Gemeente Utrecht


2004 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
23 Vragen van mevrouw drs. M.C. Mos
(ingekomen 2 maart 2004)


Op 16 februari beantwoordde het college de vraag van GroenLinks inzake subsidie Circus Jopie. GroenLinks is blij dat de subsidie voor 2004 gehandhaafd wordt. Tegelijkertijd moeten wij constateren dat het college nog veel zaken onduidelijk laat.
U geeft geen antwoord op de vraag 'welke kaders kunt u aangeven uit de begroting op grond waarvan Circus Jopie niet meer in aanmerking komt voor subsidie'.
Vervolgens grijpt u de algemene subsidie verordening 2002 aan waarin u aangeeft 'de te subsidiëren activiteiten moeten in hoofdzaak tegoed komen aan de inwoners van Utrecht en de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd dienen bij te dragen aan de realisering van de gemeentelijke doelstellingen.'

75% van de cursisten van Circus Jopie is afkomstig uit Utrecht. Tevens geeft Circus Jopie middels haar activiteiten vorm aan de doelstelling om sociale verbanden, persoonlijk en maatschappelijk welbevinden en maatschappelijke participatie tot stand te laten komen.

Tot slot geeft u in de beantwoording aan dat het circus voor begrotingsjaar 2004 is ingedeeld bij de subsidiesoort transitie "Vrij Tijd". Het gaat hierbij om organisaties die in de voorgaande jaren gelden uit de welzijnsportefeuille hebben ontvangen maar waarvan nog nader vastgesteld moet worden waar het precies uit betaald moet worden. (wijkgericht of stedelijk welzijn, cultuur, onderwijs, sport en recreatie).

GroenLinks krijgt sterk de indruk dat de subsidietoekenning vanuit welzijn hapert en willekeurig is. Derhalve stellen wij u de volgende vragen:

Is het college met GroenLinks van mening dat Circus Jopie voldoet aan de doelstelling uit de algemene subsidieverordening 2002 'de te subsidiëren activiteiten moeten in hoofdzaak tegoed komen aan de inwoners van Utrecht en de activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd dienen bij te dragen aan de realisering van de gemeentelijke doelstellingen'?
Kan het college aangeven wat de uitkomst was van de toetsing van de subsidieaanvraag van Circus Jopie aan de kaders cq. doelstellingen voor het welzijnsdeel van de programmabegroting 2004?
Met welk doel is de subsidiesoort transitie "Vrije Tijd" gecreëerd? Welke organisaties vallen allemaal onder de categorie transitie Vrije Tijd?
Is het college met GroenLinks van mening dat de gemeente een integraal beleid voor de maatschappelijke ontwikkeling nastreeft (zie ook mensen als motor van de stad)? Is het dan niet juist om aanvragen van organisaties die vallen binnen de doelstellingen van welzijn en de dienst maatschappelijke ontwikkeling, integraal te behandelen en zekerheid te geven over de door hen ingediende meerjaren aanvraag? In plaats van de organisaties lastig te vallen met door de gemeente gecreëerde kokers?
Is het college derhalve bereid om de toekomst van Circus Jopie veilig te stellen en de overgangssubsidie om te vormen in een meerjarensubsidie?


Antwoord van Burgemeester en Wethouders
(Verzonden 30 maart 2004)


Met de fractie van GroenLinks is het college van mening dat de toetsing aan de Algemene Subsidie Verordening bepalend moet zijn voor de vraag of een subsidieaanvraag al dan niet wordt gehonoreerd. De twee toetsingsgronden die het raadslid mevrouw Mos noemt zijn niet de enige maar ze zijn wel essentieel. De aanvraag van Circus Jopie is getoetst aan de doelstellingen van het welzijnsprogramma.
De vraag of de subsidieaanvraag van Circus Jopie beantwoordt aan enige gemeentelijke doelstelling is (nog) niet aan de orde geweest. Dit is een gevolg van het feit dat de aanvraag gericht was op de welzijnsportefeuille. Als het raadslid een antwoord wil op die vraag, is een breder gestelde subsidieaanvraag nodig zodat een toetsing ook aan andere programma's mogelijk en zinvol is. Een dergelijke exercitie is op dit moment niet nodig (voor 2004 is immers al een oplossing gevonden). In de aanloop naar het begrotingsjaar 2005 zal de door het raadslid gevraagde brede toetsing wel plaatsvinden.
De aanvraag van Circus Jopie voor het jaar 2004 die is ingediend bij de afdeling welzijn behelsde 'circuscursussen'. Het college heeft deze aanvraag - na toetsing - afgewezen omdat deze activiteiten waarvoor subsidie werd gevraagd naar het oordeel van het college in onvoldoende mate bijdragen aan de doeleinden van het welzijnsbeleid (zoals door de raad vastgesteld). Deze doeleinden zijn:
iedereen heeft voldoende mogelijkheden om sociale netwerken op te bouwen en te houden waardoor kwetsbaarheid wordt voorkomen
iedereen heeft voldoende mogelijkheden om maatschappelijk te participeren
de burgers nemen verantwoordelijkheid voor hun buurt en voor elkaar
bevorderen van de sociale cohesie en de leefbaarheid en veiligheid in de buurten
Aangezien alle aan welzijn gerichte subsidieaanvragen aan deze zelfde doelstellingen worden getoetst is van haperen of willekeur geen sprake.
'Transitie Vrije Tijd' is geen subsidiesoort. Er zijn ook geen subsidiedoelstellingen aan verbonden. In deze rubriek (die een intern, ambtelijk doel heeft), is een aantal instellingen verzameld die vielen onder het vroegere beleidsproduct 'club- en buurthuiswerk'. Dit beleidsproduct is m.i.v. de begroting 2003 door de raad omgezet in 'welzijnswerk in de wijken'. Met de omzetting kwam een aantal stedelijk werkende instellingen in een (tijdelijk) vacuüm. Het betreft dus instellingen waarvan de activiteiten niet meer beantwoorden aan de welzijnsdoelstellingen en waarvoor ofwel een oplossing ofwel een afbouwregeling moet worden getroffen. Die oplossing kan zijn: het benutten van subsidiemogelijkheden uit een andere portefeuille, of met wijziging van de aanvraag alsnog onder de welzijnsdoelstellingen vallen.
Integrale beoordeling van aanvragen is zeker een goede zaak. Dat dit in 2003 bij Circus Jopie niet is gebeurd, is een gevolg van de wijze van aanvragen die geheel was toegesneden op welzijn. Met de directeur van de DMO is afgesproken dat aanvragen waarvan niet op voorhand duidelijk is onder welke portefeuille die vallen en aan welke doelstellingen ze moeten worden getoetst, een toetsingstraject binnen DMO doorlopen. Het college wijst er op dat dit niet betekent dat een aanvraag dan wel gehonoreerd wordt. Activiteiten waarvoor subsidie is aangevraagd dienen in alle gevallen bij te dragen aan de realisering van de gemeentelijke doelstellingen.
De in punt 4 beschreven werkwijze zal worden toegepast op de aanvraag 2005 van Circus Jopie. In die brede toetsing door DMO zal blijken of er in het totale aanbod van Circus Jopie activiteiten zijn die aansluiten op gemeentelijke doelstellingen en ook anderszins beantwoorden aan de eisen en voorwaarden van subsidieverlening, en dus voor een gemeentelijke bijdrage in aanmerking komen.


---- --