Ministerie van Defensie
---
Brieven aan de Kamer
---
Het project "Future Ground Based Air Defence System"(FGBADS)
05-12-2003
Naar aanleiding van het op 25 november jl. gehouden Algemeen Overleg
stuur ik u hierbij een brief met aanvullende informatie over het
project Future Ground Based Air Defence System (FGBADS).
DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE,
Inleiding
Het project Future Ground Based Air Defence System (FGBADS) vormt een
belangrijke stap in de modernisering van de luchtverdedigingsmiddelen
van Defensie zoals ook vermeld in de Prinsjesdagbrief. Over de
resultaten van de voorstudie-/studiefase van dit project bent u 19
september jongstleden geïnformeerd met een B/C-brief. De antwoorden op
vragen over deze brief zijn u op 11 november toegezonden. Het project
is daarna met u besproken in het Algemeen Overleg van 25 november. De
in dit overleg gestelde vragen zijn voor mij aanleiding u aanvullend
over dit project te informeren.
Prinsjesdagbrief
In de Prinsjesdagbrief heb ik het streven naar een moderne,
doeltreffende maar ook doelmatige luchtverdediging als voorbeeld
gesteld voor de richting waarin het moderne militaire optreden zich in
de toekomst gaat ontwikkelen. De moderne luchtverdediging moet een
toegewezen luchtruim kunnen verdedigen zonder dat daar zwakke plekken
in zitten. Hiertoe moeten vliegtuigen, de beoogde grondgebonden
luchtverdedigingsmiddelen Patriot, Shorad en Stinger en - in
voorkomend geval - ook de maritieme luchtverdediging (LCF), nauw met
elkaar samenwerken, elk met een eigen en onmisbare complementaire rol
(gelaagde luchtverdediging). Een belangrijke stap in de modernisering
van de grondgebonden luchtverdediging vormt de introductie van het
vuurleidings- en commandovoeringssysteem, Battlefield, Command,
Control, Communications, Computerisation and Information (BMC4I).
BMC4I
Het modulair opgebouwde BMC4I-systeem beoogt - in joint en combined
verband - de geïntegreerde opbouw van het luchtbeeld en nauw
gecoördineerde aansturing en inzet van de Shorad- en Stingersystemen.
Daarbij voorziet het BMC4I-systeem direct in een koppeling met onder
andere het Patriot-systeem, gericht op de uitwisseling van informatie
zoals de gezamenlijke opbouw van een luchtbeeld. In een latere fase is
een verdergaande integratie van beide systemen voorzien. Het
BMC4I-systeem bestaat uit radarsystemen voor de luchtbeeldopbouw, een
datacommunicatienetwerk, apparatuur voor commandovoering, alsmede
apparatuur voor de externe informatie-uitwisseling en de aansturing
van Shorad en Stinger. De gecontroleerde inzet komt tot stand doordat
sensoren (radars) van het BMC4I-systeem een real time luchtbeeld
opbouwen dat wordt uitgewisseld met externe bronnen, voor
jachtvliegtuigen en AWACS via de datalink link-16 en voor de Patriot
via diverse dataverbindingen (o.a. link-11B en link-16). Via een
internationaal afgesproken interface (Low Level Air Picture interface
) wordt informatie-uitwisseling mogelijk met de
luchtverdedigingssystemen van andere landen. Hierdoor ontstaat in het
operatieterrein één geïntegreerd, gedeeld ´recognised air picture´.
Op basis van het geïntegreerde luchtbeeld is het BMC4I-systeem in
staat een luchtdreiging tijdig te onderkennen en een effectieve en
efficiënte inzet van Shorad- en Vshorad-systemen, waaronder de
Stinger, mogelijk te maken. Bovendien kan het BMC4I-systeem ook
(V)Shorad-systemen van partnerlanden aansturen.
Internationale samenwerking
Ter versterking van de Europese grondgebonden
luchtverdedigingscapaciteit hebben Duitsland, Frankrijk, Italië,
Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en Nederland besloten een
gemeenschappelijk grondgebonden luchtverdedigingssysteem te
ontwikkelen en operationeel te stellen. Het BMC4I-systeem vormt
daarbij de kern van de Nederlandse bijdrage. Hiertoe is op 26 augustus
2003 tussen de landen een Memorandum of Understanding gesloten.
