ChristenUnie
Bijdrage debat terugkeerbeleid Maandag 9 Februari 2004 - 14:32
Alleen uitgesproken tekst geldt
Tineke Huizinga-Heringa: Bij het debat over de eenmalige regeling
heeft de fractie van de ChristenUnie de minister grote
maatschappelijke commotie voorspeld. Die voorspelling blijkt terecht.
De regeling heeft de discussie niet afgestoten, zoals de bedoeling van
de minister was, maar het maatschappelijk debat over een humanitair
pardon juist in alle hevigheid doen oplaaien.
Want juist die mensen die al jaren in Nederland zijn, ingeburgerd zijn
in onze maatschappij, verhollandste kinderen hebben, juist die mensen
vallen niet onder de regeling. En maar 220 van de 9800 aangemelde
gevallen heeft de minister als schrijnend genoeg beoordeeld om in
aanmerking te komen voor een verblijfsvergunning. Onbegrijpelijk!
De eenmalige regeling geldt voor 2200 mensen van wie de asielprocedure
nog niet is afgelopen. Zij zijn nog in procedure, de rechter heeft nog
geen uitspraak gedaan. Deze regeling mag de naam `pardon' niet dragen.
Het zou een pardon zijn wanneer de minister ook tegen uitgeprocedeerde
asielzoekers zou zeggen: u heeft geen recht op asiel op grond van het
vluchtverhaal, zoals de rechter u al heeft laten weten. Maar omdat u
al zo lang in Nederland bent en wij daar als zwalkende en traag
werkende overheid medeschuldig aan zijn, krijgt u toch een
verblijfsvergunning. Veel oude gevallen zijn op de plank blijven
liggen om van de nieuwe vreemdetirigenwet een succes te maken.
Misschien is zo langzamerhand zelfs wel sprake van een humanitair
recht van de afgewezen vreemdeling.
Ongelofelijk veel mensen en organisaties hebben het kabinet opgeroepen
om met een ruimer echt pardon te komen. Op initiatief van ChristenUnie
en GroenIinks is een brief uitgegaan om in ieder geval voor gezinnen
met kinderen een uitzondering te maken. Die brief is ondertekend door
een aantal mensen van naam.
Zo'n genereus pardon zou niet in strijd zijn met de rechtspraak, niet
in strijd met democratische beginselen en vooral niet in strijd met
het gezonde verstand. In de Nederlandse situatie van dit moment zou
een ruim pardon het sluitstuk zijn van een rechtvaardig en barmhartig
asielbeleid.
Het zou het kabinet sieren wanneer zij door een aanzienlijke
verruiming van de regeling zou laten blijken niet doof en blind te
zijn voor geluiden van emstige verontrusting uit de samenleving.
Dan nu de notities. De minister pakt een rotte plek in het Nederlandse
asielbeleid aan: het op straat zetten van afgewezen asielzoekers.
Daarvoor heeft zij een terugkeernotitie opgesteld. Los van de vraag
hoe wij deze notitie beoordelen, vind ik het te prijzen dat de
minister dit probleem aanpakt. Hiermee komt zij tegemoet aan de
moeilijke situatie van veel dakloze vreemdelingen in ons tand en aan
de moeilijke situatie van gemeenten die worden geconfronteerd met hete
gezinnen die op straat staan.
Tegelijkertijd stelt de notitie mij teleur. Er worden geen nieuwe
maatregelen genoemd voor een effectief terugkeerbeleid, alles wat de
minister voorstelt, is al eens gedaan. Waarom zou haar
terugkeerbeleict nu wel werken, terwijl het in het verleden niets
opleverde?
Er zijn wat mij betreft nog een aantal vragen. Die vragen wil ik u
stellen aan de hand van een voorval. Het gaat om de familie Weng die
terug moet naar China. Meneer Weng had een laissez passer,
reispapieren, maar zijn vrouw, die in samenwerking met het IOM
vrijwillig naar de ambassade is gegaan, heeft geen reispapieren
gekregen omdat zij, volgens de ambassade, tegenstrijdige gegevens had
ingevuld.
