Nieuwe uitspraken van de Belastingkamer van het Gerechtshof te Amsterdam (week 8)

Bron: Gerechtshof Amsterdam

Datum actualiteit: 10-03-2004


1. Hof Amsterdam 17 december 2003, 03/01174, EK 10. Heeft de ontvanger terecht aanmaningskosten in rekening gebracht ter zake van een voorlopige aanslag nu het beroep aangaande deze voorlopige aanslag door belanghebbende was ingetrokken omdat tevens een procedure door belanghebbende aanhangig was ter zake van de definitieve aanslag over hetzelfde jaar.

Tekst uitspraak: 'AO3478'


2. Hof Amsterdam 30 januari 2004, 02/05309, MK 4. Als na invoering van een regeling voor betaald parkeren een coulanceperiode in acht wordt genomen waarin niet voldane belasting niet wordt nageheven, leidt dit tot gerechtvaardigd vertrouwen bij de belastingplichtige zolang niet kenbaar is gemaakt wanneer deze periode eindigt.

Tekst uitspraak: 'AO2961'


3. Hof Amsterdam 29 januari 2004, 01/02548, MK 3. Ook na verwijzing door de Hoge Raad heeft belanghebbende niet doen blijken dat de aanslag op een te hoog bedrag is vastgesteld.

Tekst uitspraak: 'AO3440'


4. Hof Amsterdam 18 juni 2003, 02/06160, EK 6. In geschil is de vraag of artikel 23 van de Belastingregeling voor het Koninkrijk (BRK) in de weg staat aan de aftrek van de rente ter zake van de tweede woning op Bonaire.

Tekst uitspraak: 'AO3854'


5. Hof Amsterdam 30 januari 2004, 03/02262, EK 12. Start onderneming oktober 1999. Insp heeft ten onrechte voor 2000 geen positieve of negatieve verklaring ziekenfondsverzekering zelfstandigen aan bh afgegeven. Gewekt vertrouwen. Bh had kunnen kiezen voor lang (eerste) boekjaar als insp wel verklaring had afgegeven. Bh mag nu alsnog uitgaan van lang boekjaar. Daardoor in 2001 niet verplicht ziekenfondsverzekerd.

Tekst uitspraak: 'AO3814'


6. Hof Amsterdam 6 februari 2004, 02/06620, MK 4. Beleid van verweerder om in afwijking van Verordening niet per onroerende zaak, maar per kadastraal perceel één aanslag in de baatbelasting op te leggen leidt niet tot vernietiging van de aanslag.

Tekst uitspraak: 'AO3646'


7. Hof Amsterdam 17 december 2003, 02/03429, MK 3. Deelnemingsvrijstelling van toepassing op door aandelenruil verworven belang van minder dan 5% in beursgenoteerde vennootschap, nu het verwerven en bezitten van dat belang - in ieder geval aanvankelijk - was gericht op het (be)houden van een strategisch en economisch belang in de branche waarin het concern waartoe belanghebbende behoort, actief is.

Tekst uitspraak: 'AO3591'


8. Hof Amsterdam 17 december 2003, 03/01051, EK 10. Door van belanghebbende een verder gaande motivering te verlangen dan zij in haar bezwaarschrift heeft gegeven in het geval de litigieuze aanslag op geen enkele wijze is onderbouwd, heeft de inspecteur aan de in artikel 6:5 Awb gestelde motiveringseis een te strenge uitleg gegeven. De Inspecteur heeft belanghebbende derhalve ten onrechte in haar bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.

Tekst uitspraak: 'AO3487'


9. Hof Amsterdam 17 december 2003, 03/01195, EK 10. Belanghebbende heeft in eerste instantie verbouwingskosten welke betrekking hebben op zijn eigen woning voldaan uit eigen middelen. Vervolgens heeft belanghebbende een lening gesloten om zijn eigen middelen weer aan te zuiveren. In geschil is of de rentekosten aan te merken zijn als rente die is verschuldigd ter zake van een schuld die is aangegaan voor de verwerving, de verbetering of het onderhoud van de eigen woning in de zin van artikel 3:123 van de Wet IB 2001.

Tekst uitspraak: 'AO3485'


10. Hof Amsterdam 17 december 2003, 03/02145, EK 10. Vergrijpboetes als bedoelt in artikel 67e van de Awr kunnen pas worden opgelegd vanaf
1 januari 1998. Derhalve kan artikel 67e niet toegepast kon worden met betrekking tot aangiften en betalingen die betrekking hebben op 1997. De vergrijpboete mist derhalve wettelijke grondslag en de boetebeschikking dient te worden vernietigd.

Tekst uitspraak: 'AO3480'


11. Hof Amsterdam 23 januari 2004, 02/07261, MK 4. Ontvankelijkheid van beroepschrift. Afdracht overdrachtsbelasting is de verantwoordelijkheid van een belegger in vastgoed. Grove schuld valt te verwijten als - bij gebrek aan een controle-element in de organisatie - de verschuldigdheid van overdrachtsbelasting niet wordt onderkend. Geen disproportionaliteit.

Tekst uitspraak: 'AO3462'