Vanuit Noorwegen bestaat grote belangstelling om nauw samen te werken
met Nederland op het gebied van de grondgebonden luchtverdediging. In
het kader hiervan hebben Nederland en Noorwegen het voornemen om de
integratie van het Noorse Shorad-wapensysteem Nasams II in het
BMC4I-systeem van FGBADS als eerste in te brengen. Hiermee
onderstrepen beide landen het belang van een goede samenwerking en
integratie op het gebied van luchtverdediging.
Uit deze internationale samenwerking blijkt dat door de modulaire
opbouw en de bovengenoemde kwaliteiten het BMC4I-systeem van het
project FGBADS vooruitloopt op de bestaande Europese systemen en
Navo-systemen. Zo blijkt het Noorse commandovoeringssysteem Ground
Based Air Defence Operating Center niet geschikt voor het zogenaamde
Network Centric Warfare. Omdat het bovendien een semi-statisch systeem
is, is het niet inzetbaar voor het moderne, expeditionair optreden.
Fasering
Het project FGBADS is om budgettaire redenen in twee delen gesplitst,
een BMC4I-deel en een tweede deel, de verwerving van het
Shorad-wapensysteem. Deel één, de BMC4I-component, wordt in twee fasen
verworven. De eerste fase voorziet vanaf 2005 in een beperkte
(initiële) operationele capaciteit die het mogelijk maakt Shorad- en
Stingersystemen gecontroleerd in te zetten en die middels diverse
dataverbindingen een koppeling met de Patriot realiseert ten behoeve
van de informatie-uitwisseling. Het taakstellende budget voor deze
fase bedraagt 51,7 miljoen (inclusief BTW, prijspeil 2003). Hiermee
wordt het mogelijk een bijdrage te leveren aan joint en combined
luchtverdedigingsoperaties gericht op de beveiliging van de inzet van
het High Readiness Forces Headquarters of enkele bataljons. Zoals
gesteld in de B/C-brief van 19 september, ben ik voornemens de
verwervingsvoorbereiding van deze fase aan de Bevelhebber der
Landstrijdkrachten te mandateren.
De tweede fase van het BMC4I-deel voorziet in de vergroting van de op
dat moment aanwezige initiële BMC4I-middelen tot een volledige
operationele capaciteit. In deze fase zal de verdere integratie met de
Patriot worden gerealiseerd, waardoor - naast de opbouw van een
geïntegreerd luchtbeeld - een geïntegreerde commandovoering mogelijk
wordt. Hiermee wordt het mogelijk een volledige joint en combined
samenwerking (brigadegrootte) door te voeren en gelijktijdig op twee
geografisch gescheiden locaties op te kunnen treden. Het budget voor
deze tweede fase bedraagt 99 miljoen (inclusief BTW, prijspeil 2003).
Deel twee van het project FGBADS betreft de verwerving van de Shorad
geleide wapensystemen. Voor dit deel van het project is vooralsnog
geen budget in de Defensieplannen opgenomen omdat in de behoefte van
de Shorad geleide wapencomponent door middel van de beoogde ruil van
overtollig materieel met Noorwegen wordt voorzien. Hierdoor wordt het
mogelijk vanaf 2005 de Nasams II lanceereenheid geïntegreerd in te
zetten en aan te sturen met het BMC4I-systeem.
Voortzetting van het project
Zoals ik u reeds in mijn B/C-brief van 19 september jl. heb gemeld,
ben ik voornemens het vervolg van de eerste fase van deel één, zijnde
de initiële BMC4I-capaciteit met een taakstellend budget van 51,7
miljoen, aan de Bevelhebber der Landstrijdkrachten te mandateren.
Zowel in deze fase als de fase twee van het BMC4I-deel zal
nadrukkelijk aandacht worden besteed aan de (inter)nationale
samenwerkingsmogelijkheden op het gebied van de luchtverdediging.
De realisatie van de eerste fase van het project leidt niet tot
verplichtingen of een vermindering van de keuzevrijheid voor de tweede
fase of deel twee van het project. Over de benodigde aantallen voor de
vervolgfase en over deel twee van het project wordt u afzonderlijk
geïnformeerd.
Nieuws