Gemeente Gouda



datum: 12 maart 2004
afdeling Communicatie en persvoorlichting
contactpersoon: Karin Westerink
telefoon: 0182-58 83 49

Principekeuze college nieuwe koers welzijnsbeleid
Investeren in een zelfredzame samenleving

De nieuwe koers voor de beleidsterreinen cultuur, welzijn, en onderwijs zet in op een zelfredzame samenleving. De verzorgende overheid wordt losgelaten. Deze nieuwe lijn vormt de basis voor de voorstellen in het principebesluit van het college van burgemeester en wethouders voor het OptimaForma-project Beleid Welzijn. Voor de zomer 2004 neemt de gemeenteraad naar verwachting een beslissing.

De gemeente Gouda gaat een andere koers volgen op het terrein van cultuur, welzijn en onderwijs. Landelijke ontwikkelingen gekoppeld aan onderzoek door adviesbureau Cordes naar de Goudse situatie waren al eerder voor de gemeenteraad aanleiding voor het vaststellen van een nieuw strategisch beleidskader. In vervolg hierop heeft het college deze week een principebesluit genomen voor een nieuw beleid op de genoemde terreinen. Dit nieuwe beleid, dat ook forse noodzakelijke bezuinigingen met zich meebrengt1, zal vanaf 2005 zijn beslag moeten krijgen.

Op 10 maart 2003 heeft de gemeenteraad unaniem ingestemd met het implementatieplan van OptimaForma en de daarmee samenhangende bezuinigingstaakstelling van 13,2 mln. Voor het brede welzijnsterrein gaat het om een taakstelling van 2 miljoen te realiseren per 1 januari 2008. Vanaf 2005 (en volgende jaren) wordt echter al een afbouw van subsidies ingezet.

Het college sluit aan bij de Cordes-adviezen. Een aantal belangrijke uitgangspunten hierbij zijn:

* De burger centraal.

* De gemeente in de rol als regisseur.

* Als lokale overheid kunnen sturen op het mobiliseren van eigen kracht en verantwoordelijkheid van burgers, bedrijfsleven en maatschappelijke instellingen (stimulerend).
* Beschikken over een ambtelijk apparaat dat compact en flexibel is en dat zich richt op het (laten) realiseren van het beoogd maatschappelijk effect (in principe niet zelf operationeel).

Pijlers voor het nieuwe beleid

Het college kiest een koers waarin het adagium van de verzorgende overheid van de afgelopen decennia wordt losgelaten. Doel voor de toekomst is een zelfredzame Goudse samenleving met een regisserende lokale overheid die stuurt op basis van acht pijlers van beleid. De acht pijlers zijn:

1. Deels doorgaan op dezelfde weg: het speerpunt 'het verbeteren van de sociale samenhang', zoals vastgelegd in het Bestuursakkoord 2002 - 2006 blijft als ambitie van kracht. Dit geldt ook voor de speciale aandacht voor woon-, zorg-, en welzijnswensen van ouderen, allochtonen en gehandicapten (Stadsvisie 2010) en voor de
- eveneens al verankerde - uitgangspunten zoals verwoord in de Cordesvoorstellen (burger centraal, een regisserende gemeente en het afstoten van gemeentelijke panden).

2. Meer algemeen aanbod voorzieningen: het college stelt voor om veel meer dan nu het geval is, een algemeen aanbod aan voorzieningen beschikbaar te stellen en het doelgroepdenken los te laten. Leidend daarbij is het principe 'wie wil, moet ook kunnen'. Met andere woorden: financiële beperkingen voor individuen om deel te nemen aan maatschappelijke activiteiten moeten zoveel mogelijk worden opgeheven. Meer draagkrachtigen moeten vanuit deze lijn meer betalen (verregaand kostendekkende tarieven).
3. Jongeren zijn de toekomst: het college wil blijven inzetten op voorzieningen die gericht zijn op de ontwikkeling van jeugd en jongeren tot circa achttien jaar (brede school, vroegtijdig schoolverlaten, jeugdpreventie).

