Dordrecht) dat de gevolgen van het hebben van schulden zeer verstrekkend zijn en dat Bureau Schuldhulpverlening (BSHV) als onderdeel van de Sociale Dienst slechts één van de spelers is die bijdraagt aan (een deel van) de oplossing. "Schulden hebben een enorme impact op iemands leven en veroorzaken ook maatschappelijke kosten en problemen", aldus wethouder Spigt.
Landelijk beleid zou de weg kunnen vrijmaken voor integrale schuldhulpverlening. Ook bedrijven die mensen gemakkelijk op krediet laten kopen zouden een bijdrage moeten willen leveren. Vroegtijdige signalering door woningcoöperaties en nutsbedrijven zou eveneens de toename van het aantal mensen met problematische schulden beter voorkomen.
"Schuldenaren bij de maatschappij houden, hen aan het werk helpen en vooral nieuw toekomstperspectief bieden, dat is onze gezamenlijke verantwoordelijkheid. Schuldhulpverlening is een kwestie van investeren in je stad", aldus wethouder Spigt.
Een te hoog uitgavenpatroon en het te gemakkelijk kunnen kopen op afbetaling zijn de voornaamste oorzaken van schulden. Het hebben van schulden heeft belangrijke negatieve consequenties voor de gezondheid en maatschappelijke participatie. Bij ruim de helft van de schuldenaren is sprake van slapeloosheid, stress en depressie en vier op de tien hebben minder sociale contacten of kunnen niet (meer) werken. Dit blijkt uit het doelgroepenonderzoek dat het Sociaal Geografisch Bureau uitvoerde in opdracht van de Sociale Dienst Dordrecht. Aanleiding is het toenemende beroep op schuldhulpverlening en het feit dat schuldensituaties steeds complexer worden.
Doelgroepenonderzoek
Het doelgroepenonderzoek dat bestaat uit drie deelonderzoeken is uitgevoerd in Dordrecht.
Het eerste deelonderzoek, waarin een analyse is gemaakt van de cliëntenpopulatie van Bureau Schuldhulpverlening (BSHV) maakt duidelijk dat deze cliëntenpopulatie overeenkomt met de cliëntenpopulatie van schuldhulpverlening elders in het land. Evenveel mannen als vrouwen doen een beroep op het BSHV. De gemiddelde leeftijd is 38 jaar. Ruim één op de tien is jonger dan 25 jaar. De helft van de cliënten heeft een Nederlandse achtergrond, de helft is allochtoon. Bijna de helft van de cliënten is ongehuwd en de cliënten wonen geconcentreerd in wijken met veel goedkope huurwoningen. Zes op de tien cliënten leven van een uitkering en bijna eenderde heeft werk.
In het tweede deelonderzoek is gesproken met diverse (hulpverlenings-) instanties van wie een groot deel van de cliënten schulden hebben. Hieruit is een eerste indruk verkregen van de oorzaken en gevolgen van schulden. Het niet op orde kunnen houden van de financiële administratie is een belangrijke oorzaak. Dit heeft deels te maken met gebrek aan vaardigheden. Ook de inkomenssituatie, de houding van cliënten (vluchtgedrag) en misbruik door anderen noemen de instanties als oorzaak. Ook blijkt dat er van een integrale aanpak van het schuldenprobleem in Dordrecht nog nauwelijks sprake is. Veel van de ondervraagde instanties werken (nog) niet met BSHV samen en zij verwijzen cliënten met schulden lang niet altijd of te laat door naar schuldhulpverlening.
In het derde deelonderzoek zijn vervolgens 74 schuldenaren uitgebreid geïnterviewd over de oorzaken van hun geldproblemen, de oplossingsstrategieën die zij hanteren, de wijze waarop zij met hun schulden omgaan, de beleving en de consequenties van schulden. De schuldenaren zijn een half jaar later nog een keer benaderd om vast te stellen hoe hun situatie zich in die tijd heeft ontwikkeld. Het meest succesvol zijn de schuldenaren die hulp vragen bij instanties, al worden zij lang niet altijd goed doorverwezen. In een periode van een half jaar treedt er voor een kwart van de schuldenaren een verbetering op in hun situatie. Voor ruim een derde is er echter sprake van een verslechtering en voor vier op de tien is de situatie gelijk gebleven.
Een dergelijk, actueel onderzoek waarin een brede groep schuldenaren in deze omvang en op deze thema's is ondervraagd, ontbrak tot op heden. Omdat de onderzoeksgroep representatief is voor schuldenaren in Nederland, gelden de uitkomsten voor schuldenaren in het algemeen.
---- --