Handel in e-mailadressen onmogelijk gemaakt
Als gevolg van de aanscherping van de nieuwe Telecommunicatiewet is de
handel in e-mailadressen verder bemoeilijkt. Alleen bedrijven die
toestemming hebben van de eigenaar van een e-mailadres, mogen deze
benaderen met reclame. De opstellers van de gedragscode voor
e-mailmarketing hebben nog geen consensus bereikt over de definitie
van het begrip toestemming.
De Tweede Kamer bepaalde eerder al, dat het nu nog geldende principe
van opt-out voor e-mailreclame in Nederland zal worden omgezet in een
opt-in-systeem. De omzetting vindt plaats op grond van een Europese
richtlijn. Deze richtlijn is nu in de nieuwe Telecommunicatiewet
opgenomen.
Daarbij was onduidelijk wie de bewijsplicht heeft om aan te tonen dat
er sprake is van een opt-in-adres. Die vraag is relevant voor partijen
die handelen in e-mailadressen. Als pas aan het toestemmingsvereiste
is voldaan, de toestemming is afgegeven aan het bedrijf waaraan het
e-mailadres is verstrekt, zou dit het einde van de handel in
e-mailadressen betekenen.
PvdA-Kamerlid M. van Dam vroeg minister Brinkhorst van Economische
Zaken hierover duidelijkheid te verstrekken. De minister liet in zijn
antwoord weinig ruimte voor twijfel: de toestemming dient verleend te
zijn aan de verzender van de e-mailreclame. Deze mag het adres dus
niet zomaar doorverkopen (verhuren).
De wederverkoopkwestie leidde tot grote onenigheid binnen het overleg
over een gedragscode voor e-mailmarketing. DM-organisatie DDMA,
Thuiswinkel.org (verkoop op afstand), de Consumentenbond, NLIP
(providers) en EMMA-nl (e-mailmarketeers) hebben daarin zitting. De
DDMA wil wederverkoop wel mogelijk maken en raakte daarover in
conflict met de andere partijen. Daarom stapte de DDMA uit het
overleg, maar keerde later toch weer terug aan de
onderhandelingstafel.
De Kamer heeft inmiddels ingestemd met een amendement van Van Dam,
waarin wordt bepaald dat het bedrijf dat reclame verstuurt naar een
e-mailadres moet aantonen, dat het daarvoor de toestemming heeft van
de eigenaar van het e-mailadres. Een bedrijf dat adressen huurt van
een ander bedrijf mag daardoor niet meer mailen naar de gehuurde
opt-in-adressen.
Er is met de nieuwe regels echter nog wel ruimte voor interpretatie.
Duidelijk is dat een bedrijf toestemming nodig heeft om te mailen,
maar bij het verzamelen van opt-in-adressen kan de vraag worden
gesteld, of de internetter de keuze moet worden gelaten om aan te
geven van welke bedrijven hij e-mailreclame wil ontvangen, of dat de
omschrijving van een branche voldoende is.
Tijdens de eerder dit jaar gehouden Tweede Nationale E-mailmarketing
Conferentie is de verwachting reeds uitgesproken, dat de genoemde
onduidelijkheden en interpretatiemogelijkheid zullen leiden tot
rechtszaken.
Nederlands Uitgeversverbond