Ministerie van Defensie


---

Kamervragen en antwoorden
---

Vragen van het lid Van Velzen (SP) over mogelijk ondeugdelijk materiaal marinebrandweer

10-11-2003

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen van het lid Van Velzen van 3 oktober 2003 over mogelijk ondeugdelijk materiaal marinebrandweer. DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Vragen van het kamerlid Van Velzen (SP) van 3 oktober 2003 aan de staatssecretaris van Defensie over mogelijk ondeugdelijk materiaal marinebrandweer. (2030400850)

1. Kent u het artikel Korps marinebrandweer nauwelijks inzetbaar 1) ? Is het waar dat in september 2001 door de Commandant Maritieme Middelen in Den Helder werd geconcludeerd dat het materiaal van de marinebrandweer ernstige gebreken kent? Om welke gebreken gaat het precies? 2. Zijn genoemde gebreken inderdaad geconstateerd? Heeft u maatregelen getroffen om de gebreken te verhelpen? Zo ja, welke? Zo neen, waarom niet?

Ja, het betreffende artikel is mij bekend.

Bij het Korps marinebrandweer zijn geen gebreken geconstateerd. Integendeel, de organisatie werd in september 2001 door de afdeling evaluatie en effectiviteit van de Commandant der Zeemacht in Nederland juist bestempeld als een state-of-the-art brandweerorganisatie.

3. Wat is er waar van het bericht dat er nu, in 2003, nog steeds geen maatregelen zijn genomen en wat zijn daarvan de redenen? Is het waar dat persluchtapparaten volgend jaar vervangen worden? 2) Zo ja, waarom gebeurt dat pas in 2004 en niet onmiddellijk op basis van de gemelde gebreken? Zo neen, wanneer worden de problemen verholpen?

De huidige persluchtapparatuur voldoet aan alle veiligheids- en onderhoudseisen. De planmatige vervanging van de gebruikte persluchtapparatuur is voorzien in 2004.

4. Wat is de norm voor het uitvoeren van controles op de deugdelijkheid van het defensie brandweermaterieel in het algemeen en dat van het marine brandweermaterieel in het bijzonder? Hoe vaak worden deze controles uitgevoerd? De normen voor het uitvoeren van controles zijn beschreven in de algemene technische normen van de EG-richtlijn 89/391, de Arbowet, het Arbobesluit, het Besluit persoonlijke beschermingsmiddelen, de NEN-EN bladen 132 t/m 145, 148, 149, 250, 12201, 13105 en 13274, de P-bladen 112 deel 1 en 2 alsmede het ADR (Accord Européen relatif au transport international des marchandises dangereuses par route). Daarnaast worden de normen van specifieke onderhoudsregelgeving voor ademluchtapparatuur van brandweerkorpsen van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding (NVBR) gehanteerd.

De periodiciteit van controle varieert van na ieder gebruik voor de controle op goede werking en lekkage, via eens per jaar voor de beproeving van reduceer- en gelaatsmasker op testopstelling tot éénmaal in de vier jaar voor de inspectie van de hogedrukluchtflessen.

5. Indien er geen regelmatige controles worden uitgevoerd, wat is daar de reden van? Er is geen sprake van het niet houden van regelmatige controles.

6. Moet defensie streven naar het bieden van maximale veiligheid voor het personeel? Zo ja, bent u van mening dat u maximale veiligheid biedt en geboden heeft aan het marinebrandweerpersoneel? Ja. Defensie streeft voortdurend naar maximale veiligheid voor het personeel en voert een actief Arbobeleid inzake veiligheid. Het personeel van de marinebrandweer vormt hierop geen uitzondering.

1) Trivizier, Korps marinebrandweer nauwelijks inzetbaar, Uitgave VBM/NOV, oktober jl.

2) Helderse Courant, 2 mei jl. Onderzoek naar apparatuur van marinebrandweer.
---

Nieuws