Centrale Raad van Beroep Utrecht
Verzekeringsplicht ten aanzien van taxichauffeurs
Bron: Centrale Raad van Beroep Utrecht
Datum actualiteit: 19-11-2003
De Raad is van oordeel dat de arbeidsverhouding tussen appellanten en
de betrokken taxichauffeurs dient te worden gekwalificeerd als een
privaatrechtelijke dienstbetrekking. In verband met de volstrekte
(economische) afhankelijkheid van de TCA-aansluiting van appellanten
is ten tijde in geding sprake van een gezagsrelatie tussen appellanten
en de taxichauffeurs. Ook werd voldaan aan de eis van de verplichting
tot persoonlijke dienstverrichting. Het belonen van de taxichauffeurs
onder een andere benaming dan loon betekent niet dat van het element
loonbetaling geen sprake is. Doorslaggevend is dat de taxichauffeurs
een reële tegenprestatie hebben ontvangen voor de door hen persoonlijk
verrichte werkzaamheden. Ten aanzien van een aantal vennoten van een
vennnotschap onder firma (v.o.f.) neemt de Raad aan dat ze werkzaam
zijn in dienstbetrekking. Enkele besluiten zijn gericht aan de v.o.f..
Het betoog dat de v.o.f. niet de werkgever kan zijn, wordt verworpen.
Ga naar betreffende uitspraak met nummer: AN7534
Zie het origineel
http://www.rechtspraak.nl/act...d=13736&i=52&ti=5