Gegevensverstrekking OvJ over bergingsbedrijf onrechtmatig
Bron: Projectbureau Bistro Utrecht

Datum actualiteit: 2-03-2004

In februari 1996 heeft een officier van justitie te Amsterdam aan Rijkswaterstaat informatie uit het politieregister over een bergingsbedrijf verstrekt. Dit gebeurde in het kader van het screenen van bergingsbedrijven voor deelname aan een proefproject. Door die informatieverstrekking is het bedrijf van die deelname uitgesloten.

Volgens de Hoge Raad (arrest van 27 februari 2004) heeft het gerechtshof te 's-Gravenhage juist geoordeeld dat de gegevensverstrekking uit het politieregister aan de officier van Justitie en door de officier aan Rijkswaterstaat onrechtmatig is geweest. Voor een dergelijke inbreuk op de persoonlijke levenssfeer is een specifieke wettelijke basis noodzakelijk en die ontbrak ten tijde van de gegevensverstrekking.
Desondanks wordt het arrest van het hof gedeeltelijk vernietigd omdat het bevel van het hof aan de Staat - om aan Rijkswaterstaat mede te delen dat de in de brief van februari 1996 vervatte informatie geen grond mag opleveren om het bedrijf anders dan andere particuliere bergingsbedrijven te behandelen bij de gunning van opdrachten of het laten verrichten van werkzaamheden - te ver gaat.

Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AM2359

Zie het origineel