Persmededeling van CD&V
2 december 2003
FUNCTIEWIJZIGING ZONEVREEMD GEBOUW NIET ZO
EENVOUDIG ALS HET LIJKT
In mei kondigde Vlaamse regering aan dat ze een besluit had genomen tot
bepaling van toelaatbare functiewijzigingen voor gebouwen gelegen buiten de
geëigende bestemmingszone. Er werden hierover persmededelingen verspreid. Dit
besluit was gebaseerd op een artikel van een CD&V-voorstel, dat toen de steun
van de meerderheid niet genoot. In dit CD&V-voorstel werd in de toelichting
uitvoerig ingegaan op de verweving in het buitengebied. Het is deze discussie
die aan de orde is in het besluit van de Vlaamse regering. Sinds de belofte
van de minister van de maand mei kwamen er aanhoudend vragen over de
toepassing van de aangekondigde maatregelen.
Blijkbaar heeft de Vlaamse regering nu het besluit definitief goedgekeurd.
Via opgewarmde persberichten werden de voorstellen van de maand mei tijdens
het voorbije weekend nog eens als nieuwe initiatieven verkocht.
Het heet dat eigenaars van een zonevreemd gebouw met een 'simpele'
bouwvergunning de bestemming van hun gebouwen kunnen wijzigen.
Naast het feit dat de meerderheid in november pas met terugwerkende kracht
tot 1984 strafsancties heeft goedgekeurd voor onvergunde functiewijzigingen,
wordt nu gedaan alsof alles 'simpelweg' mogelijk wordt.
Uitvoering minder eenvoudig dan aankondiging
Gerald Kindermans: "Volgens onze informatie kan de functiewijziging enkel als
het gebouw niet meer geschikt is voor de vergunde functie, maar bouwfysisch
wel geschikt is voor de nieuwe. Bouwfysisch geschikt betekent hier dat geen
'uit financieel en bouwtechnisch oogpunt ingrijpende werken' zijn uitgevoerd
gedurende een periode van 2 jaar voor de aanvraag, ook niet worden uitgevoerd
voor de nieuwe functie en gedurende een periode van tien jaar na de wijziging
van gebruik. De functiewijzigingen kunnen enkel worden toegestaan op
voorwaarde dat de goede ruimtelijke ordening niet wordt geschaad."
Vraag om uitleg
In een vraag om uitleg aan minister Van Mechelen worden door Vlaams
volksvertegenwoordiger Gerald Kindermans volgende vragen gesteld :
1. Werden er aanpassingen aangebracht aan het besluit na het advies van de
Raad van State, en zo ja, welke?
2. In welke mate doorkruist het nieuwe besluit het structuurplanningsproces
dat lopende is?
3. welke zijn de criteria op basis waarvan de administratie ruimtelijke
ordening de vergunningsaanvragen op grond van dit besluit dient te
beoordelen?
4. Hoe kan een zonevreemd bedrijf in een industriegebied een winkel of
horecazaak worden zonder dat er verbouwingen nodig zijn?
5. Hoe kan een dagverblijf voor autistische kinderen in een leegstaande
boerderij ingericht worden zonder ingrijpende verbouwingen?
6. Moet het advies van de afdeling Land of de afdeling Natuur gevraagd
worden voor de aangevraagde functiewijzigingen?
7. Wat gebeurt er bij milieuvergunningsplichtige aanvragen tot
functiewijzigingen?
8. Wanneer schaadt de nieuwe functie de goede ruimtelijke ordening?
9. Kunnen zonevreemde sport- en recreatievoorzieningen geregulariseerd
worden op basis van dit nieuw besluit?
Weerom wordt in de media een goed nieuws-show verkocht, maar de door Karel De
Gucht zo gehate ambtenaren, zullen weer 'carte blanche' krijgen door dit
besluit van de Vlaamse regering. Van de veel geprezen rechtszekerheid zal
opnieuw niets in huis komen.
Gerald Kindermans
Vlaams volksvertegenwoordiger
© CD&V - Wetstraat 89 - 1040 Brussel