Verhuurders ontzien huursubsidieontvangers
9 maart 2004
Vandaag heeft minister Dekker een gesprek gevoerd met de
verhuurders-organisaties (Aedes, IVBN, Vastgoedbelang) en de huurders
(Woonbond). Verhuurders en de minister zijn het vanmiddag eens
geworden over het korte termijn huurbeleid. Verhuurders stellen de
minister in staat om huurders die huursubsidie ontvangen eenmalig een
bedrag van (ongeveer) 30 euro te verstrekken. Daarnaast roepen
verhuurdersorganisaties hun leden op om de huren gemiddeld dit jaar
met niet meer dan 2,9 procent te verhogen.
Verhuurdersorganisaties benadrukken dat de verhuurders al jaren een
gematigd huurbeleid voeren. Verhuurders zijn echter niet blind voor de
huidige economische omstandigheden en niet doof voor oproepen vanuit
de Tweede Kamer.
Het voorstel
-
Verhuurdersorganisaties roepen hun leden op om de huren gemiddeld dit
jaar met niet meer dan 2,9 procent te verhogen. Voor corporaties is
dit een generieke huurmatiging van 0,5 procent (omdat 3,4 procent
maximaal is toegestaan).
-
De minister verstrekt in 2004 eenmalig aan huursubsidieontvangers een
bedrag van ongeveer 30 euro. Het gaat hierbij om een miljoen huurders
die op deze wijze extra worden ontzien.
-
Verhuurders zeggen de minister toe de kosten van deze regeling te
vergoeden.
-
In september zal de minister met de verhuurders in overleg treden over
hoe de eenmalige bijdrage kan worden gecompenseerd en of de gemiddelde
2,9 procent ook daadwerkelijk door verhuurders is gerealiseerd.
De verhuurders hebben aangegeven de huren niet algemeen en structureel
te willen verlagen. Dit biedt immers geen oplossingen voor de
problemen op de woningmarkt. Daarnaast komt een dergelijke algemene
huurverlaging ook bij anderen dan alleen de huursubsidieontvangers
terecht. Het gaat er de verhuurders juist om die groepen te ontzien.
Minister Dekker wil, net als de verhuurders, niet tornen aan de
gemaakte afspraken voor het huurbeleid voor de periode 2002 t/m 2004,
waarover in de Commissie Huurbeleid overeenstemming bestond. Deze
overeenkomst gaat uit van een inflatievolgende huurstijging waarbij
met de gemiddelde inflatie over vijf jaar wordt gerekend. Deze
afspraken zijn juist gemaakt om huurders en verhuurders meer zekerheid
te bieden. De verhuurders hebben daardoor de afgelopen twee jaar de
huren al met minder dan de werkelijke inflatie verhoogd.
De afgelopen weken is er in de Tweede Kamer stevig gedebatteerd over
het korte termijn huurbeleid. Dit heeft op 17 februari jl.
geresulteerd in een aangenomen motie Van Bochove/Van As die
verhuurders oproept tot een substantieel lagere huurverhoging. Met de
mogelijkheid voor verhuurders dit in latere jaren te compenseren.
Minister Dekker gaf in het debat aan dat ze het gesprek zal aangaan
met verhuurders en huurders en dat zij binnen de bestaande kaders
ruimte zal zoeken.
Verhuurders leveren nu opnieuw een extra bijdrage aan de
betaalbaarheid van het wonen en voeren daarmee een ander beleid dan
bijvoorbeeld de gemeenten die de afgelopen jaren de gemeentelijke
woonlasten (bijvoorbeeld OZB) ver boven inflatie hebben laten stijgen.
Verhuurders gaan ervan uit dat met deze handreiking het debat over de
huurverhoging snel kan worden afgerond.
Aedes