Gemeente Dordrecht
---
Voorlopig akkoord met aanpassing woonruimteverdeling
Vincent Brinkhof
Woningverhuurder Stichting Woondrecht liet rond de zomer weten uit het
regionale woonruimteverdeelsysteem te willen stappen en haar woningen
via een eigen model, het zogenaamde POL-model- te gaan aanbieden.
Hiervoor is nodig dat het college van Burgemeester en Wethouders een
nieuwe overeenkomst sluit met Woondrecht. Het college van B&W betreurt
het zeer dat de gezamenlijke corporaties, verenigd in de Stichting
Woonwens, er niet in geslaagd zijn om gezamenlijk met één nieuw
systeem te komen. B&W is vooralsnog voor de duur van één jaar akkoord
met het voorstel van Woondrecht, maar stelt wel een aantal
voorwaarden.
Nu Woondrecht haar eigen weg kiest, krijgen woningzoekenden in de
Drechtsteden vanaf 1 januari 2004 te maken met twee manieren van
woonruimteverdeling: die van Woondrecht en die van Stichting Woonwens,
waarin de andere corporaties uit de Drechtsteden hun aanbod verenigd
hebben.
Om het desondanks voor woningzoekenden zo helder mogelijk te houden,
stelt B&W de volgende voorwaarden: Woondrecht moet zorgdragen voor
goede voorlichting aan woningzoekenden in de Drechtsteden. De
regionale urgentieregeling en de klachtenregeling blijven van kracht.
Het college is benieuwd of het POL-systeem zoals beoogd inderdaad een
bijdrage levert aan de leefbaarheid in wijken en wil hierover graag
geïnformeerd worden.
De gemeente Dordrecht heeft -net als Alblasserdam,
Hendrik-Ido-Ambacht, Papendrecht, Sliedrecht en Zwijndrecht- bij
overeenkomst van november 1999 de uitvoering van de
woonruimteverdeling `uitbesteed' aan de corporaties, waaronder
Woondrecht. Deze corporaties hebben zich verenigd in de Stichting
Woonwens, die voor de corporaties in de regio Drechtsteden de
woonruimte verdeelt via het `aanbodmodel'.
Uiterlijk 1 juli 2004 introduceert Woonwens een rechtvaardiger
verdeelsysteem huurwoningen, waarin naast woonduur ook inschrijfduur
gaat meetellen bij de verdeling van vrijkomende huurwoningen in de
Drechtsteden. Aanleiding is onvrede onder de woningzoekenden over het
huidige criterium woonduur. Dit model wordt ontwikkeld in nauw overleg
met huurdersraden, het woonconsumentenplatform Drechtsteden en de
overige corporaties.
Het nieuwe systeem wordt over enige tijd aan de colleges van de
Drechtsteden ter besluitvorming voorgelegd.