HBO-Raad


verschenen op: 04-12-2003

Aanbod hogescholen aan kabinet en Innovatieplatform

Tweeduizend extra afgestudeerde technici in het hbo

In 2007 moet het aantal afgestudeerden in het hoger technisch onderwijs met circa 2.000 zijn toegenomen ten opzichte van 2002. In datzelfde jaar moet ook het aantal eerstejaars met vijf procent zijn gestegen. Daarnaast willen hogescholen de ondernemerszin van studenten verhogen, waardoor er meer technostarters komen. Deze ambities, waar per hogeschool afspraken over gemaakt kunnen worden, formuleren de hogescholen in het vandaag gepubliceerde sectorplan bèta-techniek. De hogescholen willen met het sectorplan een bijdrage leveren aan de bestrijding van het tekort aan bèta-technici in ons land. Om de plannen te kunnen realiseren is tussen 2004 en 2007 in totaal zestig miljoen euro nodig en daarna 36 miljoen per jaar.

In het Hoofdlijnenakkoord van het tweede kabinet Balkenende worden doelstellingen geformuleerd over de verhoging van het aantal afgestudeerde bètas en technici met zeven procent in 2007 (en vijftien procent in 2010), een toename van het aantal vrouwelijke studenten (vijftien procent) en een versterking van het klimaat voor startende ondernemers in de technologische sector. Het kabinet komt daarom met een nota Kenniswerkers Techniek. De ambities van de grootste technische sector in het hoger onderwijs, met 75% van de afgestudeerden, zijn erop gericht om aan de realisering van deze doelstellingen bij te dragen. De hogescholen willen dat er meer ondernemende en innovatieve bètas en technici (incl. het agrarisch onderwijs) op hbo-niveau komen. Om dit te bereiken is: een verhoging van het aantal afgestudeerden nodig, wat mogelijk is als het slagingspercentage (het rendement) stijgt, zonder dat de kwaliteit daar onder leidt;
een groter aantal eerstejaars studenten noodzakelijk; een toename van afgestudeerden die een technisch beroep gaan uitoefenen en meer studenten die een eigen bedrijf starten of overnemen van belang.
De hogescholen willen een groot aantal activiteiten ondernemen ter verwezenlijking van deze ambities.

Een hoger rendement en meer eerstejaars studenten Om in 2007 het aantal afgestudeerden met tweeduizend (of vijftien procent) te laten groeien ten opzichte van 2002 is het noodzakelijk dat het slagingspercentage van ongeveer 55 procent nu stijgt naar 65 procent in 2007. Om dit te realiseren is het noodzakelijk om: de leeromgeving aantrekkelijker te maken en de (studie)loopbaan van de individuele student centraal te zetten; studenten individueler en intensiever te begeleiden en te coachen;
de inhoudelijke aansluiting tussen zowel het algemeen voortgezet onderwijs als het mbo en het hbo te verbeteren.

De verhoging van de instroom is een zaak van lange adem. Een geïntegreerde aanpak is nodig, die onder meer bestaat uit een aantrekkelijker leeromgeving en innovaties op de snijvlakken van disciplines, zoals techniek en economie of techniek en gezondheidszorg. De onderwijsarrangementen met voortgezet onderwijs en mbo in de regio zullen worden uitgevoerd evenals de vergroting van de instroommogelijkheden voor migranten, zij-instromers, werkenden en buitenlandse studenten.

Meer ondernemerszin
In stages, afstudeer- en onderzoeksopdrachten en duale trajecten moet de ondernemerszin van techniekstudenten vergroot worden. Dit is mogelijk doordat concrete innovatievragen centraal komen te staan. Speciale kennismakelaars bij hogescholen moeten worden aangesteld die de activiteiten in het kader van de ondernemerszin gaan organiseren.

De kosten
Voor de realisering van deze ambities zijn extra middelen nodig. Met name het zorgdragen voor meer individueel onderwijs, het intensiveren van begeleiding en coaching, het aanstellen van kennismakelaars en het verkorten van leerroutes zijn verantwoordelijk voor een groot deel van de kosten. Deze maatregelen vereisen een kleinere groepsgrootte en meer personeel. Bovendien worden vijftig kennismakelaars aangesteld. Al met al is voor de verwezenlijking van de ambities voor de periode 2004-2007 een bedrag van in totaal zestig miljoen euro nodig en na 2007 een structurele investering van 36 miljoen euro per jaar. Dit komt neer op een verhoging van de rijksbijdrage voor elke student met 10%.
Terug terug