Nieuw-Vlaamse Alliantie
Nieuwe verkeerswet: verwarring en onbillijkheid troef vanaf 1 maart
(24/02/04)
Op 1 maart a.s. treedt de nieuwe verkeerswet in werking. Deze wet
voorziet voor een aantal verkeersovertredingen in fors hogere boetes
en zwaardere bestraffing met rijverbod, terwijl de gevangenisstraf
afgeschaft wordt.
Een en ander leidt tot ernstige problemen en onbillijkheid bij de
bestraffing door de rechtbanken. De politierechters, maar ook de
correctionele rechters in beroep zitten met de handen in het haar.
Voor de werking van de strafwet in de tijd gelden twee fundamentele
principes: (1) een strengere strafwet mag geen terugwerkende kracht
hebben en (2) een mildere strafwet geldt wèl retroactief.
Welnu: een hoofdgevangenisstraf is juridisch - steeds zwaarder dan een
geldboete. In de praktijk evenwel niet, aangezien er geen effectieve
gevangenisstraf opgelegd werd. Telkens wanneer de nieuwe wet de
gevangenisstraf afschaft, geldt dus de zogezegd lichtere straf, nl.
geldboetes (tot 500 Euro x 5, zelfs tot 2.000 Euro x 5) en verval van
het recht tot sturen (tot 5 jaar), mogelijk verplicht rijverbod met
verplichte examens.
Dit zijn de facto duidelijk zwaardere straffen dan de vroegere
geldboetes en facultatieve rijverboden.
Enkele voorbeelden tonen de onbillijkheid van de nieuwe wet aan:
1. Twee personen worden vervolgd voor sturen in staat van
dronkenschap en komen voor de politierechtbank deze week. Persoon
A berust in zijn straf. Persoon B tekent beroep aan en krijgt na
1 maart 2004 de facto een zwaardere bestraffing, want de nieuwe
wet geldt met verplicht rijverbod en verplichte examens.
2. In dezelfde hypothese komt persoon A voor sturen in staat van
dronkenschap in december 2003 voor de rechtbank deze week.
Persoon B voor sturen in staat van dronkenschap in december 2003
komt voor de rechtbank in maart 2004. Waar is het
gelijkheidsbeginsel?
3. Iemand is in februari 2004 veroordeeld voor sturen in staat van
dronkenschap en gaat in beroep. Dit beroep wordt behandeld na 1
maart 2004. Neem nu twee hypotheses: in het ene geval heeft het
openbaar ministerie ook beroep aangetekend. In dit geval kan de
straf verzwaard worden. Wanneer het openbaar ministerie geen
beroep aangetekend heeft, kunnen naast het reeds opgelegde
rijverbod door de politierechter, in beroep geen verplichte
examens worden opgelegd, want er kan niet verzwaard worden. Met
de nieuwe wet die een lichtere bestraffing inhoudt kan/moet dit
wel.
De oplossing bestaat er in dringend de bepaling aangaande de
inwerkingtreding van de nieuwe straffen te wijzigen. Deze zouden
alleen mogen gelden voor feiten gepleegd vanaf de inwerkingtreding van
de wet.
Het probleem is echter dat er quasi onmogelijk nog een wetswijziging
in het Staatsblad kan verschijnen voor 1 maart 2004. Minister Anciaux
moet dus de inwerkingtreding bij K.B. uitstellen. Dit zal meteen de
efficiëntie ten goede komen, aangezien de nieuwe software nog niet
geleverd is aan de politie.
Anderzijds dient de wet zelf aangepast te worden. Daartoe dient de
N-VA vandaag nog een wetsvoorstel in om deze dringende wetswijziging
alsnog door te voeren.
Auteur:
Kamer van Volksvertegenwoordigers
Geert Bourgeois, Kamerlid en algemeen voorzitter N-VA
Meer informatie:
Contactpersoon: Ben Weyts, woordvoerder
Telefoon: 02 219 49 30
Fax: 02 217 35 10
E-post: ben.weyts@n-va.be
Url: www.n-va.be