Nivel
Baan, C.A., Hutten, J.B.F., Rijken P.M. (red.), Afstemming in de zorg.
Een achtergrondstudie naar de zorg voor mensen met een chronische
aandoening, RIVM/NIVEL, 2003, 564pag.
Patient staat aan de zijlijn bij informatieoverdracht tussen
zorgverleners
20 februari 2004
Ongeveer 60 procent van de chronisch zieken weet niet of hun
zorgverleners contact met elkaar hebben. Volgens de NPCF leidt
gebrekkige communicatie tussen zorgverleners tot medische fouten.
De overige 40 procent van de chronisch zieken geeft aan dat er wel
contact is tussen hulpverleners van verschillende disciplines, maar
een kwart van hen vindt de afstemming en samenwerking tussen deze
hulpverleners toch onvoldoende. Omdat regionale afstemmingsafspraken
vaak tot doel hebben de zorg meer patiëntgericht te maken, is het
belangrijk dat patiëntenorganisaties betrokken worden bij het maken
van deze afstemmingsafspraken.
Op verzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) is door het
RIVM en het NIVEL een onderzoek naar afstemmingsafspraken tussen
verschillende zorgverleners bij 15 chronische aandoeningen verricht.
De studie diende ter voorbereiding en onderbouwing van de publicatie
Staat van de Gezondheidszorg 2003: Ketenzorg bij chronisch zieken die
wordt uitgegeven door de IGZ. Ketenzorg is de zorg die geboden wordt
door samenwerkende instanties die betrokken zijn bij een bepaalde
ziekte. Chronische patiënten krijgen veelal te maken met verschillende
zorgverleners, zoals huisartsen, specialisten, apothekers,
fysiotherapeuten en een groot aantal zorginstellingen, zoals de
thuiszorg of een instelling voor geestelijke gezondheidszorg (GGZ).
Het is belangrijk dat deze zorgverleners en instellingen van elkaar
weten welke zorg zij aan de patiënt verlenen en dat de zorg van de
verschillende disciplines goed op elkaar is afgestemd. Hiertoe maken
zorgaanbieders op landelijk en op regionaal niveau
afstemmingsafspraken over de zorg voor bepaalde patiëntengroepen. Tot
nu toe was nog niet bekend voor welke chronische aandoeningen zulke
afstemmingsafspraken bestaan, waar die over gaan en wie erbij
betrokken zijn.
Het onderzoek omvatte een literatuurstudie, enquêtes onder
verschillende zorgaanbieders en chronisch zieken en gegevens uit
andere bronnen, zoals het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsenzorg
en het Patiëntenpanel Chronisch Zieken (PPCZ).
Op landelijk niveau zijn er vooral afstemmingsafspraken te vinden over
diabetes mellitus, COPD en CVA. Voor de psychische chronische
aandoeningen zijn er onlangs enkele landelijke afspraken tot stand
gekomen en zijn er nog enkele in ontwikkeling. Daarnaast bestaan er
NHG-standaarden voor alle 15 aandoeningen, behalve dikke darmkanker.
Deze standaarden bevatten richtlijnen voor de huisarts.
Ook op regionaal niveau blijkt dat over diabetes, COPD en CVA de
meeste afstemmingsafspraken tussen de verschillende zorgaanbieders
zijn gemaakt. Daarnaast komt uit de literatuurstudie ook een groot
aantal regionale afspraken over de zorg aan mensen met een
verstandelijke beperking naar voren. Bij de regionale
afstemmingsafspraken over de lichamelijke chronische aandoeningen zijn
vooral medisch specialisten, huisartsen, paramedici en ook
thuiszorgorganisaties betrokken. Bij de regionale afstemmingsafspraken
over CVA is bovendien vrijwel altijd een verpleeghuis betrokken. Bij
de psychische chronische aandoeningen spelen huisartsen minder vaak
een rol in de gemaakte afspraken. Afstemmingsafspraken over de
psychische aandoeningen worden vooral tussen GGZ-instellingen gemaakt
en niet zozeer met zorgaanbieders buiten de GGZ. Alleen voor dementie
ligt dit anders. Bij de afstemmingsafspraken over dementie zijn
huisartsen, thuiszorgorganisaties en verpleeg- en verzorgingshuizen
wel vaak betrokken.
Volgens de regionale organisaties van zorgaanbieders die de enquête
invulden over één of meer lichamelijke aandoeningen, dienen de
afspraken bij deze aandoeningen vooral om de effectiviteit van de
behandeling te vergroten en meer patiëntgericht te werken. Bij de
lichamelijke aandoeningen zijn op regionaal niveau de GGZ en het
Algemeen Maatschappelijk Werk weinig betrokken bij de
afstemmingsafspraken. Dit kan duiden op een gemis binnen de
gezondheidszorg, gezien het feit dat chronische patiënten vaker met
psychosociale problemen kampen dan de gemiddelde Nederlander.
Voor het toepassen van de afstemmingsafspraken in de praktijk vormt
financiering één van de belangrijkste knelpunten. Naast een goede
financiering is het belangrijk dat er ook een gedeelde zorgvisie is en
voldoende draagvlak voor de afspraken bij de zorgverleners. Tevens
moeten knelpunten in wet- en regelgeving worden weggenomen.
Er is in het huidige onderzoek alleen gekeken naar ziektespecifieke
afstemmingsafspraken; algemene afspraken tussen zorgaanbieders zijn
buiten beschouwing gelaten. Bij onderzoek naar ketenzorg is het
belangrijk om ook te kijken naar co-morbiditeit, vooral nu er in de
nabije toekomst meer ouderen bijkomen met meerdere chronische ziekten
tegelijk.
Download het totale RIVM/NIVEL rapport Ketenzorg bij chronisch zieken
2003 (3952Kb)
Bestel het RIVM/NIVEL rapport Ketenzorg bij chronisch zieken 2003
Laatste update door: R.D. Friele, op 20 februari 2004
Palliatieve zorg
Dossier palliatieve zorg
Schematische weergave van het griep-virus
Landelijk Informatienetwerk Huisartsenzorg Databank Zorgvernieuwing
European Association for Communication in Health Care European
Influenza Surveillance Scheme
Panel verpleegkundigen en verzorgenden European Association of Public
Health
Nationaal Kompas Volksgezondheid
NIVEL, Postbus 1568, 3500BN Utrecht, Tel. 030 2729700, Fax. 030 2729
729, email: nivel@nivel.nl