4. Verhogen betrokkenheid burgers:

5. Multifunctionele centra en extra inzet vrijwilligers: het college wil de huidige structuur van club- en buurthuizen in de komende drie jaar omvormen tot een meer compacte structuur van circa vijf multifunctionele centra voor de hele stad. Belangrijk hierbij is de inzet van meer vrijwilligers.

6. Integrale aanpak: het college wil de samenwerking tussen en de krachtenbundeling van instellingen bevorderen.
7. Beperken gemeentelijke panden: in de komende jaren wil het college in vervolg op voorstellen van Cordes het huisvestingsbeleid herzien en gemeentelijke panden zoveel mogelijk afstoten naar derden.

8. Doelmatigheid van subsidiebeleid: Gemeente Gouda wil haar subsidiemiddelen zo doeltreffend en doelmatig mogelijk inzetten. De gemeente kiest, in lijn met de Cordes voorstellen, voor een meer outputgerichte subsidiëring. Hierbij maakt het college onderscheid tussen basisvoorzieningen en vraaggerichte subsidiëring van initiatieven van burgers en instellingen.

Basisvoorzieningen en gerichte subsidiëring

Het college brengt in de uitwerking van het beleidskader een onderscheid aan tussen basisvoorzieningen en gerichte subsidiëring van initiatieven van burgers/instellingen.

Basisvoorzieningen
Tot nu toe was het gemeentelijk beleid erop gericht een goed verspreide infrastructuur van voorzieningen over de hele stad te onderhouden. Dit heeft geleid tot een structuur die het college op dit moment aanmerkt als te versnipperd en onevenwichtig. Het college wil daarom toe naar een nieuwe, versterkte basisinfrastructuur van voorzieningen die zoveel mogelijk een algemeen karakter hebben en, waar mogelijk, multifunctioneel zijn opgezet.

Basisvoorzieningen zijn die voorzieningen die voor iedere burger of een groot deel daarvan beschikbaar moeten zijn en die als elementair beschouwd kunnen worden binnen de sociale infrastructuur. Deze richten zich niet alleen op Gouda, maar ook op de regio.

Vraaggestuurde subsidiëring
Met een vraaggerichte subsidiering honoreert de gemeente initiatieven van burgers. Leidraad hierbij is dat de subsidie wordt gevraagd voor participatie en ontplooiing. Hiermee wordt de waarderingssubsidie afgeschaft.

Maatregelen gericht op de laagste inkomensgroep Doelstelling van de gemeente is dat alle burgers, indien zij willen, ook kunnen participeren en gebruik kunnen maken van voorzieningen. Dit geldt zowel voor de basisinfrastructuur als voor de vraaggestuurde subsidies. Indien burgers door gebrek aan financiële middelen geen gebruik meer kunnen maken van bepaalde voorzieningen, dan kunnen zij in aanmerking komen voor tegemoetkoming.

Uitgangspunten samengevat

Samengevat ziet de gemeente Gouda de uitgangspunten voor haar subsidiebeleid op het brede welzijnsterrein voor de toekomst als volgt:

* De gemeente heeft de voorname taken: regievoeren (kaders stellen, faciliteren en stimuleren).

* Subsidieverstrekking is één van de middelen om het gewenste doel te bereiken (naast andere vormen van sturing zoals coproductie).
* Subsidie-inzet moet doelmatig zijn.

* Toekomstgericht (subsidie)beleid betekent keuzes maken in beleid en inzet van financiële middelen.

instellingen geïnformeerd

Alle organisaties en instellingen op de genoemde terreinen hebben een brief over het principebesluit van het college ontvangen, samen met de desbetreffende nota. Ook de adviesraden Allochtonenadviesraad, Seniorenraad en RPCP zijn geïnformeerd en om advies gevraagd.

verdere procedure


* 9 maart: Principebesluit college over richting bezuiniging
* 22 maart: Bespreking principekeuze met raadscommissie
* begin april: Afstemmingsmoment college/ambtelijke top met instellingen

* medio april: Hoorzitting raadscommissie met instellingen
* eind april: Meningsvormend debat raadscommissie
* mei/juni: Kaderstellende discussie gemeenteraad
* juni-november: Uitwerken in de subsidiestaat 2005