Ministerie van Buitenlandse Zaken

Aan de Voorzittervan de TweedeKamerderStaten-Generaal

Binnenhof4

Den Haag


-

Bezuidenhoutseweg 67

Postbus 20061

2500 EB Den Haag


Datum


- 9 maart 2004

Behandeld


- Elke P.I.M. Merks-Schaapveld


Kenmerk


- DVB/NN-092/04

Telefoon


- #31-(0)70-348.7419


Blad


- 1/3

Fax


- #31-(0)70-348.5684


Bijlage(n)


- - merks.elke@minbuza.nl


Betreft


- Beantwoording vragen van het lid Karimi over het (nucleaire) smokkelwerk van Khan en Nederlandse connecties


-

Graag - bied ik u hierbij, mede namens de heer Brinkhorst, minister van Economische Zaken en de heer Remkes, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,- de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door - het lid- Karimi over - het (nucleaire) smokkelwerk van Khan en Nederlandse connecties. Deze vragen werden ingezonden op - 19 februari 2004 met kenmerk - 2030408570.


- De Minister van Buitenlandse Zaken,

Dr. B.R. Bot

Antwoorden van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de heer Brinkhorst, minister van Economische Zaken, en de heer Remkes, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, op vragen van het lid Karimi (Groen Links) over het (nucleaire) smokkelnetwerk van Khan en Nederlandse connecties.

Vraag 1-

Wat zijn de uitkomsten geweest van het onderzoek naar mogelijk andere leveranties van Slebos Research BV? 1)

Vraag 2-

Wat is er gebeurd met de vijf zendingen van Slebos Research BV, die in 1998 op verschillende vliegvelden in Europa zijn aangehouden? Was Henk S. ook betrokken als tussenpersoon, dan wel opdrachtgever bij de exporten van Van Doorne Transmissie naar Kahuta/Pakistan in de tweede helft van de jaren zeventig?

Antwoord-

Voor de beantwoording van deze vragen mogen verwezen worden naar het antwoord op vraag 3 van de vragen van het lid Karimi 2030408170 d.d. 12 februari 2004.

Vraag 3-

Staat elke export vanuit één van de vele BV's van Henk S. per definitie onder verscherpte douane-controle, ook als het niet om dual-use gaat?

Antwoord-

De Nederlandse douane heeft de mogelijkheid om, voor alle goederen, een controleprofiel te zetten op exporten die voldoen aan bepaalde criteria. De belangrijkste criteria zijn: exporteur, land van bestemming en goederen. Van deze mogelijkheid maakt de douane regelmatig gebruik.

Vraag 4-

Hoe vaak zijn de afgelopen jaren exporten van Slebos Research BV naar Pakistan aan een (ad hoc-) vergunningplicht onderworpen geweest? Zijn deze exporten vervolgens afgewezen of zijn hiervoor vergunningen verstrekt? In welke gevallen, hoe vaak en waarom? Is er ook sprake (geweest) van exporten van bedrijven van Henk S. naar andere landen waarvoor een vergunningsplicht van toepassing is, zoals bijvoorbeeld naar Maleisië en de Verenigde Arabische Emiraten? Zo ja, welke landen en welke goederen betreft dit?

Antwoord-

In zijn algemeenheid zij opgemerkt dat sinds de invoering van de ad-hocvergunningsplicht in 1996 in totaal een twintigtal catch-alls zijn opgelegd. De Kamer zal in de vertrouwelijke notitie van de Minister van Economische Zaken, zoals toegezegd in de beantwoording van vraag 3 van de vragen van het lid Karimi 2030408170 d.d. 12 februari 2004, hierover nader worden geïnformeerd.


1) Aanhangsel-Handelingen nr. 1413, vergaderjaar 1997-1998

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van hetzelfde lid, ingezonden 12 februari 2004.

===