Het weer nader verklaard
Storm op jubileumdag KNMI
(links/ actueel weeroverzicht ) Het KNMI kreeg voor zijn 150e verjaardag
tientallen millimeters regen een heuse storm "cadeau". De
stormwaarschuwingstaak van het KNMI, die Buys Ballot al al introduceerde,
kwam goed van pas. Zaterdagochtend om 11u35 ging een waarschuwing uit voor
storm, in de loop van de middag werd daar een waarschuwing voor zware
windstoten aan toegevoegd. In de loop van de avond waarschuwde het KNMI voor
zeer zware windstoten en tussen 22u35 en 1u45 gold zelfs een Weeralarm voor
zeer zware windstoten op grotere schaal. Op verschillende plaatsen zijn zeer
zware windstoten gemeten van meer 100 km/uur. Valkenburg noteerde volgens
voorlopige meetgegevens de grootste windsnelheid met een vlaag van 119
km/uur. Zelfs in Ell in midden Limburg schoot de windmeter uit tot 108
km/uur. (kaartjes windstoten / neerslagkaartjes)
Storm, of windkracht 9 op de schaal van Beaufort, betekent dat de wind
gemiddeld over 10 minuten een snelheid bereikt van minstens 75 km/u. Haalt
de wind gemiddeld over 10 minuten een snelheid van zeker 90 km/u dan wordt
gesproken van zware storm, kracht 10, terwijl een gemiddelde snelheid van
103 km/u staat voor zeer zware storm, windkracht 11. Tijdens windstoten
liggen de snelheden bij een storm in het algemeen enkele tientallen km/u
hoger. Windstoten duren echter kort en kunnen daarom niet worden benoemd
volgens de schaal van Beaufort, die uitgaat van gemiddelde windsnelheden.
Op internet vindt u de extra waarschuwingen voor wind, storm en windstoten.
Bij windkracht 10 of meer geeft het KNMI een weeralarm uit, zo mogelijk
voorafgegaan door een voorwaarschuwing. Als de wind bovendien vlagerig is
wordt aparte waarschuwing gegeven voor zware windstoten (meer dan 75 km/u)
of een weeralarm voor zeer zware windstoten (meer dan 100 km/u). Sterke
noordwesterstormen, die lang duren, hebben duidelijk effect op de
waterstanden en kunnen langs de kust een stormvloed veroorzaken, een sterke
verhoging van de zeespiegel.
Storm kan in ons land het hele jaar door voorkomen, maar de kans op een
flinke storm die geruime tijd woedt is het grootst in de periode oktober tot
en met maart. De temperatuurverschillen tussen het noordelijke en zuidelijke
deel van het Noordelijk Halfrond zijn dan het grootst, waardoor ook de
luchtdrukverschillen groot zijn en actieve depressies ontstaan. Wanneer de
atmosfeer eenmaal onrustig is kan met een krachtige westelijke luchtstroom
op 9 tot 10 kilometer hoogte in de atmosfeer (straalstroom) de ene
stormdepressie na de andere ons land bereiken. Het kan dan soms twee weken
achtereen herhaaldelijk tot stormachtig weer komen.
Hoe zwaar een storm wordt is niet zozeer afhankelijk van de luchtdruk die de
depressie in zijn centrum bereikt, maar wordt bepaald door de grootte van de
luchtdrukverschillen in zijn omgeving. Een lage barometerstand zal daarom
niet altijd leiden tot storm, maar bij een snelle verandering van de druk
neemt de wind meestal wel flink toe. Het gebied met de grootste
luchtdrukverschillen en de krachtigste wind ligt meestal ten zuidwesten of
westen van de stormdepressie. De zwaarste stormen, in ons land, meestal uit
richtingen tussen zuidwest en noordwest, worden dan ook veroorzaakt door
depressies die over de Noordzee koersen. Trekt de kern van de depressie
juist ten zuiden van ons land langs dan passeert het windveld ook ten zuiden
en blijft de zuidwesterstorm in Nederland uit. Door een kleine
koersverandering van de depressie kan de storm ons land of een gedeelte
daarvan op het laatste moment missen. Een dergelijke wijziging of een
toename van de storm worden vaak pas op het laatste moment duidelijk. De
meteorologen volgen de ontwikkelingen op de voet en past de
weersverwachtingen aan als daar aanleiding toe is.
Storm in het weer nader verklaard
Index het weer nader verklaard
Laatste wijziging: 1 februari 2004
Harry Geurts, PR & Voorlichting KNMI
Copyright © KNMI
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut