Persbericht
2 maart 2004
Betere prestaties woningcorporaties in 2002
In 2002 hebben woningcorporaties meer geïnvesteerd dan het jaar daarvoor. De totale uitgaven bedroegen in 2002 vijf miljard euro waarvan 3,3 miljard euro voor onderhoud en verbetering, een stijging van ongeveer 8% ten opzichte van het jaar daarvoor. Ook werd meer gepresteerd op het punt van nieuwbouw van huur- en koopwoningen en werd er meer gesloopt en verkocht dan in 2001. Dit schrijft minister Dekker in een brief aan de Tweede Kamer bij drie rapporten over de prestaties van woningcorporaties.
Herstructurering
Het aantal nieuw gerealiseerde huurwoningen nam toe van 12.600 in 2001 naar 13.600 in 2002. De toename van huurwoningen werd vooral veroorzaakt door nieuwbouw van eenheden in verzorgingshuizen. Ook bouwden de corporaties bijna 1.000 koopwoningen meer dan in het jaar daarvoor (4.300 in 2002 tegen 3.400 in 2001). En meer woningen werden gesloopt: 8.200 in 2001 tegenover 9.700 in 2002. Zelfs de verkoop nam toe: van 13.400 in 2001 naar 14.100 in 2002. De cijfers geven volgens de minister aan dat corporaties meer werk maken van de herstructurering van oude- en achterstandswijken.
Financiën
De financiële positie van de corporaties is in 2002 opnieuw verbeterd. Zo nam de ruimte om te investeren toe van 10,3 miljard euro in 2001 naar 10,9 miljard euro in 2002. Verder blijkt dat de volkshuisvestingsopgaven zich concentreren in de regio s waar de corporaties gemiddeld de financieel zwakste positie hebben. Minister Dekker verwacht van rijke corporaties elders in het land dat zij ook een bijdrage leveren aan het helpen oplossen van de problemen in deze regio s.
Opvallend in 2002 is de sterke groei van personeels- en onderhoudslasten. De eerste stegen met 11,5% en de tweede met 10,7%. De minister zal op dit punt de komende jaren de vinger aan de pols houden door onder meer een apart onderzoek.
Van de 552 corporaties waarover een financieel oordeel is gegeven, zijn 70 corporaties nader onderzocht. Het gaat daarbij om 13% van de corporaties, evenveel als in 2001. Bij 47 corporaties is geen twijfel gerezen over de financiële continuïteit. De overige 23 corporaties hebben een financieel zwakke positie. Deze corporaties hebben in samenspraak met de financiële toezichthouder, het Centraal Fonds Volkshuisvesting, maatregelen aangekondigd om hun financiële situatie te verbeteren.
Bij 48 van de 564 onderzochte corporaties zijn onrechtmatigheden geconstateerd. Het gaat hierbij onder meer om het verstrekken van hypotheken of geldleningen, het aanbieden van verzekeringen en activiteiten buiten het werkgebied. VROM heeft deze corporaties maatregelen aangekondigd als zij zich niet aan de regels houden.
Prestatieafspraken
In 2003 heeft 40% van de corporaties afspraken gemaakt met 36% van de gemeenten. In 2002 maakte eveneens 40% van de corporaties met nog 40% van de gemeenten afspraken. Ten opzichte van het voorgaande jaar zijn deze afspraken harder: het aandeel afspraken dat op handelen is gericht (37%) en het aandeel garantieafspraken (2%) namen toe.
Minister Dekker gaat ervan uit dat een toenemend aantal afspraken tussen woningcorporaties en gemeenten een meer bindend karakter krijgen. De minister hecht aan het maken van dergelijke afspraken om de partijen op één lijn te krijgen over de te leveren prestaties voor nieuwbouw van woningen, herstructurering van wijken en buurten, verkoop van huurwoningen en huisvesting van speciale groepen, zoals ouderen.
Bijlagen:
* Brief aan de Tweede kamer d.d. 2 maart 2004 (Toezichtsbrief) (pdf, 160 KB)
* Toezichtverslag 2002 van de VROM-Inspectie (pdf, 400 KB)
* Verslag financieel toezicht woningcorporaties 2002, Centraal fonds voor de Volkshuisvesting, zie http://www.cfv.nl
* Prestatieovereenkomsten tussen gemeenten en woningcorporaties. Analyse van de overeenkomsten in 2003. Raportnummer 86100, RIGO, januari 2004. Zie http://www.rigo.nl.
( bron: http://www.vrom.nl/pagina.html?id=16635 )
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer