Federale regering Belgie
Grensoverschrijdende samenwerking in politie- en douanezaken
(2004-03-05)
Persbericht van de Ministerraad
Op voorstel van de heer Louis Michel, Minister van Buitenlandse Zaken,
mevrouw Laurette Onkelinx, Minister van Justitie en de heer Patrick
Dewael, Minister van Binnenlandse Zaken, keurde de Ministerraad een
voorontwerp van wet goed houdende instemming met het Verdrag en de
Regering van de Franse Republiek betreffende de grensoverschrijdende
samenwerking in politie- en douanezaken (*).
Deze overeenkomst beoogt voornamelijk nadere samenwerkingsregels te
bepalen in het grensgebied tussen beide landen, in uitvoering en met
inachtneming van de beginselen van de Schengen-Overeenkomst. Het doel
van de overeenkomst bestaat erin een grensoverschrijdende samenwerking
in te stellen om de strafbare feiten te voorkomen en gemakkelijker te
bestrijden in het grensgebied bepaald door ieder van beide partijen.
De overeenkomst gaat niet verder dan de verbintenissen aangegaan in de
Schengen-Overeenkomst en beperkt zich tot de politie -en
douanesamenwerking. Het was de wens van de Franse Partij om aan de
Frans-Belgische grens een centrum voor politie-en douanesamenwerking
op te richten, zoals aan haar andere grenzen. Dergelijke centra zijn
reeds operationeel aan de grenzen van Frankrijk met Duitsland, Italië
en Spanje. Tot op heden heeft België aan haar grenzen een strategie
ontwikkeld die gebaseerd is op de informatie-uitwisseling tussen de
operationele invalspunten aan elke kant van de grens. Het principe van
de oprichting van gemeenschappelijke centra voor politie -en
douanesamenwerking, waar de politiemensen van beide landen samenwerken
in hetzelfde gebouw, werd aanvaard.
De overeenkomst heeft uitsluitend betrekking op de politie -en
douanesamenwerking. De gerechtelijke samenwerking valt niet onder deze
overeenkomst De politieoverheden kunnen rechtstreeks informatie
uitwisselen, zonder tussenkomst van de justitiële autoriteiten en
zonder bevestiging van het verzoek om hulp door een rechtshulpverzoek.
Deze rechtstreekse politiebijstand is uitgesloten van zodra het
inwilligen van het verzoek dwangmaatregelen inhoudt. Deze uitwisseling
gebeurt overeenkomstig artikel 39 van de Schengen-Overeenkomst en met
inachtneming van de principes inzake bescherming van het privé-leven.
Van Belgische kant zijn de politie -en douaneautoriteiten en -diensten
bevoegd. De douane neemt deel aan het akkoord overeenkomstig haar
wettelijke en reglementaire bevoegdheden in de niet-fiscale zaken en
meer in het bijzonder wat haar bevoegdheden betreft die handelen over
sluikhandel in verdovende middelen en psychotrope stoffen, handel in
wapens en explosieven, en het illegaal vervoer van giftige en
schadelijke afvalstoffen. De samenwerking heeft betrekking op de
strikte naleving van alle verboden en beperkingen van het
grensoverschrijdend verkeer.
De grensoverschrijdende samenwerking zal (**) gericht zijn op de
bestrijding van de illegale immigratie, de grensoverschrijdende
criminaliteit en de sluikhandel, alsook ter voorkoming van de
bedreigingen van de openbare orde. Artikel 5 bepaalt de prioriteiten
van de samenwerking.
(*) ondertekend te Doornik op 5 maart 2001.
(**) onder meer overeenkomstig artikel 5.
Kabinet van de Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken
Karmelietenstraat 15
1000 Brussel
Mevrouw Hakima Darhmouch
Tel.: 02/501.80.70
Fax: 02/501.89.62
hakima.darhmouch@diplobel.fed.be
De Algemene Directie Externe Communicatie Kanselarij van de Eerste
Minister kan u bereiken op het volgende adres: cmr@premier.fed.be