NEDERLANDS POLITIE INSTITUUT
NPI: reactie politie op rapport Algemene Rekenkamer over ICT
De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties kan de sturing op de gezamenlijke informatiehuishouding van de Nederlandse politie vergroten door in te gaan op het aanbod van het Korpsbeheerdersberaad (Kbb) de ICT-aanbodorganisatie (ISC) onder zijn verantwoordelijkheid te nemen. Daarnaast kan de minister voor korpsen die geen uitvoering geven aan ICT-besluiten, op grond van de Politiewet gebruik maken van zijn aanwijzingsbevoegdheid en dwingen de besluiten uit te voeren. Op die manier kan het werken op concernniveau bij de politie worden verbeterd.
Deze aanbevelingen doet het Korpsbeheerdersberaad (Kbb) in reactie op het onderzoek van de Algemene Rekenkamer (AR) naar de ICT bij de politie. Het Kbb is verheugd met de constatering van de AR dat er in de afgelopen periode zichtbare verbeteringen hebben plaatsgevonden. Desondanks is het Kbb zich ervan bewust dat in de komende tijd het ingezette beleid met daadkracht en doorzettingsvermogen moet worden voortgezet.
Het Kbb herkent dat de bestuurlijke complexiteit rondom het onderwerp ICT bij de politie, waarover de AR in het rapport spreekt. Het Kbb wijst in dat verband op het ontbreken van een publiekrechtelijke mogelijkheid om bovenregionale samenwerking bij de politie te organiseren. Daarom moest in het verleden gekozen worden voor een ingewikkelde coöperatieve structuur van CIP en ISC. Het Kbb vindt deze werkvorm ongewenst en ondersteunt de minister in zijn voornemen om de Politiewet te wijzigen, zodat een bovenregionale samenwerkingsvoorziening mogelijk wordt.
In het rapport van de AR wordt de stelling onderschreven dat het inzichtelijk maken van de kosten voor ICT bij de politie zeer lastig is. Het Kbb acht het verstandig dat de aanbod- en vraagorganisatie aangestuurd worden op basis van vooraf vastgestelde normbedragen. Binnen die financiële kaders moet gekwalificeerd aanbod van ICT-voorzieningen worden ontwikkeld dat past bij de vraag van de politieregio's.
04 dec 03 12:30