Openbaar Ministerie

7 november 2003

Requisitoir mensensmokkelzaak Globetrotter

Het Openbaar Ministerie heeft vrijdag straffen van zes maanden tot vijf jaar geëist tegen twaalf mensen die worden verdacht van grootschalige mensensmokkel. De twaalf, elf mannen en een vrouw, zouden soms wel bijna honderd mensen per maand aan- en afgevoerd hebben.
Politie en Justitie kwam de groep op het spoor toen er in 2002 telkens op bedrijfsterreinen van veerdiensten in de regio Rotterdam illegale vreemdelingen in huiftrailers werden gevonden. Deze illegalen waren met name afkomstig uit China, en uit Sri Lanka en India. De gevonden illegalen verklaarden dat de organisatie van de transporten in handen was van ,,reisagenten'' en dat er voor een tocht naar Engeland veel geld betaald moest worden.
Omdat er nog een aantal andere overeenkomsten in de verklaringen zaten, concludeerden politie en Justitie dat er vermoedelijk een en dezelfde groep achter deze transporten zat.
De doorbraak kwam in september van 2002. Een groep illegale Chinezen die op een bedrijfsterrein was gevonden, verklaarde asiel aan te willen vragen en werd doorverwezen naar het aanmeldcentrum in Rijsbergen. Onopvallend werd de groep door de politie gevolgd, en die zag dat de Chinezen niet naar Rijsbergen gingen, maar naar het Centraal Station in Rotterdam. Daar werden ze opgepikt door een andere Chinees die ze naar een huis aan de Gordelweg bracht. Dat pand bleek een zogenoemd safehouse, de woning waar de illegalen moesten wachten tot er betaald was voor het volgende traject van hun reis.
Het pand werd langdurig geobserveerd en zo kwamen de verdachten die nu in Rotterdam voor de rechter staan -vaak letterlijk- in beeld. Hun telefoons werden afgeluisterd en daardoor werd ook duidelijk wie de leiders van de groep waren en wie het uitvoerende werk deden. Voor het Openbaar Ministerie werd duidelijk dat het hier om een goed georganiseerde criminele organisatie ging die zich bezighield met mensensmokkel om er goed aan te verdienen. De boekhouding van de groep, die overigens door het vertrek van de leidinggevenden naar China een janboel was geworden, zo klaagden de leden telefonisch tegen elkaar, is bij de huiszoekingen niet gevonden. Maar uit alle telefoonverkeer is wel gebleken dat hij er geweest is. Het Openbaar Ministerie haalt veel bewijs uit de telefoontaps. Daaruit blijkt dat de verdachten de gesmokkelde personen aanduidden als ,,ballen'', ,,brieven'',
,,kinderen'' en zelfs ,,eendjes''. De eendjes
raakten ook wel eens zoek, zo blijkt uit onder andere een afgetapt telefoongesprek. Maar gelukkig meldden ze zich later weer zelf vanuit een hotel. De portier van dat hotel bevestigde dat er een groep (vermoedelijk) Chinezen bij het hotel aankwam, een telefooncel opzocht, en vervolgens met twee taxi's richting Rotterdam ging. De eendjes hadden ook wel eens maagpijn, zo blijkt uit een andere tap. Geen wonder, aldus het OM. Want in het safehouse, dat ze niet mochten verlaten zodat ook nog eens sprake is van wederrechtelijke vrijheidsberoving, kregen de gesmokkelden slecht te eten. Werkelijk mensonterend was het wat politie en justitie aantroffen toen in maart 2003 een inval werd gedaan in een later safehouse aan de Allard Piersonstraat. In de kleine driekamerwoning werden 45 illegale Chinezen gevonden die allemaal gebruik moesten maken van hetzelfde bad en dezelfde wc.
Tegelijk met de invallen in Rotterdam, vonden ook invallen plaats in Antwerpen. In een safehouse daar werden nog eens zo'n veertig illegale Chinezen op doorreis naar Engeland gevonden. Bij de invallen in Rotterdam werden verder nog een vuurwapen, 25.000 euro en een vervalst paspoort gevonden.
Uit alle observaties, taps, doorzoekingen en overig onderzoek concludeert het OM dat de groep zich bezighield met mensensmokkel op grote tot zeer grote schaal. Tekenend daarvoor is behalve de illegalen die bij de observaties zijn geteld, ook bijvoorbeeld de opmerking van een van de verdachten bij een afgetapt telefoongesprek, dat in Tsjechië nog vier tot vijf honderd ,,ballen'' wachten op een verder transport.
De ,,smokkelwaar'' moest fors betalen voor een tocht naar Nederland, België, Spanje of Engeland. De groep opereerde in een goed georganiseerd verband zodat gesproken kan worden van een criminele organisatie. Van de twaalf verdachten kunnen er vier, onder wie de enige vrouw, aangemerkt worden als leider van de organisatie. Een van de leiders is overigens tot op heden de dans ontsprongen. Hij was ten tijde van de invallen in China en is nog steeds spoorloos. Andere belangrijke leden van de organisatie zijn in België opgepakt en zullen daar terecht moeten staan.
Van een verband met de organisatie die achter het zogenoemde Dover-transport zat, waarbij in juni 2000 in Dover 58 Chinezen dood werden gevonden achter in een koelwagen, is volgens het Openbaar Ministerie niets gebleken. Dat overigens deze groep geweld niet schuwde blijkt uit bedreigingen en soms mishandelingen van de gesmokkelden. Ook werd een maal in een afgetapt gesprek gesproken over het mogelijk ombrengen van een lid van een concurrerende bende. De komende twee weken zullen de raadslieden van de verdachten hun pleidooien houden, gevolgd door re- en dupliek, en mogen de verdachten nog als laatste het woord voeren. Naar verwachting doet de rechtbank op 5 december uitspraak in deze zaak.