Daarop is op dinsdag 27 januari meneer Weng gedwongen uitgezet,
terwijl zijn vrouw en twee van zijn kinderen in Nederland achter zijn
gebleven. Zijn vrouw zegt te goeder trouw te zijn, zij noch haar
advocaat weten waaruit de tegenstrijdigheid bestaat.
Meneer Weng is bij aankomst in China door de autoriteiten verhoord en
mishandeld. Na het betalen van een boete van omgerekend E 2000,- mocht
hij met familie mee. Inmiddels heeft hij zich nog een aantal malen
moeten melden en heeft hij van autoriteiten te horen gekregen dat hij
niet als een normale burger beschouwd zal worden. Dat is wat hij zijn
vrouw verteld heeft met wie hij regelmatig telefonisch contact heeft.
Dit voorval leidt voor mij tot twee vragen. U herinnert zich dat ik
enkele weken geleden mondelinge vragen gesteld heb over het gescheiden
uitzetten van gezinnen. Uit uw antwoord bleek dat het beleid is om
gezinnen niet gescheiden uit te zetten. Aanleiding toen was de
situatie van de familie Sediqi. Waarom komt het toch voor dat gezinnen
gescheiden worden uitgezet, tegenstrijdig aan het kabinetsbeleid. Ik
heb van meer gevallen gehoord, waarbij gezinnen worden uitgezet. Kan
de minister een verklaring geven voor dit verschil tussen beleid en
praktijk?
Tweede vraag. Waarom besteedt de minister in haar notitie geen enkele
aandacht aan monitoring van teruggekeerde asielzoekers? De ontvangst
die deze man ten deel is gevallen, is niet bepaald hartelijk te
noemen. Zal hij erin slagen weer een leven op te bouwen of zal hij
door zijn overheid continu worden tegengewerkt of zelfs nog erger?
Ik wil er daarom bij de minister op aandringen om met behulp van het
IOM en non gouvernementele organisaties een systeem van monitoring op
te zetten. Werkelijke kennis van de gang van zaken bij terugkeer van
een afgewezen asielzoeker zal een waardevolle hulp zijn voor een goed
terugkeerbeleid in de toekomst.
Het is de bedoeling van de minister dat slechts bij hoge uitzondering
vreemdelingen op straat terecht komen. Toch is het vraag of zij daarin
zal slagen. Er blijven immers groepen mensen die legaal in Nederland
verblijven maar geen recht hebben op opvang. De afgewezen asielzoeker
die zegt buiten zijn schuld niet terug te kunnen naar het land van
herkomst en daarom een verblijfsvergunning vraagt, zal dat in een
reguliere procedure moeten aantonen. Gedurende de looptijd van die
procedure heeft hij tot nu toe geen recht op opvang, waar verblijft
hij gedurende die tijd?
Afgewezen asielzoekers die een verblijfsvergunning vragen op medische
gronden hebben geen recht op opvang, deze groep verblijft nu veelal in
noodopvang en zal dat blijven doen. Tenzij de minister hen ook recht
op opvang wil geven gedurende de looptijd van hun reguliere procedure.
Hoe wil de minister met deze mensen omgaan? Wat de ChristenUnie
betreft zal de minister afgewezen asielzoekers die geen reispapieren
naar hun land van herkomst hebben en van wie vaststaat dat zij alles
hebben gedaan wat redeljkerwijze van hen verwacht mag worden om aan
die uitreis papieren te komen, een verblijfsvergunning moeten
verlenen. Gedurende deze procedure zal de vreemdeling opvang moeten
worden geboden.
Net sprak ik over de eenmalige regeling en de schrijnende gevallen.
Het voorstel van D66 gedaan bij monde van Boris Dittrich om via een
adviegroep bij uitzetting te bekijken of er zich humanitaire is bil
ons in goede aarde gevallen. Het lijkt mij uitstekend nog eens de
stofkam te halen door al die gevallen die etc.
De ChristenUnie is voorstander van een helder en barmhartig
asielbeleid. Helder. Dat betekent voor ons zorgvuIdige procedures die
binnen een redelijke termijn duidelijkheid bieden aan de asielzoeker
of hij kans maakt om te blijven of niet. Wie niet mag blijven moet
vertrekken. Desnoods gedwongen.
Barmhartig: wie niet kan vertrekken mag blijven.
---