---
Brieven aan de Kamer
---
Kaderwet dienstplicht
10-3-2004 12:01:00
Naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie voor Defensie
van 5 februari 2004 (Def-04-07) om een reactie op de brief van de
Stichting Gehandicapten Platform Midden-Drenthe van 15 januari 2004,
waarin verzocht wordt om maatregelen te treffen om tot aanpassing van
de Kaderwet dienstplicht te komen, deel ik u het volgende mee.
De Stichting Gehandicapten Platform Midden-Drenthe meent dat sprake is
van een omissie in de Kaderwet dienstplicht. In die wet zou moeten
worden vastgelegd dat personen die door ziekte of handicap niet in
staat zijn deel te nemen aan de dienstplicht, op basis van een
medische verklaring van hun huisarts als dienstplichtige kunnen worden
uitgeschreven.
Tot 1997 gold het stelsel van de Dienstplichtwet. Bepalingen met
betrekking tot de medische keuring waren in het bijzonder geregeld in
het onder die wet vallende Dienstplichtbesluit.
In 1997 is de Kaderwet dienstplicht in de plaats getreden van de
Dienstplichtwet. Zoals bekend is Nederland bij die gelegenheid
overgegaan op een beroepsleger en is de dienstplicht opgeschort. Deze
opschorting betekent dat in ieder geval alle wettelijke bepalingen die
betrekking hebben op de medische keuring geen toepassing vinden en dat
er van afgezien is om uitvoeringsbepalingen zoals onder het oude
stelsel voorzien in het Dienstplichtbesluit tot stand te brengen.
Uitvoeringsregelgeving als waarop de Stichting Gehandicapten Platform
Midden-Drenthe doelt, is met andere woorden thans niet aan de orde.
Aan de opschorting van de dienstplicht en dus van de
keuringsbepalingen ligt de overweging ten grondslag dat het
dienstplichtstelsel een toereikend, maar vooral aanvullend instrument
dient te zijn om zich voor te bereiden op bijvoorbeeld een zich
aftekenende nieuwe dreiging. Afhankelijk van een dergelijke dreiging
zal, indien er al noodzaak zou bestaan om het dienstplichtstelsel te
doen herleven en uitvoeringsregelgeving terzake tot stand te brengen,
daarvan een op de dan bestaande behoefte afgestemd gebruik worden
gemaakt. Naar huidige inzichten doet een zodanige dreiging zich
evenwel niet voor.
Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben ingelicht.
DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Nieuws
Ministerie van Defensie