Gemeente Utrecht
2004 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
25 Vragen van mevrouw mw. A. van Rooij
(ingekomen 8 maart 2004)
Sinds 1 januari maakt wordt de tandheelkundige zorg voor volwassenen niet meer vergoed door het ziekenfonds. Velen hebben zich bij verzekerd, weer anderen hebben besloten het risico zelf te dragen. Na berichten in de media en na contacten met uitkeringsgerechtigden maakt D66 zich zorgen over de tandheelkundige zorg voor de minima.
Tandheelkundige zorg kan soms onverwacht tot forse noodzakelijke uitgaven leiden. Soms leidt dit tot de beslissing om de uitgave maar niet te doen, wat nadelige gevolgen heeft voor de gezondheid van betrokkene. Soms wordt de uitgave wel gedaan wat gevolgen heeft voor andere noodzakelijk kosten van levensonderhoud of kan leiden tot schulden.
De systematiek van de bijzondere bijstand gaat er van uit dat een aanvraag voor een uitgave wordt gedaan, en dat zij is om aangegane schulden te saneren. Tenzij ten aanzien van tandheelkundige zorg een uitzondering op dit beleid wordt gemaakt, ligt hier een probleem.
D66 vindt dit een zorgelijke situatie en dat brengt de fractie van D66 tot de volgende vragen:
Is het college bekend met de hier geschetste problematiek
Is het college bereid om tandheelkundige zorg voor uitkeringsgerechtigden te vergoeden uit de bijzondere bijstand.
Onderkent het college het probleem dat uitgaven voor tandheelkunde niet altijd te voorzien zijn en is het college bereid om in voorkomende gevallen deze uitgaven achteraf te vergoeden uit de bijzondere bijstand.
Is het college bereid om de mogelijkheid te onderzoeken dat tandartsen hun declaratie rechtstreeks insturen naar de sociale dienst zodat uitkeringsgerechtigden deze, vaak grote, uitgaven niet hoeven voor te financieren.
Is het college bereid om de mogelijkheden te onderzoeken voor een collectieve verzekering voor uitkeringsgerechtigden voor tandheelkundige zorg op het niveau zoals dat voorheen door de ziekenfondsen werd vergoed.
Antwoord van Burgemeester en Wethouders
(Verzonden 30 maart 2004)
Ja.
In bijzondere situaties en bij gebreke van een voorliggende voorziening biedt de bijzondere bijstand in principe mogelijkheden tot vergoeding van een noodzakelijke goedkoopst-adequate voorziening. Voor deze vergoeding gelden maximum bedragen.
Niet alle tandheelkundige kosten zijn altijd voorzienbaar. Met spoedgevallen houdt SoZaWe rekening. Zie verder ook onder 4.
Wij vinden een dergelijke constructie minder gewenst. Indien de rekeningen rechtstreeks naar sociale zaken zouden gaan is niet meer te toetsen of die kosten ook daadwerkelijk op dat moment noodzakelijk waren en of gekozen is voor de goedkoopst adequate voorziening. Spoedgevallen daargelaten geven wij er de voorkeur aan dat de cliënt vooraf een begroting vraagt aan de tandarts, deze vervolgens laat toetsen bij SoZaWe en daarmee weet waarop hij kan rekenen. Wij zullen in het eerstvolgende SoZaWe journaal voorlichting geven over de tandartskosten.
De verschraling van het ziekenfondspakket is punt van aandacht geweest bij het nieuwe pakket van de aanvullende Optimaalverzekering. De Optimaal Basis (en de meeste aanvullende verzekeringen) vergoedt EUR 225,00 per jaar voor tandheelkundige behandeling. De hoogte van deze vergoeding is afgestemd op de normale kosten van tandheelkundige behandeling. Als er geen specifieke zaken aan de hand zijn is deze vergoeding toereikend. In veel gevallen kan een behandelingsplan ook gespreid worden. Opnemen van extra behandelingen zou de premies aanzienlijk doen stijgen. Een hogere gemeentelijke bijdrage in de premie kan niet uit het huidige gemeentelijke budget gefinancierd worden.
---- --